CD-recensie

 

© 1999 Aart van der Wal

 

Schumann: Dichterliebe op. 48 - Romanzen and Balladen III, op. 53 - Belzatsar, op. 57 - Liederkreis, op. 39.

Thomas Quasthoff (bariton), Roberto Szidon (piano).

RCA 09026-61225-2 • 71' •


Quasthoffs plastische en sonore baritonstem heeft een indrukwekkend bereik en het voor dit recital ideale, droge timbre. Ieder woord is goed verstaanbaar, zonder dat hij zijn toevlucht hoeft to nemen tot nadrukkelijkheid. Veel baritons moeten in de hoge ligging van piano tot mezzoforte forceren, maar voor Quasthoff geldt deze beperking niet. Am leuchtenden Sommermorgen is daarvan het treffende bewijs. Slechts zeer incidenteel, zoals in Arme Peter I (let eens op de eerste noot van de pianopartij: het begin van Der Leiermann uit Winterreise lijkt gekopieerd) komen de vocale (niet de interpretatieve!) grenzen hoorbaar in zicht. Het kwikzilveren Und wussten's die Blumen en het donkere, majesteitelijke Im Rhein bieden tegenstellingen die de zanger moeiteloos overbrugt. Zijn voordracht maakt van Hör'ich das Liedchen klingen een werkelijk flonkerend kleinood. Het sterk aan Schuberts Der Doppelganger verwante Ich hab' im Traum geweinet krijgt ideaal gestalte en Die alten bösen Lieder bevestigt nog eens uitdrukkelijk het hoge niveau van deze zangkunst. Blondels Lied wordt op een wel zeer smaakvolle en muzikaal volstrekt verantwoorde wijze ingekleurd, waardoor het lied nog meer aan zeggingskracht wint. Auf einer Burg wordt zeer ontroerend en verinnerlijkt vertolkt. Szidons begeleiding is van het zelfde, hoge gehalte en harmonieert volledig met de opvattingen van Quasthoff. Een bijzondere aanwinst!


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links