CD-recensie
© Aart van der Wal, maart 2014
|
Het is een van de raadsels van de huidige muziekindustrie waarom de suites voor klavecimbel van Händel in discografisch opzicht zo ondervoed zijn, maar ook in de (kleine) zalen worden ze slechts zelden uitgevoerd, laat staan een aantal achter elkaar. Pianisten willen zich er nogal eens over ontfermen en naar ik mij herinner had Svjatoslav Richter er zelfs een aantal op zijn concertrepertoire. Uit de klavecinistische hoek kwam er op deze muziek soms nogal kritiek die er kort samengevat op neerkwam dat Händel niet bepaald dankbaar voor 'hun' instrument had geschreven. De term saai viel daarbij nogal eens. Ik ben geen klavecinist, maar ik kan me - zeker niet met deze vertolkingen door Richard Egarr onder oorbereik - van deze 'kritiek' geen enkele voorstelling maken. Het notenbeeld bevestigt die indruk alleen maar: dit zijn bepaald geen probeersels van een gemankeerde componist, maar gewoon meesterwerken met een expressieve diepgang die menigmaal versteld doet staan. Ze zijn zonder uitzondering virtuoos geschreven, zitten technisch meesterlijk in elkaar en vormen zowel afzonderlijk als in hun geheel een waar monument op het gebied van Händels 'keyboard music'. Waarom desondanks Handel een treetje lager wordt geplaatst dan Bach lijkt me nogal modieus en valt buiten mijn horizon; en zeker als ik bedenk dat de (zeker niet betere) suites van Franse componisten als (François) Couperin en Rameau wel een zekere mate van populariteit konden bereiken, al verschilt dat wel van land tot land. De suites HWV 426 t/m 433, overwegend gemodelleerd naar Frans model, tonen ons Handel in ieder geval instrumentaal op zijn best, een grandioze potpourri préludes, allemandes, courantes, gigues, sarabandes, airs en een passacaille. En als er geen dansvormen worden aangeduid, zijn het de allegro's, andantes en adagio's die de aandacht gevangen houden. Handel moet er zijn hele ziel en zaligheid in hebben gelegd, want deze stukken vormden feitelijk zijn Londense debuut als componist op dit gebied. En als hij dat niet zou hebben gedaan? Dan klinken deze Suites de Pieces Pour le CLAVECIN Composees par G.F. Handel in ieder geval wel als zodanig. Egarr koos in de snelle delen voor een krachtdadig optreden en dat past naadloos bij deze muziek. Er is bovendien spanning tussen de noten, ze schudden menigmaal op hun harmonische grondvesten, mede dankzij de uitstekende klankeigenschappen van een kopie van een Ruckers-klavecimbel uit 1638, in 1991 nagebouwd door Joel Katzman in Amsterdam. De stemming is authentiek: a' = 422. Een tip: het afspeelniveau iets naar beneden bijstellen levert het fraaiste klankbeeld op. De hoed diep af voor de musicus en musicoloog Egarr, ook in Nederland een graag geziene gast als klavecinist en dirigent (op 10 april dirigeert hij in het Amsterdamse Concertgebouw Bachs Matthäus-Passion). index |
|