![]() CD-recensie
© Aart van der Wal, augustus 2019
|
Als we Carlo Gesualdo, de prins van Venosa en de graaf van Conza (ca. 1561-1613) een plaats in de muziekgeschiedenis moeten geven, dan is het die van avant-gardist onder de madrigalisten en niet als de 'principe assassino', de prinselijke, zeer muzikale moordenaar, zoals hij tijdens zijn leven maar ook daarna werd genoemd. Bloeddorstige wraak, het zou zo aan een Verdi-opera kunnen zijn ontleend: Gesualdo die zijn overspelige vrouw en haar minnaar op beestachtige wijze vermoordde. Natuurlijk spreekt zo'n daad, een heuse crime passionnel, tot de verbeelding. Zeker na zoveel jaar, want als het vandaag zou gebeuren zou die verbeelding weleens plaats kunnen maken voor afschuw en berichten in de krant dat na onderzoek in het Pieter Baan Centrum de weg openligt naar gevangenisstraf en wellicht aansluitend tbs. Maar laten we Gesualdo toch vooral beoordelen naar de muziek die hij heeft voortgebracht: madrigalen van het beste soort, met in het achterhoofd misschien de gedachte dat in een deel daarvan Gesualdo's nogal wankele geestelijke gesteldheid wel enigszins wordt weerspiegeld. Moord Vele verhalen erover deden de ronde. Zelfs grote Italiaanse dichters, waaronder Torquate Tasso, kregen er geen genoeg van om er hun poëzie aan te wijden. Wat natuurlijk allemaal niet wegnam dat het een verschrikkelijke daad was die niet bepaald van heldenmoed getuigde. Maar er kwam nog een bloedig vervolg, toen Gesualdo zijn tweede zoon uit de weg ruimde nadat hij tot de ontdekking was gekomen dat die wellicht niet door hem was verwekt. Waarschijnlijk bracht Gesualdo ook zijn schoonvader om, toen die wraak wilde nemen op de moord van diens dochter. Het blijft echter gissen of de beide gebeurtenissen zich daadwerkelijk hebben afgespeeld omdat er in de ambtelijke annalen niets van is terug te vinden. Wat niet wegneemt dat Gesualdo een uitermate heethoofdig personage moet zijn geweest waarmee niet viel te spotten en die er niet voor terugdeinsde om iemands leven te nemen. Huwelijk Het huwelijk zal zeker een van Gesualdo's inspiratiebronnen zijn geweest, want in Ferrara componeerde hij naar hartenlust. Maar ook de uitstekende musici die hem omringden zullen zijn creativiteit gestimuleerd hebben. hoewel bewijzen daarvoor ontbreken ligt het alleszins voor de hand dat het Vijfde Madrigalenboek in Ferrara is ontstaan. In ieder geval kan met zekerheid worden gezegd dat het Eerste boek daar wel is gecomponeerd. De samenwerking met het Concerto delle donne, dat uit drie vrouwenstemmen bestond, in heel Italië beroemd was en waarvoor menige componist muziek had geschreven, moet invloed hebben gehad op de melodische conceptie van zijn madrigalen. Dat blijkt althans uit een overgeleverde brief van Gesualdo die hij in juni 1594 schreef. Daarin deelde hij mede dat hij voor het schone drietal muziek componeerde. Fysiek geweld Ook met Leonara boterde het uiteindelijk niet. Ze beschuldigde hem van fysiek geweld tegen haar. Leonara's familie stelde pogingen in het werk een scheiding van deze bruut door te drukken. Ze was ten slotte meer buiten dan in het kasteel te vinden. Voor Gesualdo moet het een buitengewoon onplezierige tijd zijn geweest, want hij deed er alles aan haar terug te halen. De vele boze brieven aan haar getuigen ervan. Maar nee, Leonara bleef in Modena, in het huis van haar broer. Misschien was dat maar goed ook, want anders had zij mogelijk hetzelfde lot getroffen als haar voorgangster. Terug naar huis Dood en lijden Dit album Deze madrigalen vragen het uiterste van de vijf zangstemmen. Van een koor in de strikte betekenis van het woord is feitelijk ook geen sprake: hier zijn vijf solisten in eendrachtige samenwerking aan het woord die excelleren in volmaakt doorzichtige stemvoering, intonatie, timing, dictie en expressie. Niet minder belangrijk zijn de fijnzinnig op elkaar afgestemde timbres en de zelfverzekerdheid die wordt uitgestraald in dit buitengewoon lastige chromatisch vormgegeven discours. Geen wonder dat Igor Stravinsky een groot bewonderaar was van deze madrigalen, getuige ook de balletmuziek die hij schreef ter ere van deze madrigalist: Monumentum Pro Gesualdo, die in 1960 in New York in première ging. De opname is prachtig, in het boekje zijn de teksten opgenomen in zowel het oorspronkelijke Italiaans als in de Engelse vertaling van James Weeks, die tevens zorgde voor de beknopte maar niet minder lezenswaardige en verhelderende toelichting. Het label Winter & Winter heeft zich er ditmaal niet gemakkelijk vanaf gemaakt door voor teksten en toelichting naar de website te verwijzen. Is men daar tot inkeer gekomen? index |
|