![]() Actueel (archief) MuziekGroep Nederland of het Kruidvat?
© Aart van der Wal, september 2004
|
Niet zonder enige verbijstering las ik van de plannen van het Koninklijk Concertgebouworkest om in eigen beheer cd's uit te gaan brengen onder de veelzeggende titel Royal Concertgebouw Orchestra Live. Men hoopt per jaar zo'n vier cd's tegen een redelijke prijs uit te geven. Dat men er in Amsterdam brood in ziet! Het project werd zaterdag jl. min of meer officieel geďntroduceerd met de eerste cd, een live uitvoering van Dvoráks Negende symfonie, uit de Nieuwe Wereld, gedirigeerd door Mariss Jansons, de nieuwe chef-dirigent van het KCO. De cd-markt is fors ingezakt, muziekbedrijven als Universal, Warner, EMI, BMG en Sony hebben inmiddels fors bezuinigd. Artiesten en orkesten worden inmiddels in rap tempo rigoureus aan de kant gezet en het aantal nieuwe opnamen wordt drastisch beperkt. Ton Koopman met zijn Bach-project door Warner was een van de meer recente slachtoffers, maar Bernard Haitink beet zo'n beetje in Berlijn het spits af met een onvoltooid gebleven Mahler-project. De voorbeelden zijn legio, de consument heeft gesproken. Het is dus geen wonder dat sommige orkesten naar een eigen label grijpen, zelf cd's en dvd's gaan uitbrengen, om ook in internationaal verband niet in het zwarte gat te vallen. De relatief hoge kosten van studioproducties worden omzeild door over te gaan op de registratie van live- concerten. Wel zal duidelijk zijn dat zogenaamde 'post editing' (knippen en plakken achteraf) onvermijdelijk is, wat bij een concertprogramma dat twee- tot driemaal wordt herhaald geen probleem is. Technisch kan het dus allemaal, en de aanhoudende kuchers geeft men eventueel vooraf een snoepje. De muziekliefhebber thuis mag het voordeel van een live opname best mee laten wegen want menige dirigent is in een live concert immers aanmerkelijk beter op dreef dan tijdens een studio-opname: het publiek in de zaal heeft een stimulerend effect op de uitvoering, in tegenstelling tot een koude, lege studio in de vroege ochtend. Zo bezien kan van de nood dus wel degelijk een deugd worden gemaakt. Het lijkt desalniettemin een waagstuk van formaat: de uitgifte van eigen cd's op een markt die vooral door de aanhoudende malaise is getekend. Het wordt er al niet beter op als we ons realiseren dat er al zóveel opnamen met het (Koninklijk) Concertgebouworkest op de markt zijn verschenen, waarvan een groot aantal in de categorie 'live recording'. Het regende al anthologieën (Mengelberg,Van Beinum, Haitink) en nu is er wéér een nieuwe, fors doos met (13) cd's op de markt verschenen, wederom met uitsluiend live-opnamen, waarbij ditmaal Riccardo Chailly centraal staat, maar zónder diens (toch wel unieke) Matthäus-Passion uit 1999 (Q Disc MCCM 97033). We kruipen inmiddels naar het magische getal van 100 cd's en dvd's, wat mij toch enigszins doet verzuchten: wie kóópt dat toch allemaal, en dan ook nog voor die prijs? En dan begint het KCO met de uitgifte van cd's in eigen beheer, blijkbaar in de veronderstelling dat de koortsachtige wedloop om de gunst van de (kritische) consument nog in volle gang is, en er al niet - zoals in dit geval - dozijnen uit de Nieuwe Werelden in omloop zijn, ook in vertolkingen die werkelijk het laatste muzikale woord zijn (een voorbeeld: de Decca-cd met Kirill Kondrashin en de Wiener Philharmoniker, en ook nog een eminente studio-opname). Het is overigens zeker interessant om kennis te nemen van de verrichtingen van het KCO in het verre en minder verre verleden met een grote verscheidenheid aan dirigenten (waaronder ook Bruno Walter, Otto Klemperer, Pierre Monteux en Carl Schuricht), maar mijns inziens had selectieve uitgifte ervan meer voor de hand gelegen, in plaats van dat vele materiaal met bákken tegelijk op de markt te brengen, en last but not least bepaald ook niet goedkoop. Maar als er dan tóch voor omvangrijke boxen wordt gekozen kan de muziekliefhebber voor projecten als deze zéker qua prijsstelling geen groter plezier worden gedaan dan met distributie via bijvoorbeeld het Kruidvat, de drogisterijketen die heel wat méér 'klassieke' cd's afzet dan alle platenmaatschappijen in ons land samen. Zo'n organisatie is als geen ander in staat om goedkope cd's te (laten) maken en uit te brengen, de MuziekGroep Nederland ten spijt. De kans is dan bovendien aanmerkelijk groter dat dergelijke dozen met historisch materiaal de drogisterijen uitvliegen, terwijl ze waarschijnlijk nu mogen verstoffen in de schappen van de Nederlandse Klassieke Vakhandel. Het Kruidvat?! Geen dédain hier, want muziek - zèlfs 'klassieke' muziek - is een massaproduct geworden, met de muziek zèlf als het eerste en belangrijkste slachtoffer. Een soort 'u vraagt en wij draaien'. Adorno hoeft zich niet in zijn graf om te draaien want hij voorspelde deze naargeestige ontwikkeling al zo'n zeventig jaar geleden. index |