Opera en operette Beslist geen opera,
|
||||
El-Turk: Oum - A Son's Quest for His Mother Had We Are The Lucky Ones al weinig te maken met opera en nog minder met muziekdrama, bij Oum - A Son's Quest for His Mother is de afstand nog groter. In de hoofdhandeling (voorzover nog van een 'handeling' gesproken kan worden) ontbreekt iedere vorm van muzikale expressie. En hoewel zang wel een belangrijk onderdeel van de voorstelling vormt, ontbreekt de relatie met 'opera' en 'muziektheater' daarbij geheel.
De culturele waarde van het Opera Forward Festival wordt door deze voorstelling weer dik onderstreept, maar er kunnen ook vraagtekens worden geplaatst. Niet alleen bij het gebruik van de term 'opera', maar ook bij het feit dat een productie als Oum geheel valt onder de artistieke en financiële verantwoordelijkheid van DNO. Organisatie door of minstens in nauwe samenwerking met het Holland Festival zou veel meer voor de hand hebben gelegen. Ondertussen werd Oum wel een van begin tot eind boeiende voorstelling met poëtische teksten en een grote rijkdom aan sfeer en kleuren in een muzikale omlijsting, die terecht ook enkele malen op de voorgrond komt te staan. In essentie blijft het echter solotoneel met muziek en zang als omlijsting. Het in het Engels vertaalde libretto van Wout van Tongeren is namelijk één lange monoloog (op sommige momenten misschien iets te lang), gebaseerd op het toneelstuk Un obus dans le coeur van Wajdi Mouawad en fragmenten uit diens roman Visage retrouvé.
De verteller is de 19-jarige Wahab, die tijdens een sneeuwstorm onderweg is naar het sterfbed van zijn moeder. Door de confrontatie met haar dood gaat hij zich echter realiseren dat neit alleen zijn relatie tot haar, maar in feite zijn hele leven gekleurd is door de verdrongen herinnering aan een gruwelijke gebeurtenis waarvan hij als kind getuige is geweest. En dat alles wordt gepresenteerd als één lange vertelling, doorbroken door liederen (of flarden daarvan) van de legendarische Egyptische zangeres Oum Khaltoum. De teksten daarvan hebben niet altijd een duidelijke relatie met de woorden en gedachten van Wahab, maar in sfeer en inhoud passen zij zeker wel bij zijn denk- en gevoelswereld.
De Engelse componiste Bushra El-Turk, zelf dochter van Libanese ouders, nam die liederen en verwijzingen op in een sterk melodische, nu eens krachtige, dan weer uiterst fragiele partituur waarin westerse muziekvormen organisch verweven zijn met invloeden uit de Arabische en Noord-Afrikaanse klankwereld. Het resultaat is een knappe, multiculturele eenheid die recht doet aan zowel de poëtische teksten van Wajdi Mouawad als de liederen van Oum Khaltoum, maar die sterk genoeg is om na slechts drie voorstellingen tijdens het Opera Forward Festival een eigen leven te gaan leiden. Ook de uitvoering maakte Oum tot een waar juweeltje, waarin de sobere regie van Kenza Koutchoukali en het dito toneelbeeld van Yannick Verweij een groot gevoel van intimiteit opriepen. Het speelvlak werd daarbij teruggebracht tot een in de zaal doorlopende cirkel die even deed terugdenken aan het door Peter Schat c.s. voor het Muziektheater bepleite 'théâtre en ronde'. Die kale vloer met slechts twee stoelen en een tafeltje gaf de Egyptische actrice Nadia Amin alle ruimte om met een minimum aan middelen en in een al even sobere voordracht met de tekst van Mouawad een brechtiaanse intensiteit op te roepen.
Daarachter zaten in een halve cirkel en in een vaak kleuriger belichting de twaalf door Kanako Abe geleide musici van het Amsterdam Andalusisch Orkest. Hun deels Arabisch instrumentarium met voor ons licht exotische klanken droeg niet weinig bij tot de intieme sfeer van het geheel. Voor de sterkste band met Oum Khaltoum zorgde echter de Tunesisch-Belgische zangeres Ghalia Benali. Met haar warme alt en haar zinderende voordracht maakte zij de 'hit' Al-Atlal zelfs tot een hoogtepunt, maar om eerlijk te zijn: na de laatste voorstelling van Oum, afgelopen zondagmiddag, had zij best meer dan één toegift mogen geven! index |
||||