CD-recensie

 

© Aarnout Coster, december 2007


 

Kiel: Pianokwartet nr. 1 in a, op. 43 - nr. 2 in E, op. 44 - nr. 3 in G, op. 50.

Oliver Triendl (piano), Ulrike-Anima Mathé (viool), Hariolf Schlichtig (altviool), Xenia Jankovic (cello).

CPO 777 076-2 • 78' •

 

 


Friedrich Kiel (1821-1885) was lange tijd werkzaam als leraar compositie aan diverse muziekinstituten in Berlijn; een van zijn leerlingen was Willem Kes, de latere eerste chef-dirigent van het Concertgebouworkest.

In de jaren zestig van de negentiende eeuw kreeg Kiel grote bekendheid in Duitsland als componist van kerkmuziek met name door zijn Requiem en en zijn Te Deum. Naast religieuze werken schreef hij pianomuziek en kamermuziek, waaronder de hier opgenomen drie pianokwartetten.

De met groot vakmanschap geschreven kwartetten dateren uit de jaren 1867/68. Ze zijn gecomponeerd in een romantisch idioom en liggen duidelijk in het verlengde van de lijn Beethoven-Schubert-Mendelssohn-Schumann. Met toepassing van deze 'modellen' heeft Kiel een drietal boeiende stukken gecomponeerd. Een epigoon? Wellicht, maar dan een die niet bloedeloos imiteerde, maar aan de hand van de overlevering tot boeiende resultaten kwam.

De piano heeft, zoals gebruikelijk bij dit soort muziek, de hoofdrol. Het eerste kwartet heeft een overwegend serieus, dramatisch karakter, het tweede slaat een wat lichtere toon aan, terwijl het derde beide elementen in zich heeft.

De uitvoering door het ensemble is goed en met grote affiniteit voor deze muziek gerealiseerd: de spelers laten de dramatische, lyrische en uitgelaten momenten ervan tot hun recht komen. Het valt te prijzen dat deze musici de pianokwartetten van Kiel aan de vergetelheid hebben ontrukt en dat CPO er deze goed verzorgde productie van heeft gemaakt.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links