![]() CD-recensie
© Aart van der Wal, november 2010
|
||
Bach: Hoboconcert in F (naar BWV 49 en BWV 169; bewerking door Hermann Töttcher en Gottfried Müller) - in d (naar BWV 35 en BWV 156; bewerking door Arnold Mehl) - in A (naar BWV 1055; bewerking door Wilfried Fischer) - in c (naar BWV 1060; bewerking door Wilfried Fischer) - Paasoratorium BWV 249 (Sinfonia, "Kommt, eilet und laufet"). Alexei Ogrintchouk (hobo en in BWV 1055 hobo d'amore), Alina Ibragimova (viool), Reinut Tepp (klavecimbel), Swedish Chamber Orchestra o.l.v. Alexei Ogrintchouk. BIS-SACD-1769. • 65' • Ik herinner me de Moskouse hoboïst Alexei Ogrintchouk natuurlijk in de allereerste plaats van zijn fantastische bijdragen aan de klankkwaliteit van 'mijn' Rotterdams Philharmonisch Orkest, waar hij als twintigjarige werd aangesteld als eerste hoboïst onder de toenmalige chef-dirigent Valery Gergiev. Maar er waren ook zijn vele solistische optredens buiten het orkest die enorme bewondering afdwongen. Hier was niet alleen eeen groot virtuoos aan het woord, maar tevens een grote vertolker. Met ingang van het seizoen 2005/06 begon Ogrintchouks carrière als eerste hoboïst van het Koninklijk Concertgebouworkest onder Mariss Jansons. Maar ook in de kamermuziek heeft Ogrintchouk zich volop kunnen bewijzen en trad hij op met wat ik dan maar de 'muzikale groten der aarde' noem, waaronder Gidon Kremer, Yuri Bashmet, Leif Ove Andsnes, Jean-Yves Thibaudet, Sarah Chang, Tabea Zimmermann, Radu Lupu, Thomas Quasthoff, Misha Maisky, Vladimir Spivakov, Nikolai Znaider Fabio Biondi, het Belcea, Eben en Tokyo Strijkkwartet, enz. Kortom, een veelgevraagde musicus die zijn muzikale sporen inmddels wereldwijd wel heeft verdiend. In augustus 2009 trok Ogrintchouk naar de Zweedse universiteitsstad Örebro om zich daar in het plaatselijke concertgebouw aan deze smaakvolle Bach-bewerkingen te wagen. Voor de statistiek: BWV 35, 49, 156 en 169 zijn cantates: "Geist und Seele wird verwirret" (BWV 35), "Ich seh und suche mit Verlangen" (BWV 49), "Ich stehe mit einem Fuss im Grabe" (BWV 156) en "Gott allein soll mein Herze haben" (BWV 169); BWV 1055 is het Klavecimbelconcert in A en BWV 1060 het Dubbelconcert (voor twee klavecimbels) in c, dat op deze opname gelukkig ook in die toonsoort klinkt en niet zoals meestal getransponeerd naar d. Ogrintchouks toonvorming en ademtechniek zijn weer een klasse apart, de behoorlijk pittig uitgevallen bijdrage van violiste Alina Ibragimova in het Concert in c is al evenmin te versmaden en de strijkers van het Zweedse kamerorkest leggen voor de beide solisten een schitterend klanktapijt neer (mooi glanzende strijkers, een niet minder mooie bas en de goed gedoseerde bijdragen van het klavecimbel). Waaruit dan tevens blijkt dat de opname er eveneens wezen mag. Kortom, een project dat van alle kanten echte klasse uitstraalt. Er wordt op 'gewone' instrumenten gemusiceerd en dan zijn het nog bewerkingen ook, dus 'puristen', knijpt u gerust maar een oogje (of oortje?) dicht, maar dan weet u niet wat u mist! index | ||