CD-recensie

 

© Aart van der Wal, december 2011

 

 

Mahler: Symfonie nr. 3 in d

Bernarda Fink (mezzosopraan), Groot Omroepkoor, Jongenskoor van het Sacramentskoor Breda, Jongenskoor Rijnmond, Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Mariss Jansons

RCO Live 10004 • 99' • (2 sacd's)

Live-opname, Grote Zaal, Concertgebouw, Amsterdam, 3-5 februari 2010


Mariss Jansons mag dan geen voortrekkersrol vervullen op het gebied van de eigentijdse muziek, in met name het romantische repertoire is hij vrijwel onverslaanbaar. Hij koestert ieder detail zonder de grote lijn uit het oog te verliezen en werkt voortdurend aan de klankcultuur zonder er een geparfumeerd discours (à la Karajan in zijn Berlijnse jaren) van te maken. Jansons staat niet boven maar in de materie en dat straalt hij ook voortdurend uit. In Amsterdam en München zijn ze blij met hem en terecht, maar ook de concertbezoeker en de muziekliefhebber thuis is Jansons veel dank verschuldigd. Waar de middelmatigheid zegeviert, is Jansons in geen velden of wegen te bekennen.

Mahler stierf in Wenen op 18 mei 1911 en dus is 2011 Mahlerjaar. Dat betekent dat we bijkans worden gebombardeerd met Mahleruitvoeringen, Mahlerfilms, Mahlerpanels en Mahlershirts. Willen we dat? Blijkbaar wel, want anders zou de wind niet uit een en dezelfde hoek waaien. Er is nog zoveel ander moois te ontdekken of te koesteren, maar nu we eenmaal in de Mahlerhausse verzeild zijn geraakt moet er maar het beste van worden gemaakt. En dat doet Jansons, met in de gigantische Derde (het openingsdeel, Kräftig, entschieden, der Sommer marschiert ein, met zijn saillante hoornthema dat ongetwijfeld is gemodelleerd naar het finalethema van Brahms' Eerste) duurt met zijn ruim vierendertig minuten langer dan Beethovens Vierde of Vijfde. Hier draait alles om dynamische en structurele spankracht, om het handhaven van de spanning (wat overigens ook betekent dat op het juiste moment de teugels moeten worden gevierd). Die kunst verstaat Jansons evenzeer als Abbado en Haitink. En dan is daar het glorieuze orkest (men proeve van de delicate Wunderhorn-passages). Natuurlijk, het is een kwestie van opvatting, maar ik had mij het aandeel van Bernarda Fink, hier zeer poëtisch begeleid door de Engelse hoorn, toch iets magischer, verstilder en meer verinnerlijkt voorgesteld. De magie is er wel degelijk, geen enkel misverstand daarover, maar de betovering houdt haar aardse contouren. Soms zijn er echter van die momenten die met een wat ruwere aanpak beter, pregnanter uit de verf zouden zijn gekomen (zoals onder Jascha Hornstein op de bekende Unicorn-opname). De finale is verheven, majesteitelijk en nobel. De edele klank blijft bewaard als de climaxen aangroeien, wat vooral veel zegt over de kwaliteit van het orkest. Zoals de bijdragen van de jongenskoren en het Groot Omroepkoor iets fundamenteel zeggen over de fenomenale koorklank die uit de luidsprekers komt. En dan te bedenken dat er straks in Hilversum het snoeimes moet worden gehanteerd! Dit is wereldklasse, maar blijft het ook zo? De opname mag er ook zijn: in de surround-modus pakt die zelfs spectaculair uit.
De cd is samengesteld uit opnamen die op drie achtereenvolgende concerten werden gemaakt, maar het ligt voor de hand dat er ook nog apart op sommige passages moet zijn gewerkt. Mahlers 'Naturlaut' is en blijft ook voor de beste orkesten ter wereld een ware tour-de-force. Op de voorliggende cd zit er evenwel geen noot verkeerd en zegeviert het gehele ensemble zonder een spoortje onzekerheid over deze weerbarstige materie.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links