Video

Een sterk nummer:

Philips 28 PW 9501 Matchline breedbeeld-tv

 

© Aart van der Wal, december 1995

 

Heeft breedbeeld de toekomst, of is het - zoals Konsumentenman Frits Bom het in het Algemeen Dagblad van 28 oktober stelde - pure list en bedrog van de fabrikanten? In advertenties en folders wordt keer op keer uiteengezet dat het 16:9 breedbeeldformaat veel beter overeenkomt met het natuurlijke gezichtsveld van de mens en om die reden het veel plezieriger kijken is. Maar is het ook zo? Na drie maanden in ons gezin en enige weken op proef bij een aantal andere gezinnen kan die conclusie onvoorwaardelijk worden onderschreven: weer terug naar het 'oude' 4:3 standaardformaat is een héle stap terug. Frits Bom zit er - en dat is niet de eerste keer - falikant naast. De tv heeft vanaf de draaiende Nipkov-schijf uit 1883 en de eerste transmissie van bewegend beeld door J.H. Baird in 1925 tot de breedbeeld-tv met Dolby Pro-Logic van nu een forse ontwikkeling doorgemaakt. Al is de weg naar het plasma-scherm en H(igh)D(efinition)-tv nog lang.


Om een belangrijk en hardnekkig misverstand maar gelijk uit de weg te ruimen: breedbeeld levert niet méér beeld op dan de cameralens kan vastleggen. Er wordt ons dus geen groothoekbeeld, zoals we dat van de groothoeklens in de fotografie kennen, voorgetoverd. Toch is breedbeeld (16:9) vergeleken met het 'klassieke' formaat (4:3) een behoorlijke stap vooruit en is het, zoals Bom doet, volstrekte nonsens om te beweren dat de huidige breedbeeld-tv helemaal niet zo bijzonder is en we al jaren breed- en hoogbeeld in huis hebben. Sterker nog: volgens hem worden we nu door de fabrikanten flink in de maling genomen, omdat breedbeeld-tv ons een deel van het beeld (de boven- en onderkant) ontneemt. En krijgen we als bonus nog een monstrueuze kast door de strot geduwd. Zijn al die recensenten die over breedbeeld-tv nu zo stom, zo kritiekloos en is het alleen maar Frits Bom die de strijd aanbindt met de producenten?

PAL en PALplus

Al meer dan 30 jaar heeft de P(hase)A(lternate)L(Line)-norm zich in Europa kwalitatief bewezen. Dit in tegenstelling tot het Amerikaanse, niet met PAL uitwisselbare, N(ational)T(elevision)S(ystem)C(ommittee). NTSC had al snel een bijnaam die er niet om loog: Never The Same Colour.. En dan is er nog het Franse SECAM (Séquentièlle à Mémoire), dat niet alleen in Frankrijk, maar ook in o.a. Polen en het GOS wordt toegepast, maar mettertijd door PAL(plus) zal worden vervangen. D2MAC vinden we slechts in Frankrijk en Scandinavië voor pay-tv. Het voor experimentele breedbeelduitzendingen ingerichte Nederlandse station TV Plus maakt er ook gebruik van, maar staakt de uitzendingen 1 januari 1997. Het in Nederland sinds '67 in gebruik zijnde PAL-kleurensysteem kent zeker beperkingen door interferentie, de wederzijdse benvloeding van de signalen, hetgeen nadelige gevolgen heeft voor de luminantie (helderheid) en de chrominantie (kleurinformatie). Zeker bij grotere schermen zien we dat de beeldstabiliteit zichtbaar afneemt (flikkeringen) en vandaar ook dat Philips met 100 Hz, Digital Scan en Crystal Clear op de markt kwam.
Rond 1975 golden er voor breedbeeld twee fundamentele uitgangspunten: niet alleen moest het beeld breder zijn, maar ook scherp en helder, en met een zo gering mogelijke vervorming. Bijna tien jaar later mondden de inspanningen uit in het High Definition Video System (niet te verwarren met High Definition TV), waarbij Sony toen claimde dat de bereikte scherpte zich kon meten met die van de conventionele film. In de filmwereld wordt HDVS sindsdien wereldwijd toegepast. Daarnaast waren er tv-systemen die eveneens op het 16:9 (breedte 16, hoogte 9) formaat waren geënt, zoals D2- en HD-MAC. M(ultiplexed) A(nalogue) C(omponents) leek met 1250 beeldlijnen (vgl. PAL met 625 lijnen) het tussenstation op weg naar de stralende toekomst van HDTV (er werd zelfs t.o.v. PAL een viermaal hogere beelddefinitie in het vooruitzicht gesteld), maar helaas: MAC heeft het als algemene Europese norm niet gehaald (met de Denen en de Engelsen als notoire dwarsliggers) en ontwikkelden de Europese omroepen een eigen, nieuw systeem dat in ieder geval geen uitwisselingsproblemen met het bestaande PAL-systeem kende. Het lag voor de hand dat ze kozen voor de verdere ontwikkeling van het PAL-systeem in het 16:9 formaat en daarmee voor PALplus. Dat in het begin van de jaren '90 in zicht kwam en in '94 kon worden toegepast, met de Duitsers (Grundig samen met ARD en ZDF) in de voortrekkersrol. PALplus 16:9 vinden we inmiddels o.a. in de Benelux, Duitsland, Engeland, Griekenland, Zwitserland, Portugal en Spanje. PALplus was uiteraard compatibel met het 'gewone' PAL-systeem, omdat er nu eenmaal miljoenen 'gewone' tv-toestellen in omloop waren en voorlopig nog zullen zijn. Het is immers een uitgemaakte zaak dat je als fabrikant en omroep met PALplus als nieuw tv-medium anders weinig begint. PALplus is géén gimmick, geen flauwekul of volksbedrog, maar het is ook niet het non plus ultra. De beeldscherpte die PALplus biedt, is - vergeleken met PAL zonder plus - een fractie beter, óók in het breedbeeld-formaat, maar echt opzienbarend is dat niet. De werkelijke waarde van PALplus schuilt in het feit dat het met de nieuwe 16:9 norm en dus met breedbeeld probleemloos overweg kan. Dat het beeld met 576 i.p.v. 432 lijnen wordt opgebouwd, is daarbij mooi meegenomen.

De bioscoopervaring?

Ik heb zelf in deze kolommen al vaak genoeg gezegd dat het onmogelijk is om van een huiskamer een bioscooptheater te maken. Men hoeft maar één keer in de bioscoop een film te hebben gezien om te weten dat reclamekreten die dit wèl suggereren iedere realiteitszin verloren hebben. Natuurlijk kan men grote beeldschermen in huis halen, maar dan zal genoegen moeten worden genomen met teruglopende beeldscherpte. De grenzen kunnen per merk enigszins verschillen, maar vanaf een beelddiagonaal van rond de 80 cm moet toch merkbaar aan scherpte worden ingeleverd en gaat ook de kijkafstand een steeds grotere rol spelen: op een afstand van pakweg een meter begint het onscherpte rasterbeeld mij behoorlijk te irriteren. Een effect dat we ook enigszins van de bioscoop kennen, wanneer we te dicht op het doek zitten. Voor zeer grote schermen wordt de back- of front-projection techniek toegepast, omdat de bekende beeldbuis hiervoor so wie so niet meer toereikend is. Maar dan nog kan de beeldscherpte niet wedijveren met dat van de gewone tv. Wel moet worden gezegd dat front-projection met gebruikmaking van een zeer groot scherm de kwaliteit van het bioscoopbeeld het dichtst benadert. De LCD-technologie in combinatie met beeldprojectie kan hier overigens op termijn zeker nog een behoorlijke verbetering van de beeldkwaliteit teweegbrengen.

PALplus-decoder

Voor de ontvangst van PALplus-uitzendingen in breedbeeld is een tv-toestel met ingebouwde PALplus-tuner (ontvanger) of een simulatie daarvan nodig. Sony wijst er in haar advertentie-campagnes op dat sommige breedbeeld-tv's niet over de originele PALplus-ontvanger beschikken, maar het met een gewone PAL-tuner moeten doen, wat bij grotere beeldschermformaten tot een waziger beeld leidt. De hier besproken 28 PW 9501 beschikt niet over die èchte PALplus-tuner, maar het zal me eerlijk gezegd een zorg zijn, want Philips paste met succes de aanmerkelijk goedkopere en in eigen huis ontwikkelde Wide Screen Plus-techniek toe die vlekkeloos als vertaalmodule voor de PALplus-uitzendingen in breedbeeldformaat fungeert. De 32 PW 9761 heeft wèl een originele PALplus-decoder, maar kost in de Pro-Logic-uitvoering wèl ca. vijfentwintighonderd gulden méér!

Afstandbediening

Alle denkbare functies worden met de afstandbediening geactiveerd. Wanneer deze niet werkt (lege batterijen!) zijn er aan de rechterzijde van de tv de toetsen voor de basisfuncties. Met de a.b. kiest u o.a. de menutaal, het land waarin het toestel zich bevindt, automatische of handmatige installatie van de zenders (met desgewenst herschikking en zenderbenaming naar eigen voorkeur), het systeem (PAL, SECAM, NTSC, enz.), uw eigen favoriete zenders op rij (de voorkeurslijst), de basis- configuratie (aparte instellingen voor audio en aan te sluiten randapparatuur, programmeren van zenders die voor ontvangst een decoder/descrambler vereisen), stand-by, volume, een groot aantal beeld- en geluidsinstellingen (persoonlijke voorkeuren), stilstaand beeld, tweetalige uitzendingen, Teletekst-functies, tijd, beeldruis-onderdrukking (DNR), Digital Scan en Contrast Plus aan/uit, permanente ondertiteling en alle video-instellingen (voor Philips vcr's). Met de standby-klok kan de tijdsduur worden ingesteld, waarna het toestel zich vanzelf uitschakelt. Een kinderslot en timers ontbreken niet. Aardig is dat een persoonlijke boodschap kan worden achtergelaten die zichtbaar wordt zodra het toestel wordt ingeschakeld.

Beeldinstelling

Het tv-beeld kan naar individuele smaak en per zender afzonderlijk worden ingesteld. Om beeldflikkering tegen te gaan is ook deze Philips uitgerust met 100 Hz en (uitschakelbare) Digital Scan. Het beeld wordt, vergeleken met de gebruikelijke 50 Hz, tweemaal zo snel ververst en is daardoor rustiger en minder vermoeiend voor de ogen. Met D(igital)N(oise)R(eduction) kan een matige ontvangstkwaliteit worden opgewaardeerd. Er zijn vier standen: minimum/medium/maximum/uit. DNR bewijst goede diensten indien het toestel b.v. is aangesloten op een verouderd of niet goed functionerend kabelnet. Zeker met de gevoelige tuners van de betere tv-toestellen wordt beeldruis algauw hinderlijk en die kan met DNR aanzienlijk worden onderdrukt. Waar het voor de kijker feitelijk op neerkomt is dat de beeldruis a.h.w. wordt gefixeerd. De indruk is dan dat het tv-beeld zich achter licht 'matglas' manifesteert en dit verschijnsel wordt sterker naarmate het DNR-niveau wordt verhoogd. Ook valt op dat bij bewegende beelden het 'veegeffect' behoorlijk toeneemt. Dat is niet alleen goed te zien bij sportevenementen (bewegende biljartballen, voetballers die over het veld draven, formule I-races), maar b.v. ook als Maartje van Weegen in Nova het hoofd enigszins beweegt. Bij deze tv wordt overigens een antennekabel geleverd die de aanwezige ruiscomponenten in het signaal al enigszins smoort.

Beeldformaten

Wanneer de zender PALplus-signalen uitzendt, wordt automatisch naar 16:9 breedbeeld omgeschakeld en is het gehele scherm gevuld. Via de a.b. kunnen de volgende formaten worden gekozen: 4:3 (normaal), 14:9 (film), 16:9 (film in breedbeeld), Superbreed (het gewone 4:3 beeld als breedbeeld, waarbij alleen de zijkanten worden verbreed zonder boven en onder en aan weerszijden de bekende zwarte balken) en Breedbeeld (voor films die in 16:9 worden uitgezonden of 16:9 beelden afkomstig van randapparatuur die met een Euro-kabel op de tv is aangesloten). De van het 4:3 bekende zwarte balken worden opgeheven bij 14:9 en 16:9 films, mits u deze formaten natuurlijk met de beeldinstelling kiest. Het 4:3 beeld kan natuurlijk ook met 16:9 worden bekeken, maar dan gaat een fors deel van de boven- en onderkant van het originele beeld verloren. Het gekozen formaat, de zenderkeuze, mono/stereo wordt bij inschakeling gedurende enige seconden op het scherm getoond.

Easy Tekst

Dankzij het Easy Tekst-systeem met een behoorlijke geheugencapaciteit verschijnt een geselecteerde pagina vrijwel direct op het scherm. Vorige of volgende pagina's worden bijna onmiddellijk opgeroepen, terwijl pagina's via de keuzeregel onderaan het scherm meteen worden getoond. Daarnaast kunnen veelvuldig gebruikte pagina's en sub-pagina's apart in het geheugen worden opgeslagen, waarna ze in een fractie van een seconde kunnen worden afgelezen. Specifieke uitzendingen (b.v. het journaal) kunnen uiteraard ook permanent van ondertiteling worden voorzien.

Beeldkwaliteit

Deze wordt uiteraard voornamelijk door het toestel, maar ook door de signaalkwaliteit, het camera-werk, mobiele en studio-lijnverbindingen, aangesloten video-apparatuur, laserdisc enz. bepaald. Stilstaande beelden (een afbeelding, een decor) heb ik nog niet eerder zo scherp en stabiel zien weergegeven. Ik denk dat menige potentiële koper bij het bezoek aan de winkel op dit punt onmiddellijk 'om gaat'. Het bewegende beeld mag er ook zijn: grote helderheid en doortekening, rustig en stabiel, natuurlijke kleuren en zonder storende vervorming in de hoeken. Natuurlijk wordt de ene zender beter weergegeven dan de andere (weer afhankelijk van het antennesignaal) en zal DNR soms onontkoombaar zijn (de keus tussen of minder ruis of meer 'matglas' en 'veegeffect'), maar de conclusie moet toch zijn dat Philips een binnen de huidige grenzen van de techniek zeer goed tv-beeld weet neer te zetten. De Crystal Clear-techniek werpt ook duidelijk vruchten af.

Geluid

Er zijn 6 instellingen: standaard, Incredible Sound, muziek, film, superbas of persoonlijk (eigen voorkeur die in het geheugen kan worden vastgelegd). Bovendien zijn er de modi voor loudness, hoge en lage tonen en spraak. Tv-geluid is meestal pseudo Hi-Fi geluid, maar desalniettemin komt er een respectabele klank uit de twee midden/hoog-eenheden en de bas-luidspreker. Het nominale vermogen ligt rond de 60 W en is voor het doel meer dan toereikend. Incredible Sound is een Philips-vinding die voor een ruimtelijk geluid moet zorgen, maar ik vind het vooralsnog niks. Het stereo-beeld vertroebelt, de definitie loopt behoorlijk terug en de klank roept herinneringen op aan het beruchte keldergeluid. Superbas is bonkerig en overtuigt mij evenmin.

Diverse aansluitingen

Randapparatuur wordt op External 1 en 2 aangesloten. Camera en camcorder, 2 of 4 extra luidsprekers (maar er is geen Dolby Pro-Logic decoder ingebouwd!) en een hoofdtelefoon kunnen eveneens rechtstreeks worden aangesloten. Het tv-geluid kan d.m.v. audio-verbindingen ook via uw audio-installatie worden beluisterd.

Afmetingen

Een behoorlijke sta-in-de-weg, want deze 72 cm breedbeeld-tv in een mantel van kunststof vraagt om forse buitenafmetingen: mijn meetlat liet b74xh54xd55 cm zien. Het gewicht schat ik op ca. 40 kg. (in de handleiding is de technische doopceel in geen velden of wegen te bekennen, een slordigheid van de eerste orde). Maar goed, deze tv frommel je dus niet even weg op een hoektafeltje of in een kastje.. Het wachten is op het plasma-scherm aan de muur, maar het kan nog wel even duren alvorens deze nieuwe technologie rijp is voor grootbeeld in de huiskamer, zich kan meten met de huidige beeldscherpte en daarmee uitgeruste tv's voor een overzienbare prijs te koop zijn. Over HD-TV wordt in Europees verband wel druk gepraat, maar dat lijkt ook nog lichtjaren te gaan duren. Philips gaat onverdroten verder en mikt er in ieder geval op dat rond de eeuwwisseling ongeveer een derde van alle tv's breedbeeld-buizen zal hebben.

 

_______________________________________
Bruto adviesprijs: ƒ 3500,-
Fabrikant: Philips Nederland b.v., Eindhoven
Tel. consumentenlijn 06-8406


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links