CD-recensie

 

© Aart van der Wal, november 2019

Bryce Dessner - Tenebre

Dessner: Aheym - Tenebre - Skrik Trio - Lachrimae

Ensemble Resonanz
Resonanz Raum Records RRR 002 • 59' •
Opname: 2018/19, Resonanz Raum, St. Pauli, Hamburg

   

Mooi, zoals het Duitse Ensemble Resonanz zijn website inluidt met de wijze woorden van een net zo wijze landgenoot, de Duitse filosoof Markus Gabriel (Remagen, 1980):

»Wir sind wach und damit bei Bewusstsein, wir machen uns Gedanken, haben Gefühle, Ängste und Hoffnungen; wir sprechen miteinander, gründen Staaten, wählen Parteien, betreiben Wissenschaft, produzieren Kunstwerke, verlieben uns, täuschen uns und sind imstande zu wissen, was der Fall ist. Kurzum: Wir Menschen sind geistige Lebewesen.«

Muziek is dat trouwens ook: een 'geistiges Lebewesen', als het tenminste tot leven wordt gewekt vanuit de dode noten. En dat kan Resonanz wel worden toevertrouwd! Niet alleen in de studio, maar ook live, zoals op de kop af een jaar geleden, toen het in vol (strijkers)ornaat present was in het Amsterdamse Muziekgebouw, waar het op voortreffelijke wijze liet horen hoe goed 'oud en nieuw' zich in een inventief samengesteld programma liet combineren. Toen klonk Janáceks 'Dagboek van een verdwenene' in een bewerking van de Duitse componist Johannes Schöllhorn (Murnau am Staffelsee, 1962) en vervolgens 'Migrants' van de Griekse componist Georges Aperghis (Athene, 1945), een in muziek en (veelal schrijnende) tekst gevat drama waarin de actuele vluchtelingenproblematiek naar een creatieve uitweg zocht. Een werk dat zowel naar strekking als inhoud perfect, eigenlijk naadloos aansloot bij het stuk van Janácek, waarin het eveneens om een verdwijning gaat: een jongen die huis en haard achter zich laat omdat hij niet kan leven zonder 'zijn' zigeunermeisje. Zoals ook de talloze vluchtelingen nog steeds huis en haard verlaten om hun geluk in het lonkende Europa te beproeven en zelfs bereid zijn om daarvoor hun leven in de waagschaal te stellen door, in de handen van niets ontziende mensensmokkelaars, in wrakke bootjes op de vaak onstuimige Middellandse Zee, de overtocht te maken. We kennen het relaas van hen die de tocht overleefden en Aperghis gaf hen een muzikale stem. Bovenal een schoolvoorbeeld van een fascinerend programma dat bovendien door de inhoud een sterk actueel, ja op sommige punten zelfs provocerend karakter heeft (provocerend in de richting van de politiek welteverstaan).

Zoveel is helder: de musici van Resonanz verbinden graag 'klassiek' met eigentijds repertoire, met als belangrijkste drijfveer dat ze vernieuwend bezig willen zijn en niet alleen de eigen grenzen maar ook die van het repertoire willen verleggen. Het zwaartepunt ligt bij hen bij het avontuur, zonder echter ook maar enige concessie te doen aan het hoge niveau van de speelcultuur. Het is een van het inmiddels stevig toegenomen aantal Europese topensembles dat zich niet uitsluitend wil vastleggen op het bekende en vertrouwde, maar zich ook richt op de moderne en eigentijdse muziek. Het is bovendien een van de ensembles die een lans breken voor de 'ongehoorde' nieuwe muziek en uit dien hoofde regelmatig compositieopdrachten verstrekken. Dat laatste is misschien wel het meest probate antidotum tegen de helaas al decennialang oprukkende museale verschraling en programmatische ineenschrompeling.

Waarmee niet tevens gezegd wil zijn dat dergelijke compositieopdrachten uitsluitend boeiende muziek opleveren. Zelfs als men het werk van een bepaalde componist goed kent heeft zo'n opdracht al bij voorbaat een bepaald risico in zich: dat de verwachtingen omtrent het werk in de praktijk niet of onvoldoende worden bewaarheid of omdat dat de technische complexiteit ervan veel te hoge eisen stelt om als zodanig opgenomen te kunnen worden in het te spelen repertoire. Het gebeurt nogal eens: dat de componist tijdens het componeren het zicht op de speelpraktijk kwijtraakt. Problemen die overigens vaak kunnen worden voorkomen door hem of haar rechtstreeks bij het ensemble te betrekken (voorbeelden daarvan: het Asko|Schönberg Ensemble, het Nieuw Ensemble en het Goeyvaerts Trio). In Donaueschingen weten ze er echt alles van...

Bryce Dessner (foto Peter Hundert)

Dat weerbarstige karakter zal zeker ook in dit geval behoorlijk hebben meegespeeld: Resonanz kon de borst nat maken toen het werk van de Amerikaanse componist Bryce Dessner (Cincinnatti, 1976) op de lessenaars stond. Van oorsprong een rockgitarist heeft hij zich dusdanig in het compositievak bekwaamd dat hij zelfs voor het meest ingewikkelde contrapunt zijn hand niet hoefde om te draaien (wat voor de musici in kwestie bepaald anders lag!), maar ook in puur ritmisch opzicht liggen er grote uitdagingen in het verschiet. Dat ook Dessner - zoals zoveel collega's - daarbij graag zijn toevlucht neemt tot motiefherhalingen wordt gelukkig gecompenseerd door een ingenieus ingevlochten ritmiek, maar ook door een model waarin avant-garde en traditie overtuigend samenkomen. Het heeft alles tezamen geleid tot fraaie stilistische meesterstukjes die ongetwijfeld een breed publiek (kunnen) aantrekken. Zelfs van zijn meest actuele stuk, 'Skrik', geconcipieerd als strijktrio, is het avant-gardistische karakter niet dusdanig dat het - zoals zo vaak in de eigentijdse muziek - tot een schier onontwarbare kluwen noten en figuren leidt. Veel eigentijdse componisten verliezen uit het oog dat transparantie een belangrijke factor is om nieuwe muziek te kunnen veroveren.

Wie meer wil horen dan echo's van het postminimalisme, eventueel nog verder aangelengd met conventioneel aangelegde metaforen, moet zeker naar deze stukken van Dessner luisteren. De conventie van het minimalisme wordt weliswaar niet gemeden, maar positief is wel dat de grenzen ervan met een zekere begerigheid naar iets nieuws worden overschreden. Dat levert de juxtapositie op die zelfs menig vertrouwd beeld al snel doet kantelen.

De opname werd gemaakt in 'Resonanzraum St. Pauli', in 2014 in Hamburg als kamermuziekzaal geopend door niemand minder dan het Ensemble Resonanz. De ruimte straalt een intieme 'clubatmosfeer' uit, maar belangrijker is de akoestiek die - de cd laat het in volle glorie horen - de muziek schitterend cachet geeft en de 'Durchhörbarkeit' ervan tot in het kleinste detail tot werkelijkheid maakt. Dan komt het danig aan op volmaakte ensembletechniek, want het kleinste vergrijp wordt terstond hoorbaar. Dit is zeker voor de uitvoering van de eigentijdse muziek een ideale ruimte, maar ook Tsjaikovski's of Dvoráks Serenades zullen er alleen maar wel bij varen. Ik denk dat bijvoorbeeld ons Amsterdam Sinfonietta zich geen betere ruimte zou kunnen wensen. Akoestisch een gouden greep dus, die ook voor de daar optredende musici een belangrijke inspiratiebron moet zijn. Dit album bewijst dat in ieder geval.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links