CD-recensie

 

© 2003 Aart van der Wal

 

Liszt: Von der Wiege bis zum Grabe S 107 - Orpheus S 98 - Die idealen S 106 - Hamlet S 104.

New Zealand Symphony Orchestra o.l.v. Michael Halász.

Naxos 8.553355 • 65' •


Deze uitgave toont ons Liszt in zijn vele gedaanten. De openingsfrase van De wieg (1881) wijst al naar de peilloze adagio's van Sjostakovitsj, terwijl in de daarop volgende Strijd om het bestaan de ruige motoriek in een virtuoze orkestratie treffend de niet tijdgebonden realiteit van alledag suggereert. In het van treurnis doordrenkte, transcendante slotdeel legt Liszt met beperkte middelen een troostrijk klanktapijt uit, met fraaie soli van de houtblazers en, indrukwekkend, de in het niets oplossende strijkers. Orpheus was gedacht als inleiding tot Glucks Orfeo ed Euridice (Liszt dirigeerde dit werk in 1854), maar heeft gelukkig als zelfstandig stuk repertoire gehouden. Het is een van Liszts beste symfonische gedichten op de fundamenten van de sonatevorm zonder doorwerking, waarin de lyriek de boventoon voert. De apotheose aan het slot is met meesterhand gedoseerd. De Idealen mist een hechte constructie, is meer in een vrije vorm geconcipieerd en moet het vooral hebben van episodische bombast in een virtuoos omhulsel. Hamlet is een doordringende karakterstudie die de dirigent Hans von Bülow voor `onspeelbaar' achtte. Hij bleek ongelijk te hebben, maar het is en blijft zonder meer een krachttoer voor iedere dirigent om de vele psychologische facetten van Hamlet muzikaal goed afgewogen en overtuigend neer te zetten. Dat Halász met vlag en wimpel slaagt mag blijken uit bijv. track 6, vanaf 4'00. De Hongaar geeft ook elders blijk van grote affiniteit met dit métier, wat zich uit in de manier waarop hij frases vormgeeft, de ritmiek opstuwt naar indrukwekkende spanningsontladingen en ook in pastorale passages de spanning weet vast te houden. Het alert reagerende orkest behoort hoorbaar niet tot de wereldtop, maar is het provinciaal niveau ver ontstegen en levert al met al indrukwekkende prestaties. De in Wellington gemaakte opname geeft geen juist beeld van de violen, die hier in het forte onaangenaam scherp en geknepen klinken. In de luidruchtige passages is de orkestklank niet echt schoon. De kwaliteiten van de uitvoering en het belang van deze uitgave in ogenschouw genomen is dit van Naxos althans in opnametechnisch opzicht een duidelijk gemiste kans.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links