CD-recensie
© Aart van der Wal, juli 2020 |
Vier dames die gezamenlijk de Kapsberg'irls (let op de aardige woordspeling!) vertegenwoordigen: Alice Duport-Percier (sopraan), Axelle Verner (mezzo), Barbara Hünninger (basviool) en Albane Imbs (luit, theorbe, barokgitaar en artistieke leiding). Vier dames die bovendien zeer goed thuis zijn in het (vroege) barokrepertoire en in 2015 besloten dit ensemble op te richten met als belangrijkste uitgangspunt historisch bronnenonderzoek en van daaruit de interpretaties opbouwen. Voorwaar, ze zijn wat dit betreft de enigen niet, maar overtuigend is het wel! Centraal in hun onderzoekingen: het repertoire uit de zeventiende en achttiende eeuw. Wie vooringenomen is zou in deze specifieke benadering mogelijk enige dufheid veronderstellen, maar ik kan ook de twijfelaars verzekeren dat dit viertal vol passie, expressieve energie en ritmische vitaliteit deze muziek gestalte uit de luidsprekers doet spetteren. Ze hebben er duidelijk ook veel plezier in, het bruist en het fonkelt voortdurend dat het een lieve lust is. Bijzonder geslaagd is ook de afwisseling tussen de instrumentale en vocale nummers. Het nieuwe in het oude zoeken en vinden: het is en blijft een bijzondere uitdaging. Dat ze voor hun eerste album hebben gekozen voor villanelles van de Italiaanse componist Girolamo Kapsberger (1580-1651) is in dit licht bezien zo vreemd niet: hij liet zich hierin inspireren door landelijk getinte poëzie die onder zijn creatieve handen muzikaal zeer contrastrijke en verrassende karakteriseringen opleverde. Daar kun je als interpreet wel iets mee, en al helemaal als er eigentijdse eigenschappen aan worden toegedicht (zonder daarbij overigens in gekunsteldheden te vervallen!) Het is toch wel een merkwaardige paradox: dat Kapsberger als componist zijn tijd niet ver vooruit was terwijl het op dit album toch 'modern' klinkt. Dat wordt niet gerealiseerd door met het notenschrift te 'rommelen', maar door een vocale uitdrukkingsvorm te kiezen die het stof der eeuwen overtuigend achter zich laat. De sublieme helderheid die de sopraan en mezzo in hun vocalises demonstreren draagt uiteraard tot dit zeer positieve beeld bij. Maar ook de beide instrumentalisten doen een geduchte duit in het zakje door ook het vaak slagachtige karakter van de begeleiding te benadrukken. Al met al is dit een bijzonder geslaagd debuut dat door Rolf Lislevand uiterst gedefinieerd en sonoor werd vastgelegd. Echt, dit smaakt naar meer! index |
|