![]() CD-recensie
© Aart van der Wal, januari 2012
|
GeistervariationenSchumann: Papillons op. 2 - Pianosonate nr. 1 in fis, op. 11 - Kinderszenen op. 15 - Fantasie in C, op. 17 (met het slotdeel zowel in de oorspronkelijke als in de laatste versie) - Waldszenen op. 82 - Thema mit Variationen (Geistervariationen) András Schiff (piano) ECM 476 3909 • 65' + 75' • (2 cd's) Dat in deze cd-uitgave twee versies van Schumanns beroemde Fantasie in C, op. 17 zijn opgenomen vindt zijn oorsprong in de 'ontdekking' van een afschrift van een andere versie van het stuk in de Széchényi-bibliotheek in Boedapest. Niet alleen bevat die een groot aantal correcties van de hand van de componist zelf, maar is tevens sprake van een heel ander slot in het derde deel ('Langsam getragen'). Schiff werd op het spoor gezet door de Amerikaanse pianist en musicoloog Charles Rosen (de auteur van o.a. The Classical Style), die hem van het bestaan ervan op de hoogte bracht. Schiff ontmoette Rosen in 1975 tijdens het pianoconcours in Leeds, waar Schiff de derde prijs won en Rosen een van de juryleden was. De grootste verrassing in dat afschrift is misschien wel op de laatste bladzijde te vinden (wat daaraan voorafgaat wijkt slechts minimaal af van de alom bekende versie), als Schumann op een groot accelerando dat verminderde kwintsextakkoord (A-C-Es-Fis) laat volgen, waarna hij - na een schijnbaar oneindig lang aangehouden fermate - het thema aan het slot van het eerste deel weer terug laat vloeien. In dat thema citeert Schumann het beroemde motief uit Beethovens liedcyclus An die ferne Geliebte: 'Nimmt sie hin denn, diese Lieder'. Schiff vraagt zich in het uitstekend gedocumenteerde cd-boekje terecht af of het Schumanns eerbetoon aan Beethoven was, of een liefdesboodschap aan Clara? Dan nog iets over de Geistervariationen, die Schumann in 1854 schreef. De titel is ontleend aan de 'geesten' door wie Schumann zich in februari 1854 omringd meende. Geesten die hem - zo noteerde Clara in haar dagboek - zowel 'wundervolle' als 'gräßliche' muziek schonken, muziek die hem niet alleen de 'heerlijkste openbaringen', maar ook aan de rand van de de hel bracht. Een letterlijk citaat uit dat dagboek:
Robert Alexander Schumann stierf op 29 juli 1856 in een inrichting voor geesteszieken in Endenich bij Bonn. Hij was net 46 geworden, maar zich allang daarvan niet meer bewust. András Schiff leidt ons binnen in dat fascinerende mysterie van het grote en grootse, gevangen in een geconcentreerde wereld van verliefde dagdromers, carnavaleske gedaanten, spelende kinderen, ongrijpbare schimmen, smalle scheidingslijnen tussen dichterlijke avondstilte en luidruchtige dagpret, maar ook van het harmonische verbond tussen het landschap en zijn bewoners. Wat zo kortstondig en vergankelijk lijkt, verankert zich in ons geheugen, wordt zelfs deel van onszelf. Ontmoetingen met Schumanns muziek zijn nooit vluchtig omdat ze de kern raken van hetgeen ons in ons diepste wezen beweegt en moed geeft, want zij laat ons zien hoe ethiek en esthetiek dicht bij elkaar liggen en ons middelpunt maakt van nieuwe dimensies die we in ons dagelijks bestaan nu eenmaal niet of nauwelijks nog kunnen vinden. Deze meesterwerken zijn niet tevergeefs gecomponeerd, Schumanns dromen niet voor niets gedroomd, want zij vormen het wezenlijke van alle kunst die werkelijk gróót is. Schumanns grote verbeeldingskracht zet onze fantasie aan het werk en verrijkt ons. András Schiff maakte mij er zo indringend deelgenoot van dat ik er niet echt los van kon komen. Misschien is dit wel het grootste compliment voor deze pianistieke Schumann-dichter pur sang. En de opname (juni 2010, Historischer Reitstadel, Neumarkt)? Een mooiere vleugelklank zal men tevergeefs zoeken. index |