Opera en operette Das Wunder der Helianetriomf voor Annemarie Kremer
© Paul Korenhof, november 2023
|
|||||
Korngold: Das Wunder der Heliane Annemarie Kremer (Heliane), Darren Jeffery (Der Herrscher), Tilmann Unger (Der Fremde), Ursula Hessen van den Steine (Die Botin), Zachary Altman (Der Pförtner), Paul McNamara (Der blinde Schwertrichter), Hugo Kampschreur (Der junge Mann) e.a.
Verbaasde uitroepen na de voorstelling van Das Wunder der Heliane in het Haagse Amare. Niet zozeer over de onbekende opera, al werden ook het werk en de productie bijzonder positief ervaren, als wel over Annemarie Kremer in de titelrol: "Waarom kennen we haar niet?" en "Waarom horen we haar nooit bij DNO?" Andere bezoekers bleken de productie ongeveer achterna te reizen en weer anderen zouden het liefste meteen plaatsen reserveren voor de laatste voorstellingen in Amsterdam (Carré, 9 november) of Apeldoorn (11 november). Maar ook operaliefhebbers die zich deze Nederlandse sopraan herinnerden als Madama Butterfly bij de Reisopera, liepen over van zowel verbazing als enthousiasme. Tot die verbazing werd ongetwijfeld bijgedragen door het feit dat Annemarie Kremer als Heliane vocale allures ten toon spreidt op het niveau en met de stempracht van een geboren Isolde (een rol die zij overigens ook al met succes heeft gezongen en waarin zij in maart te horen zal zijn in Lille). Daarentegen lijkt de bijna frêle Drentse sopraan fysiek eerder een Mimì of een Butterfly dan een struise Wagner-sopraan. Vocaal zeilt zij echter met heldere tonen en een volume dat moeiteloos varieert van warm pianissimo tot stralend, nergens geforceerd fortissimo over de grootste muzikale golven - en die kunnen bij Korngold behoorlijk hoog gaan, zelfs in de licht gereduceerde orkestratie die bij deze productie op de lessenaars staat.
De grootste kracht van Kremer's Heliane ligt echter in de overtuigingskracht van haar zang, versterkt door verstaanbaarheid en een frasering die getuigt van groot tekstbegrip. Op een van intensiteit doortrokken en op zich al Isolde-achtige scène met 'Der Fremde' in het eerste bedrijf volgden in het tweede bedrijf een letterlijk adembenemende vertolking van de aria 'Ich ging zu ihm', een bladzijde in de operaliteratuur die regelmatig vergeleken wordt met Isolde's Liebestod, en een waarlijk extatische slotscène. De emoties en de muzikale golven van het derde bedrijf leken daarna nog slechts kinderspel. Achteraf gezien had ik dit alles tot op zekere hoogte kunnen vermoeden, aangezien ik Kremer's Heliane al kende van de cd's die in 2017 gemaakt werden in Freiburg (klik hier). Dat blijft echter een opname met een batterij microfoons en met technici achter schuifknoppen, wat toch een ander klankbeeld oplevert dan een uitvoering in een theater. Drie jaar later werkte zij in Parma echter mee aan een productie van Korngold's Violanta die eveneens op cd werd uitgebracht, maar ook op dvd/Blu-ray (en die helaas nooit op deze site is besproken). Die dvd, en vooral de scène waarin Violanta haar echtgenoot smeekt de man te vermoorden die zij verantwoordelijk acht voor de dood van haar zuster, lijkt een voorafspiegeling van haar Heliane bij de Reisopera. De emoties, wraakzucht tegenover verheerlijking van de liefde, zijn elkaars tegengestelden, maar dat maakt de intensiteit van beide vertolkingen niet minder schroeiend.
Expressionistisch drama Aangezien de omvangrijke orkestratie (100 tot 110 musici) voor de Reisopera onhaalbaar was, werd daarom door Fergus McAlpine een versie gemaakt met een tot 70-80 man uitgedunde orkestratie die mij bijzonder aangenaam in de oren klonk. Niet alleen door de toegewijde en kleurrijke uitvoering door het Noord Nederlands Orkest onder leiding van Jac van Steen, maar ook omdat Korngold's originele versie mij toch af en toe - vooral door overmatig koper - net iets te bombastisch in de oren klinkt. (Goede vondst om in Den Haag een deel van het koper op het balkon te plaatsen!) Dat laatste stoorde mij ook nu soms nog in het derde bedrijf dat mij, evenals het laatste bedrijf in Die Frau ohne Schatten, het gevoel geeft dat de componist eigenlijk alles al gezegd heeft wat hij zeggen wilde. Het is alsof het vooral dient om het verhaaltje 'af te ronden', en of Korngold dat probeert te maskeren met overdadige koorscènes die in deze enscenering resulteren in ook niet al te duidelijke bewegingspatronen. Het enthousiasme van het koor Consensus Vocalis en de drukke choreografie kunnen echter niet verhelen dat een zekere leegte van de hier in het libretto aaneengeregen scènes sterk contrasteert met de emotionele intensiteit van de beide voorafgaande bedrijven.
Een groot pluspunt in vooral die met emotionaliteit geladen eerste twee bedrijven is de heldere en gedetailleerde productie van Jakob Peters-Messer, waarbij de scenografie van Guido Petzold in een combinatie van esthetiek met expressionistische details een belangrijk aandeel levert aan de sfeer. Legendes en sprookjes lenen zich altijd al beter voor een eigentijdse aanpak dan verhalen met een historische of aardrijkskundige insteek, en dat geldt helemaal voor een verhaal waarin alle personages op één na met hun functie ('de heerser', de vreemde', 'de bode' enz.) worden aangeduid. In een aanpak die het verhaal zelf volledig in tact liet, slaagde deze enscenering er bovendien in het drama meer diepte te verlenen door de belangrijkste personages rondom Heliane wel degelijk een karakter te geven. Dat laatste gold vooral 'de heerser' van de basbariton Darren Jeffery, die mede door zijn persoonlijkheid en een zang die ieder autoritair gebulder vermeed, gevoelens en twijfels suggereerde die in het libretto niet altijd aanwezig lijken. Overtuigende vertolkingen kwamen daarnaast onder meer van Tilmann Unger, vooral overtuigend door de manier waarop hij een bijna onzingbare partij in aanhoorbare zang omzette, en van Paul McNamara als een subtiel getekende maar sterk aanwezige blinde scherprechter.
Alles bij elkaar een bijzonder sterke productie die verdient om aan andere theaters herhaald te worden (en waarom ook niet door DNO?). De vraag of Das Wunder der Heliane een meesterwerk is, kan ik echter niet helemaal positief beantwoorden. Muzikaal is het een rijke en fascinerende partituur waar het (psychologisch) drama vanaf druipt en de voorstelling van de Reisopera behoort tot de muziekdramatische hoogtepunten uit het eerste kwart van deze eeuw, maar ik had wel meer dan eens het gevoel dat iedereen moest opboksen tegen een inferieur libretto. Het oorspronkelijke verhaal van Hans Kaltneker heeft alles in zich voor een boeiend drama, met die keuze had Korngold groot gelijk, maar dat hij het libretto toevertrouwde aan de van literair en dramatisch talent gespeende Hans Müller-Einigen, was een grote vergissing. index |
|||||