CD-recensie
© Aart van der Wal, augustus 2019 |
Het 'Belarusian State Chamber Orchestra'. De naam zegt mij dat het ensemble door de staat wordt onderhouden, maar welke staat is dat eigenlijk? Wie zijn geografische - en misschien zelfs wel topografische - kennis op orde heeft weet dat om Wit-Rusland gaat, met als hoofdstad Minsk. Daar werd ook deze opname gemaakt, in de 'Verhni Gorod' concertzaal aan het Svoboda-plein. Een prima zaal zo te horen, al weet je het nooit zeker als je er niet zelf bent geweest: ieder opname- en bewerkingsteam heeft hulpmiddelen genoeg om van een matige tot slechte akoestiek toch nog iets genietbaars te brouwen. Soms zou je zelfs streven naar het etiket 'biologisch'. Ofwel: 'er is niet mee geknoeid'. In Wit-Rusland (de naamgeving is de letterlijke vertaling van Belarus) is de democratie helaas in geen velden of wegen te bekennen. Integendeel, daar is een dictator heer en meester over zijn onderdanen. Het is ook het enige nog tot Europa behorende land waar de doodstraf wordt uitgevoerd: met een kogel in nek of achterhoofd (goed mikken is en blijft een kunst, al is er altijd nog wel het genadeschot) zijn inmiddels al vele levens op die manier beëindigd. De achterblijvers horen er meestal pas van als het vonnis al is voltrokken. Belarus is een van de vele landen in Oost-Europa waar de gesel van het massale lijden de geschiedenis grotendeels heeft bepaald. Dat heeft zich tot vandaag voortgezet, zij het vergeleken met dat gruwelijke verleden in wat mildere vorm. Sinds 1994 is er Loekasjenko aan de macht. Hij werd volgens de bekende ingrediënten van het Oost-Europese 'kookboekje' door het volk gekozen en daarmee de eerste president van de intussen onafhankelijk geworden republiek. Of de bevolkingf het vooraf wel of niet voldoende heeft beseft, een feit is wel dat dit staatshoofd van democratische principes niet veel moest hebben. In de daarop volgende jaren bleek dat overduidelijk, maar aan de situatie veranderde dit verder niets: in 2001 werd Loekasjenko opnieuw gekozen, volgens Westerse waarnemers op 'oneerlijke wijze'. Zo ging het ook drie jaar later, tijdens het referendum van 2004, waarvan het verloop door de waarnemers een soortgelijk stempel kreeg opgedrukt. Binnen de Europese Raad werd een nog sterkere term gebruikt: de verkiezingen waren 'onwettelijk' verlopen. Deze als 'laatste dictator van Europa' geboekstaafde Loekasjenko ging geen (dictatoriale) zee te hoog. Op 19 december 2010 werd hij opnieuw gekozen (het 'oneerlijke' patroon herhaalde zich), maar diezelfde avond was het in de hoofdstad voor het eerst goed raak: er ontstonden allerlei opstootjes die door de haastig opgetrommelde oproerpolitie hardhandig de kop in werden ingedrukt. Loekasjenko's grote concurrenten Vladimir Nekljajev en Andrej Sannikov werden het ziekenhuis in geslagen en vervolgens achter slot en grendel gezet. Waar ze, ontdaan van iedere vorm van rechtsbescherming, op nog minder dan water en brood, hun lot verder maar moesten afwachten. Elders in de stad viel de geheime dienst (KDB) de burelen van krantenredacties, oppositiepartijen en mensenrechtenorganisaties binnen. Honderden werden van hun bed gelicht en verhoord. Dit was en is dus zo ongeveer het 'sfeertje' in Belarus. Geen land dus om naar op vakantie te gaan. Maar ze hebben daar wel het 'Staatskamerorkest', oorspronkelijk in 1968 opgericht als het Kamerorkest van Minsk. Eerst verhinderde het toen nog bestaande, onbuigzame IJzeren Gordijn concertreizen buiten de Sovjet-Unie en de satellietstaten, maar dat veranderde in de loop van 1977, nadat het orkest een belangrijke muziekprijs had gewonnen. De toenmalige chef-dirigent Joeri Tzyriuk had er vanaf 1969 tot het midden van de jaren negentig er goed de wind onder en had uiteraard een behoorlijk aandeel in dat succesverhaal. Veel bekende solisten (waaronder Svjatoslav Richter, Mstislav Rostropovitsj. Yuri Bashmet, Oleg Kakan, Natalia Gutman, Viktor Tretiakov, Paul Badura-Skoda en zelfs Katia Ricciarelli) traden met het ensemble op. Ook bekende dirigenten stonden ervoor in de rij. Dit heeft uiteraard eveneens bijgedragen aan het gecultiveerde klankkarakter van het ensemble. In de toelichting bij de cd rept het Britse Chandos met geen woord over wat in feite achter een 'staatsorkest' in een staat als Belarus schuilgaat. Hoe een eenzame machthebber ook in de cultuur van zijn land een allesbepalende rol speelt kan niet over het hoofd worden gezien, maar het is begrijpelijk dat de klemtoon elders ligt: in dit geval bij het ensemble als muzikale entiteit en bij de opgenomen muziek. Niet wat zich in de politieke periferie ervan heeft afgespeeld en ongetwijfeld nog afspeelt. Laat de recensent dan maar een kritische kanttekening maken. Bij deze dan! Dan de componist, Airat Rafailoivich Ichmouratov, die in 1973 in Rusland (in het gebied van de Wolga en de Tataren) het levenslicht aanschouwde en zich later in het Canadese Quebec vestigde, waar hij doceert aan Laval University. Daarnaast is hij dirigent van het 'Nouvelle Génération' kamerorkest en klarinettist bij een Klezmer-ensemble in Montréal. De fascinerende kenmerken van de klezmer, de van oorsprong instrumentale muziek van de Asjkenazische joden uit Oost-Europa, is Ichmouratov - dit album bewijst het - bij wijze van spreken op het lijf geschreven. Hij kan en doet er alles mee, in een direct aansprekende 'taal' die niemand op de kast zal jagen. Wat daarbij zeker ook helpt zijn de direct herkenbare flarden van Sjostakovitsj' uitgesponnen notenvelden en de zich herhalende motieven. Blijkbaar vormde deze componist eveneens een belangrijke inspiratiebron voor Ichmouratov. In handen van de fenomenale altvioliste Elvira Misbahkova en natuurlijk het Belarusian State Chamber Orchestra onder leiding van zijn Evgeny Bushkov, evenmin een kleine jongen (klik hier voor zijn biografie) mag deze muziek zich in een warm en technisch gaaf afgewerkt pleidooi verheugen. index |
|