![]() CD-recensie
© Aart van der Wal, november 2007 |
||
Beethoven: Pianosonate nr.1 in f, op. 2 nr. 1 - nr. 2 in A, op. 2 nr. 2 - nr. 3 in C, op. 2 nr. 3 - nr. 4 in Es, op. 7 - nr. 12 in As, op. 26 - nr. 13 in Es, op. 27 nr. 1 - nr. 14 in cis, op. 27 nr. 2 - nr. 22 in F, 54 - nr. 23 in f, op. 57 (Appassionata). Paul Lewis (piano). Harmonia Mundi HMC 901906.08 • 3.09' • (3 cd's)
Dit is de derde uitgave van Lewis' integrale Beethoven-cyclus (de voorgaande twee delen vindt u elders op onze site) en het resultaat is om van te watertanden. Het is lastig om de eigenschappen van Lewis' spel eenvoudig samen te vatten, maar wie er kritisch naar luistert komt in alle tot nu toe op cd gezette sonates steevast drie zeer belangwekkende elementen tegen: plastische uitwerking van frases, fabelachtige ritmische precisie en een al even nauwkeurige dynamische invulling. Dat alleen maakt nog geen grote Beethoven-pianist, en dus zal niemand er verbaasd over zijn dat Lewis ook nog de expressieve graviteit in deze muziek bijna onnavolgbaar over het voetlicht brengt. Onnavolgbaar in die zin dat hij de expressie niet opzoekt, maar juist op een volkomen natuurlijke manier laat opbloeien, alsof die in deze muziek gewoon voor het oprapen ligt. Bij Lewis geen zoektocht naar het verborgene, maar een aanpak die ogenblikkelijk alles zichtbaar maakt wat in deze partituren verborgen lijkt. We horen als het ware een nieuwe Solomon, maar dan met een nóg meer uitgevijlde techniek (die alleen al daardoor nog meer mogelijk, nog beter hoorbaar maakt). Geen zelfs maar incidentele nevels in het passagewerk, geen maskeringen, geen nauwelijks waarneembare rafeltjes in de afwerking van frases, geen akkoord dat nét niet loepzuiver is. En wie komt daardoor als grootste winnar uit de bus? Beethovens muziek, en niets anders dan dat. We hoeven musici niet per se in allerlei hoekjes te duwen, ze met vergelijkingen op te zadelen. We kunnen hun prestaties ook best op de eigen merites beoordelen, maar toch... Er zijn niet alleen associaties met Solomon (EMI), maar ook met Artur Schnabel (EMI), Stephen Bishop-Kovacevich (Philips) en Emil Gilels (DG). De vergelijking met Schnabel dringt zich vooral op in de langzame delen, waarin Lewis zonder enige opsmuk een diep-emotioneel verhaal vertelt, zonder dat maniertjes en overdrijving een kans maken. Maar dan geldt ook voor Lewis weer dat hij technisch de veel betere pianist is, die zijn grote technische palet met gulle hand ten dienste stelt van het schilderij. In deze sonates overtreft hij ook in de verfijning zeker zijn leermeester Alfred Brendel (Philips). Lewis schotelt ons geen 'weke' Beethoven voor, hoewel deze vertolkingen overstromen van poëzie. Ook de 'bescheiden' Beethoven ontbreekt, want Lewis speelt deze sonates zelbewust, warm en toegewijd, waar nodig energiek en met sterke toon, met een groot arsenaal aan klankkleuren als uiting van een even grote verbeeldingskracht. Zijn fraai klinkende instrument (zo te horen een Steinway) helpt hem daarbij. We horen gelukkig een piano die écht tot in de kleinste details is nagezien en perfect op stemming blijft. De prachtige opname maakt ons er ongehinderd deelgenoot van. Als het zo doorgaat wordt dit een van de allerbeste Beethoven-cycli ooit. Het is overrompelend spel dat hier in al zijn facetten ten beste wordt gegeven. Lewis toont weer eens aan dat een fabelachtige techniek tot grootse muzikale resultaten kan leiden, maar op zich beschouwd niet de betekenis heeft die er vaak - ten onrechte! - aan wordt toegekend. Het komt hier aan op de fabuleuze uitwerking van Beethovens overstelpende ideeënrijkdom, het buitengewone begrip voor wat de notentekst nu eigenlijk te zeggen heeft, voor de structurele verbanden, ook tussen frases, spanning en ontspanning, crescendi en decrescendi óók beschouwen als structuurelementen, wéten dat alleen perfect gedoseerde accenten de melodische en harmonische textuur niet verbrokkelen. Zo krijgen ook de vele fascinerende harmoniewisselingen, het grootse spel van dominanten en subdominanten hun perfect gedoseerde plaats binnen het geheel. Lewis behoort tot de wereldtop. En dat voor een jonge pianist die nog een hele toekomst voor zich heeft! Hoe valt dit te verklaren? Ik weet het niet, maar al luisterend ben ik zelfs die vraag alweer snel vergeten... index | ||