CD-recensie

 

© Aart van der Wal, maart 2012

 

 

Bach: Partita in a, BWV 1013
(oorspronkelijk voor fluit)

C.Ph.E. Bach: Sonate in a, Wq 132
(oorspronkelijk voor fluit)

Carter: Inner Song

Berio: Sequenza VII

Britten: Six metamorphoses after Ovid op. 49

Céline Moinet (hobo)

Harmonia Mundi HMC 902118 • 65' •

Opname: Teldex Studio, Berlijn, april-mei 2011


Gezegd mag worden dat Harmonia Mundi jonge musici uitstekende kansen biedt om ook in de opnamestudio hun talenten te exploreren. Vanmorgen had in de debuut-cd van de Amerikaanse violiste Tai Murray in mijn cd-lade en dan nu rond de kleine uurtjes de hoboïste Céline Moinet (Lille, 1984) die veel ervaring heeft opgedaan als orkestlid bij o.a. het Gustav Mahler Jugendorchester onder Claudio Abbado, het Deutsches Symphonie-Orchester Berlin, de Staatskapelle Dresden en de Wiener Philharmoniker (best bijzonder want in die zelfregulerende mannengemeenschap lijken anno nu vrouwelijke orkestleden er eerder in verdwaald te zijn, wat in feite een schande is). Maar ook het kamermuziekrepertoire ligt haar na aan het hart en ze speelt graag hoboconcerten (vrijwel alle grote orkesten hebben haar om die reden geïnviteerd). Dan zijn er de masterclasses in Japan, waar dirigent Fabio Luisi haalde haar naar het Pacific Music Festival in Sapporo haalde.

Op deze cd speelt ze J.S. Bach naast Berio en C.Ph.E. Bach naast Britten en Carter. Contrasten te over dus die zij met groot elan, zeer speels en met een prachtige toon tot in detail uitspeelt. Ook binnen de verschillende stukken zorgt ze voor veel afwisseling, waardoor het geen enkele moeite kost om dit recital van begin tot eind onafgebroken te beluisteren. Dat is op zich een prestatie van formaat, want hoe mooi de hobo ook klinkt, het is wel het enige instrument op deze cd. Ja, zou u kunnen tegenwerpen, maar dat geldt ook voor een viool of cello. Het verschil met de melodie-instrumenten zit hem daarin dat strijkinstrumenten, maar ook toetsinstrumenten van nature aanzienlijk meer speltechnische mogelijkheden bezitten. Bij een melodie-instrument als de de hobo kan niet meer dan één toon tegelijk worden geblazen. Meerstemmigheid en akkoorden zijn dus onmogelijk

Een klein puntje van kritiek: het slot van de getransponeerde fluitsonate van J.S. Bach: de slotnoot klinkt alsof Moinet die bij wijze van spreken uit haar tenen moest persen. De opname is natuurgetrouw, maar houdt u wel het afspeelniveau in het oog: een te hoog geluidsvolume maakt van de hobo een venijnig instrument en gaan er veel klankkleuren daardoor verloren (dat geldt ook voor bijvoorbeeld het klavecimbel). Bovendien wordt de kleppengeluiden dan echt storend. Dat kan de bedoeling niet zijn; en aan de heldere opname met de hobo mooi in de ruimte afgebeeld ligt het beslist niet.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links