![]() Boeken over componisten
© Kees de Leeuw, augustus 2011
|
||
Joop van Velzen : Clara Schumann & Johannes Brahms: een biografie van een muzikale vriendschap in brieven en noten Deel 1: 1853-1866 Boekscout.nl, Soest, 785 blz., geïllustreerd, paperback, € 28,95 ISBN 978 94 6176 013 5
De markt voor Nederlandstalige boeken over klassieke muziek is beperkt en het is daarom zeer loffelijk dat uitgeverij Boekscout.nl het risico heeft genomen om drie zeer kloeke delen uit te geven over Clara Schumann (1819-1896) en Johannes Brahms (1833-1897). Daar komt nog bij dat auteur Joop van Velzen (1951) hiermee tevens zijn debuut maakt. Over enige subsidie staat niets in het boek vermeld. Wel schreef niemand minder dan Philippe Herreweghe het voorwoord en kreeg het boek een officiële presentatie in het Utrechtse conservatorium en werden eerste exemplaren overhandigd aan onder meer mezzosopraan en zangpedagoge Jard van Nes en muziekjournaliste Bela Luttmer. Inmiddels ontving ook Bernard Haitink een exemplaar van het boek en sprak er zijn grote waardering over uit. Van Velzen, een fanatiek muziekliefhebber, verdiepte zich tijdens een burn-out in de briefwisseling van beide musici. Hij ontdekte dat er slechts een klein deel in het Nederlands vertaald was. Nadat hij met werken was gestopt besloot hij de brieven te vertalen en te becommentariëren. Hoewel Brahms een aantal brieven van Clara Schumann in de Rijn gooide en zij op haar buurt een deel van zijn brieven in de open haard verbrandde zijn er veel brieven bewaard gebleven. Het jaar 1853 was een zeer belangrijk jaar voor Brahms. Hij kwam in contact met Joseph Joachim, met wie hij al spoedig zeer bevriend raakte. Die vriendschap leverde Brahms, die intussen zijn eerste composities had voltooid, een groot aantal nieuwe contacten op, waaronder de familie Schumann die toen in Dűsseldorf woonde. De allereerste kennismaking tussen Robert Schumann die steeds meer in zichzelf gekeerd raakte en de wat terugtrokken Brahms verliep moeizaam, maar toen Brahms begon te musiceren brak het ijs. De jonge componist speelde bij die gelegenheid fragmenten uit zijn eerste Pianosonate Robert Schumann. Schumann raakte daarvan zo onder de indruk dat hij Clara erbij haalde, waarna Brahms het stuk niet alleen herhaalde, maar tevens delen uit de dan nog niet voltooide Tweede sonate en het Scherzo in es-klein speelde. Zijn gastheer en –vrouw waren zeer enthousiast, Brahms viel bij het echtpaar in de smaak, al lieten zij dat niet al te uitbundig blijken. Clara schreef in haar dagboek over Brahms als “door God gezonden”. Zij en Robert nodigden Brahms uit terug te komen, die daar aanvankelijk niet veel voor voelde. Zijn twijfels aan zijn eigen kunnen waren groter dan zijn drang tot een hernieuwde kennismaking, maar uiteindelijk liet hij zich overhalen en verbleef hij meerdere weken bij de familie. Robert schreef kort daarna een artikel in zijn gezaghebbende “Neue Zeitschrift für Musik”, waarin hij hoog opgaf van de muzikale kwaliteiten van Brahms. Op aandringen van Schumann nam de nog steeds aarzelende Brahms contact op met belangrijke muziekuitgevers; en niet zonder resultaat: al na korte tijd werden zijn eerste composities voor piano solo, een sonate voor viool en piano en een aantal liederen gepubliceerd. Het hierop volgende jaar was minder gelukkig. Het begon goed want Brahms kwam in contact met dirigent Hans von Bülow, die midden in het muziekleven stond en zich met woord en daad inzette voor de carrière van nog niet zo bekende musici. Brahms voltooide zijn Derde pianosonate (die hij opdroeg aan Clara) en zijn Eerste pianotrio. Eind februari deed Robert een poging tot zelfmoord door in de Rijn te springen. Kort hierna werd Robert, die leed aan hallucinaties, opgenomen in een psychiatrische kliniek in Endenich bij Bonn. Brahms mocht hem hier bezoeken, Clara echter niet. Spoedig werd duidelijk dat genezing vrijwel uitgesloten was. Schumanns deplorabele geestelijke toestand maakte zo’n grote indruk op Brahms dat zijn creativiteit erdoor werd verlamd. Daarnaast had hij al zijn energie en geesteskracht nodig om het gezin te steunen. Hij ontwikkelde bijna een obsessie door de zorg voor de familie en brak een wandeltocht af om terug te kunnen gaan naar huize Schumann, terwijl Clara op concerttournee was. Brieven van Clara uit deze periode zijn er niet meer, maar het lijkt erop dat Clara in die kommervolle tijd veel steun en troost kreeg van Brahms, die geleidelijk aan verliefd op haar was geworden. Clara schreef in haar dagboek: “Hoe vaak, bijna dagelijks dank ik God voor deze vriend, die hij mij in deze tijd van het zwaarste noodlot heeft gestuurd, gelijk een troostende engel.” In haar brieven aan Brahms ging Clara over op Du, waar Brahms haar vooralsnog de voorkeur gaf aan de beleefdheidsvorm Sie. Een van de weinige werken die hij in 1854 nog componeerde waren de “Variaties op een thema van Robert Schumann” die de betrokken componist na aan het hart lagen, zoals blijkt uit brieven die hij schreef in de periode dat tijdelijk aan de beterende hand leek. In 1855 en 1856 maakte Clara vele concertreizen, onder meer naar Nederland, Oostenrijk en Hongarije. Ook Brahms, die weinig componeerde en dus weinig verdiende, trad daarom vaker op. De twee zagen elkaar daardoor nauwelijks, wat Brahms compenseerde met talloze brieven aan Clara, die zij echter heel wat minder frequent beantwoordde. Haar brieven uit deze periode zijn helaas niet bewaard gebleven. In zijn epistels gaf Brahms vooral een opsomming wat hetgeen hij had ondernomen, welke mensen zijn pad hadden gekruist en welke muziek hij had gehoord. Maar hij schreef ook over ingrijpende gebeurtenissen, zoals een zeer heftig noodweer in augustus 1855, waardoor het huis van de familie Schumann flinke schade opliep. Het meest ingrijpend was echter de verslechterende toestand van Robert. In 1856 ging het had bergafwaarts en in juli overleed hij, nota bene een paar dagen dagen nadat Clara hem, tegen adviezen in, toch in de kliniek had bezocht. De intimiteit tussen Clara en Brahms nam na de dood van Robert beduidend af: Brahms nam bewust meer afstand van haar. Hij realiseerde zich blijkbaar dat zijn ideaal van ridderlijke liefde toch anders was dan de dagelijkse zorg voor een vrouw en een kinderrijk gezin. In de drie jaren erna is Brahms in dienst van het hof van Lippe-Detmold en verzorgt hij behalve privélessen een groot aantal muziekuitvoeringen. Door de optredens met (vrouwen)koren neemt veel interesse in het componeren en bestuderen van vocale muziek sterk toe. Hij schrijft in deze periode ook zijn Eerste serenade (voor orkest) en het Eerste pianoconcert. De eerste uitvoering van dat laatste werk vindt in Leipzig, de toonaangevende muziekstad in Duitsland, plaats maar draait uit op een volslagen mislukking. Het is tekenend voor de veranderde relatie tussen Clara en Brahms dat zij bij dit concert de grote afwezige is, waar de componist dit stilletjes wel had verwacht en gehoopt. Ook de aandacht van Brahms voor de zangeres Agathe von Siebold, diezelfs tot een kortstondige verloving leidt, zet de relatie met Clara onder druk. Een bijkomend voordeel is echter dat de toonzetting van hun brieven openhartiger en kritischer wordt. In 1857 schrijft Brahms zelfs een wel erg botte brief waarin hij Clara vermaant dat ze te depressief is en haar hartstochten moet onderdrukken, wil ze een evenwichtige persoonlijkheid worden. Enkele jaren later is de relatie tussen hen beiden sterk verbeterd en tonen ze zich ten opzichte van elkaar zorgzaam en bezorgd. De vele concertreizen, onder meer naar Engeland, van Clara zijn knap vermoeiend. Veel steun heeft ze van haar muzikale partner, violist en componist Joseph Joachim. Maar ook bij Brahms vindt ze altijd een gewillig oor. Zeer opmerkelijk is dat Clara in 1860 Brahms verwijt dat hij de relatie met Agathe von Siebold heeft verbroken. In hetzelfde jaar lijkt Clara juist erg naar Brahms te verlangen en vraagt ze hem steeds opnieuw om snel een brief te sturen. Brahms voldeed wel aan haar dringende verzoeken, maar werd tegelijkertijd erg in beslag genomen door zijn composities, optredens, muziekwetenschappelijke studies en onderzoek. Clara is niet consistent en wanneer Brahms haar in 1861 uitnodigt om tijdens een concertreeks in Hamburg langer te blijven weigert ze aanvankelijk, terwijl in haar brieven de indruk wordt gewekt dat ze hem niet vaak en niet lang genoeg kan zien. Mogelijk hinderde het haar dat Brahms enige tijd wel erg gecharmeerd raakte van haar dochter Julie, aan wie hij ook zijn “Variationen über ein Thema von Schumann in Es-Dur”, op. 23 opdroeg. Uit 1863 zijn geen brieven van Brahms aan Clara bewaard gebleven. Dat is extra spijtig want het was voor beiden een enerverend jaar. Grote vriend Joseph Joachim trad in het huwelijk en zelfs Clara werd ten huwelijk gevraagd, maar zij weigerde. Terwijl Clara op tournee was in Nederland en optrad in een gebouw in Arnhem waar het dak vanaf leek te waaien en vele bezoekers dikke winterjassen droegen zelfs voetwarmers gebruikten, zette Brahms zijn triomftocht in Wenen voort. Hij was zo succesvol dat hij als dirigent van de prestigieuze Wiener Singakademie gevraagd werd, een post die hij maar al te graag aanvaardde. Het jaar daarop lijkt het omgekeerde het geval. Clara trad met groot succes op in Rusland en incasseerde daarmee een behoorlijke geldsom, terwijl Brahms als dirigent in Wenen nu juist minder succesvol was. Toch werd hij gevraagd voor een langere periode, maar na enig nadenken sloeg hij dit aanbod af. Door de zeer slechte relatie tussen zijn ouders, waarvan hij Clara niets had laten weten, voelde hij zich genoodzaakt om woonruimte voor een van hen te zoeken zodat ze niet meer onder één dak hoefden te verblijven. In 1865 overleed zijn geliefde moeder. Zijn diepste emoties deelde hij eigenlijk alleen met Clara. Medeleven van anderen leek hij niet te kunnen accepteren. Maar zelfs met Clara kwam het tot een heftige botsing nadat hij haar had verweten dat ze toch vooral voor het geld musiceerde, waarna ze hem in felle woorden meedeelde dat ze de nagedachtenis aan haar man wilde hooghouden en zijn composities meer bekendheid wilde geven en de financiën niet de hoofdzaak waren. Terwijl Clara in deze jaren opnieuw veel succes oogste in Londen en Wenen trok Brahms zich geleidelijk aan terug uit Wenen en richtte zich vooral op het componeren. Zijn voltooiing van zijn “Deutsches Requiem” is het laatste belangrijke wapenfeit dat in dit eerste deel van de trilogie deel ter sprake komt. In de hier beschreven dertien jaar is een duidelijke ontwikkeling te zien. In het begin is er een onzekere jonge Brahms die amper durft op te treden voor Robert en Clara Schumann en zich door de waardering van de meester zeer gevleid voelt. Dankzij Robert kreeg Brahms bovendien meer bekendheid en konden zijn eerste composities met succes worden uitgegeven. Door de ziekte van Robert raakte Brahms nauw betrokken bij de familie en dat bleef zo tot de dood van Schumann in 1856. Hij is weliswaar verliefd op Clara, maar wanneer zij weduwe wordt neemt Brahms toch meer afstand. Hij verkiest zijn werk boven de liefde, zoals later ook nog enkele keren blijkt. Zijn houding ten opzichte van Clara wordt minder slaafs, hij durft haar zelfs te bekritiseren. Zijn loopbaan verloopt voorspoedig, maar ook hier kiest hij voor de vrijheid en ziet hij af van langdurige bindende overeenkomsten. Terwijl Brahms als mens en componist volwassen wordt en een boeiende muzikale loopbaan ambieert begint bij Clara heel geleidelijk aan de twijfel te groeien over haar werk. Het slopende bestaan van een concertpianiste die telkens weer topprestaties moet leveren en de vermoeiende reizen zaaien grote twijfel, maar haar financiële zorg(en) voor haar zeven kinderen zijn de stimulans om toch op die moeizame weg door te gaan. In Brahms ziet ze een genie en een vriend die kan helpen en troosten. Dertien jaar na hun eerste kennismaking zijn ze volwaardige vrienden die elkaar de waarheid durven te zeggen, maar elkaar zeer respecteren en bijstaan. Het is de vraag of dit zo blijft in de volgende jaren wanneer Brahms een man van aanzien wordt die zijn absolute top nog niet bereikt heeft, terwijl Clara in 1866 hoogstwaarschijnlijk al op haar hoogtepunt was. Het is boeiend de brieven en de verbindende verklarende teksten te lezen, ook al beslaat dit eerste deel maar dertien jaar van de ruim veertig jaar dat zij elkaar kenden. Van Velzen voorzag de brieven van noten en schreef commentaar bij de brieven, naast uitgebreide verbindende teksten. Uit alles blijkt dat deze gepassioneerde muziekliefhebber zich niet stuurloos door zijn onderwerp heeft laten meeslepen en gedegen onderzoek heeft verricht. Diezelfde betrokkenheid mag trouwens niet minder van de lezer worden verwacht, want deze biografie zal ten slotte niet minder dan zo’n 2400 pagina’s gaan beslaan. Hoewel het misschien wel erg uitgebreid is kan je als lezer niet anders dan grote waardering opbrengen voor dezet immense onderneming. Het boek is mooi uitgevoerd door Boekscout.nl., al moet worden gezegd dat de matige kwaliteit van de vele interessante foto’s verraadt dat het een internetuitgeverij is waarbij foto’s niet meer dan printjes lijken te zijn, afgedrukt op gewoon papier. Laat u zich hierdoor echter niet weerhouden! Inmiddels is het tweede deel verschenen. Ook het derde deel volgt nog dit jaar. index |
||