CD-recensie

Schatgraven in een ver verleden (2) - Arturo Toscanini

 

© Aart van der Wal, november 2016

 

Arturo Toscanini - A 'souvenir concert' for his 150th anniversary

Mendelssohn: Symfonie nr. 4 in A, op. 90 (Italiaanse)
NBC Symphony Orchestra o.l.v. Arturo Toscanini
Live-opname: 28-2-1954, Carnegie Hall, New York (mono)

Mendelssohn: Symfonie nr. 5 in d, op. 107 (Reformatie)
NBC Symphony Orchestra o.l.v. Arturo Toscanini
Live-opname: 13-12-1953, Carnegie Hall, New York (mono)

Wagner: Parsifal: voorspel tot de eerste akte - Karfreitagszauber
London Symphony Orchestra o.l.v. Arturo Toscanini
Live-opname: 5-6-1935, Queen's Hall, Londen (mono)

Praga Digitals PRD/DSD Limited Edition 350 128 • 79' • (sacd)

 

Onlangs was ik op bezoek bij Polyhymnia in Baarn. Ik was uitgenodigd om het proces bij te wonen van de omzetting van analoge moederbanden van oude(re) opnamen naar het digitale domein. Ze worden later op sacd uitgebracht door het label PentaTone (dat in hetzelfde pand huist). Aan dit proces hoop ik later een artikel te wijden.

Bij thuiskomst trof ik - het kon werkelijk niet toevalliger - een grote doos aan, tot aan de rand gevuld met cd's, waaronder zes van het label Praga Ditigals in de serie 'Genuine Stereo Lab' en twee in de s, oude opnamen die zijn overgezet van studioband naar cd. Dus in feite een vergelijkbaar proces als in Baarn.

Onvoldoende informatie
Ik vind dat labels als PentaTone, Duton en Praga Digitals de consument naar behoren moeten inlichten omtrent het gevolgde proces. Een verantwoording: dit waren onze uitgangspunten en we hebben het zus en zo gedaan. Praga besteedt er in het cd-boekje geen letter aan. Zijn het studio- of radio-opnamen? Ook ontbreekt de aanduiding stere of of mono. Het enige wat de koper te weten komt zijn de opnamedata en -locaties. Wie trots is op zijn werk wil erover vertellen. Toch? Dat hoeft niet eens een lang verhaal te zijn: de kernpunten zijn voldoende. Ik zou als koper bijvoorbeeld graag willen weten of het geluid dat uit mijn luidsprekers komt overeenstemt met het origineel; en of dat de daadwerkelijke studiomaster is geweest, of een andere band. Het Duitse label Audite brengt het voor de cd-koper werkelijk tot in detail in kaart en zo hoort het volgens mij ook.

Het omzettingsproces begint zowel bij de moederband (studiomaster) als bij de recorder die oorspronkelijk werd gebruikt (vaak een Studer). Hopelijk is het referentiesignaal op de band gezet en zijn de technische gegevens die de opnametechnicus heeft genoteerd nog aanwezig. Dat is al een goed begin voor een nauwkeurig omzettingsproces. Dat de recorder er nog is, is mogelijk maar niet waarschijnlijk. En als die er nog is dient deze up-to-date te worden gebracht, waaronder reiniging en uitlijnen van de (afzonderlijke) weergavekop, de bandgeleiders en het loopwerk. Wat deze 'Genuine Stereo Lab' en 'Limited'series betreft tast ik wat dit betreft geheel en al in het duister en kan ik slechts afgaan op hetgeen ik hoor. Dat is duidelijk een gemiste kans. Positief is wel dat de naam van degene die verantwoordelijk is geweest voor de remastering en editing (het verwijderen van ongerechtigheden) wel wordt vermeld.

Arturo Toscanini
De Italiaanse dirigent Arturo Toscanini (1867-1957) was al lang en breed een legende toen hij op 16 januari 1957 in New York overleed, een paar weken voor zijn negentigste verjaardag. Voor velen was en blijft hij de beste dirigent ooit, voor anderen de grondlegger van een nieuw soort orkestdiscipline, waarin geen plaats was voor 'geschmier', voor overdreven vibrato of portamento of voor slappe ritmiek. Hij bereikte een messcherpe profilering door pas tevreden te zijn als de noten werkelijk messcherp naast en onder elkaar stonden. Zijn ascetische manier van dirigeren en musiceren, tussen zeer gespierd en uiterst teder, kende geen compromissen, wat hem bij veel van zijn musici niet bepaald geliefd maakte. Door oude normen zo snedig mogelijk aan te zetten en nieuwe te introduceren creëerde hij een heldere en transparante klank die vandaag de dag nog steeds een moderne indruk achterlaat. Zo bezien was Toscanini zijn tijd ver vooruit, zeker in vergelijking met de dirigenten die de zwaarwichtige, Duits-romantische stijl hanteerden. Muzikale zuiverheid, daar ging het Toscanini om. En zoals hij die zag, zo moest die worden gerealiseerd, wat het ook mocht kosten.

Zijn geheugen was fabelachtig, hij kon er bewust of onbewust best wel mee koketteren, maar wie zijn beeld- en geluidsopnamen bestudeert beseft dat deze o zo gedreven dictator de muziek in zijn meest superieure vorm kon laten klinken, zo puur en zo ongeschonden, zo ontdaan van iedere vorm van pronkzucht dat we ons er eigenlijk niet of nauwelijks bewust van zijn dat dit zich reeds vroeg in het interbellum afspeelde.

Toscanini verzorgde een groot aantal wereldpremières, waaronder die van inmiddels beroemde opera's zoals Puccini's La bohéme, Turandot en La fanciulla del west, Boito's Nerone en Leoncavallo's Pagliacci. Dan waren er opera's van niet-Italiaanse componisten, die Toscanini voor het eerst naar de Milanese Scala haalde: Siegfried (Wagner), Jevgeni Onegin (Tsjaikovski), Salome (Richard Strauss) en Pelleás et Melissande (Debussy).

Grote successen beleefde Toscanini met het Amerikaanse NBC Symphony Orchestra, een van de eerste echte omroeporkesten in de wereld. We danken er het grote aantal opnamen aan dat ons een goed zicht geeft op Toscanini's bijzondere interpretatiekunst, niet in de laatste plaats met behulp van de inmiddels forsvoortgeschreden techniek rond de digitale 'remastering'.

In de weinige beschikbare filmopnamen oogt Toscanini nuchter, zakelijk, met bescheiden gebaren, zonder enige 'pomp and circumstance'. Hij is zeker niet zo stram als star als bij bijvoorbeeld Fritz Reiner, de toenmalige chef van het Chicago Symphony Orchestra, maar voor uiterlijke expressie moeten we toch niet bij Toscanini zijn. Mogelijk heeft dat ertoe geleid dat veel critici niet zo van hem gecharmeerd waren, hem een koude, afstandelijke stijl aanwreven. De waarheid was evenwel dat hij pas op de bok verscheen nadat hij de partituur thuis eerst binnenstebuiten had gekeerd (een werkwijze die zijn bewonderaar Karajan later van hem zou overnemen) en hij wat de interpretatie betreft een zeer duidelijk beeld voor ogen had, geholpen door dat ijzersterke, zo niet fotografische geheugen. Toen dat hem echter tijdens het dirigeren van een Wagnerprogramma in april 1954 in het New Yorkse Carnegie Hall in de steek liet, waarschijnlijk veroorzaakt door een herseninfarct, borg hij zijn dirigeerstok op en trok hij zich terug in zijn huis in Riverdale, in de Bronx in New York, waar hij op 16 januari 1957 aan een beroerte bezweek, 89 jaar oud. Hij werd begraven op het grote Milanese kerkhof Cimitero Monumentale.

Deze door Praga Digitals in de serie 'Limited Edition' (waarom niet 'Genuine Stereo Lab'?) stevig opgeknapte opnamen mogen er zijn. Ik hoorde beide orkesten onder Toscanini nog niet eerder zo helder en doortekend, zo vrij van vervorming. Toscanini's dirigeerkunst komt daardoor beter tot zijn recht dan in enige andere mij bekende opname van deze dirigent. Het sacd-formaat mag u met een korrel zout nemen. Het is en het blijven van oorsprong mono-registraties.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links