CD-recensie

 

© Aart van der Wal, mei 2023

Mozart: Pianosonates (compl.)

Nr. 1 in C, KV 279 - nr. 2 in F, KV 280 - nr. 3 in Bes, KV 281 - nr. 4 in Es, KV 282 - nr. 5 in G, KV 283 - nr. 6 in D, KV 284 - nr. 7 in C, KV 309 - nr. 8 in a, KV 310 - nr. 9 in D, KV 311 - nr. 10 in C, KV 339 - nr. 11 in A, KV 331 (Alla Turca) - nr. 12 in F, KV 332 - nr. 13 in Bes, KV 333 - nr. 14 in c, KV 457 - nr. 15 in F, KV 533 - nr. 16 in C, KV 545 (Sonate Facile) - nr. 17 in Bes, KV 570 - nr. 18 in D, KV 576

Yeol Eum Son (piano)
Naïve V 8049 (6 cd's)
Opname: jan., maart, mei, juni 2022, Tongyeong Concert Hall, Tongyeong (Zuid-Korea)

 

Vorige week luisterde ik weer eens na lange tijd naar de Oostenrijkse pianiste Ingrid Haebler, die samen met Capella Academica Wien onder leiding van Eduard Melkus excelleerde in pianoconcerten van Johann Christian Bach. Het was weer eens een van die helaas vrij zeldzaam geworden momenten die mij naar de lp-draaitafel dreef. Fraai opgenomen door de Philips-technici is het al decennialang een schot in de roos. Op de persing kon ik de datum niet meer goed ontwaren, maar de uitgave moet uit de jaren zestig dateren, ‘toen geluk nog heel gewoon was'.

Ik herinner me nog levendig die tijd, met schier eindeloze experimenten met draaitafels, pu-elementen en toonarmen, met als rots in de branding de fameuze Thorens TD 125 Mark II, voorzien van een SME-3009 toonarm ('a beautiful piece of crap'), gewissel met elementen van ADC, Stanton, Shure en Ortofon, aangevuld door een heuse Quad 33 en 303 versterkerset, en de eveneens onmisbare Quad FM3 tuner, aangesloten op de ontvangstdipool op zolder waarmee feilloos Lopik binnen kon worden gehaald. De radiofrequentie in die dagen weet ik ook nog: 98.9Mhz. Nostalgie…

Niet meer dan een paar dagen later kwam het bericht dat Haebler op 14 mei in haar geboorte- en woonplaats Wenen was overleden, bijna 94 jaar oud. Een inspirerende pianiste, maar toch…haar Mozart-stijl vond ik niet opzienbarend, in expressief opzicht vrij beperkt afgemeten, een musiciënne die meer bezig leek met vorm dan met inhoud. Terwijl ik dat juist van haar spel ten aanzien van andere componisten (ik noemde reeds Johann Christian Bach) merkwaardig genoeg niet kon zeggen. Anderen waren wél dol op haar Mozart en ik vond dat ik werkelijk de laatste was om het gelijk naar mijn kant te trekken. Maar ook haar visie op Mozarts Vioolsonates, eveneens op Philips, samen met de Pool Henryk Szeryng, deed mijn concentratie herhaaldelijk wankelen, hetgeen bij Clara Haskil en Arthur Grumiaux zeker niet het geval was. Terwijl het uitermate lastig bleek om de interpretatieve verschillen scherp te duiden, met binnen mijn muziekkring eindeloze en soms heftige discussies tot gevolg.

Het is deze nogal merkwaardige inleiding die me bij de Zuid-Koreaanse pianiste Yeol Eum Son (1986) brengt, die voor het Franse muzieklabel Naïve de complete (18) pianosonates van Mozart heeft ingespeeld. En hoe, want dit is echt in de klasse van – in alfabetische volgorde en om mij tot de dames te beperken – Maria João Pires (DG) en Mitsuko Uchida. Een bepaald niet geringe prestatie, en dat ook nog eens zonder echt merkbare inzinking, iedere sonate het expressieve volle pond gevend, smaakvol gefraseerd, geornamenteerd en gearticuleerd, optimaal neergezet ook wat betreft structuur en graderende contrastwerking, met een speltechnisch aplomb dat groot respect afdwingt. Ook haar virtuositeit treft de muziek rechtstreeks in het hart, maniërismen zijn afwezig en elegantie en turbulentie staan in juiste verhouding tot vorm en inhoud. Het zijn al met al meeslepende vertolkingen die moeiteloos de aandacht gevangen houden en waarvan de talloze betoverende details overvloedig over de toehoorder worden uitgestrooid.

Geen enkele kritiek dus? Het is ook van de kant van de toehoorder veelal een kwestie van interpretatie: of in een incidenteel geval de kleuringsaccenten net iets treffender had kunnen (niet zozeer moeten) zijn. Ik kreeg dat gevoel in het slotdeel van KV 310, het middendeel van KV 311 en in het openingsdeel van KV 457, maar toch houd ik daarbij een slag om de arm omdat het niet meer is dan dat: een gevoel (dat overigens bij herhaalde beluistering niet werd weggenomen). Veel stelt het evenwel niet voor en mijn zeer positieve oordeel over deze prestatie verandert er niet door. Bovendien: zelfs bij het spel van Pires en Uchida (haar live-opnamen in Tokyo incluis) kan - eveneens incidenteel - wel een bepaalde kanttekening worden geplaatst.

Ten slotte nog een opmerking over instrument en opname. De klank van de Steinway D is van nature, zelfs bij halfopen klep, te groot voor deze sonates, waar in dit geval nog bijkomt dat sprake is van een wel zeer helder klinkend instrument, wat door de strikt heldere akoestiek en dito opname nog eens wordt aangedikt. Het voordeel is wel dat de stemvoering tot in het kleinste detail te volgen is (de partituur kan daardoor zelfs in de kast blijven). Wat ook in het voordeel spreekt is de perfecte intonatie (helderheid komt echt niet zomaar uit de lucht vallen) en stemming van de Steinway, waardoor de aandacht van de luisteraar geen moment onnodig wordt afgeleid. Waarbij ik gelijk maar aanteken dat op elektrostatische weergevers de pianoklank ronduit schitterend is, terwijl op dynamische luidsprekers, zij het van mindere kwaliteit, de klank aan profiel enigszins inboet en aan scherpte ietwat wint. Ach, het is altijd wel wat…


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links