CD-recensie
© Aart van der Wal, juni 2016
|
Hoewel de zin van de vergelijking zeker in de muziek vaak al in de kiem moet worden gesmoord is het desondanks een bezigheid waarmee menige recensent zijn punt wil maken. Soms bezondig ik mij er ook aan, maar enige tijd later, wanneer er weer een nieuwe opname van een bepaald werk opduikt en ik de oude notities erbij pak, krijg ik weer prompt spijt. Maar gedane zaken nemen nu eenmaal geen keer. In dit geval bekroop mij weer de neiging om een stapeltje uitvoeringen van zowel Francks Pianokwintet als Debussy's Strijkkwartet uit mijn digitale domein te trekken. De enige belangrijke conclusie die ik uit dat 'onderzoek' wist te trekken was dat het Takács in Debussy zich met de beste kan meten en dat in Franck - niet in de laatste plaats door het briljante spel van de bevlogen Canadese pianist en componist Marc-André Hamelin - een soortgelijk beeld zich opdrong. Topklasse, punt uit. Het kan misschien wel anders, maar niet beter. Stijlzuiverheid, perfect samenspel, intensief naar elkaar luisteren en er ook naar handelen, een sterk ontwikkeld gevoel voor proportionaliteit en balans, aandacht voor de finesse (zeg maar het detail), uitmuntend gefraseerd, het zijn zo van die zaken die het verschil uitmaken tussen een goede vertolking en een vertolking op topniveau. De romantische passie van Franck ontvouwt zich hier in haar volle kracht, maar blijft binnen het domein van het expressieve raffinement, terwijl de debussyaanse pastelkleuren zo fraai worden getroffen dat ik er ademloos naar heb geluisterd. index |
|