CD & DVD-recensie

 

© Paul Korenhof, februari 2025

 

Cilea: Gloria

Ramaz Chikviladze (Aquilante de' Bardi), Anastasia Bartoli (Gloria), Carlo Ventre (Lionetto de' Ricci), Franco Vassallo (Bardo), Alessandro Abis (Vescovo), Elena Schirra (La Senese), Alessandro Frabotta (Un Banditore)
Cagliari Teatro Lirico
Dirigent: Francesco Cilluffo
Regie: Antonio Albanese
Decor: Leila Fleita
Kostuums: Carola Fanocchio
Dynamic 58004 (BD)
Naxos 8.660568 (cd)
Opname: Cagliari, febr. 2023

 

Francesco Cilea (1866-1950) schreef slechts vijf opera's en van de eerste twee, Gina (1889) en La tilda (1892) heb ik zelfs nog nooit een noot gehoord. Meer bekendheid geniet de Provençaalse tragedie L'Arlesiana (1897) naar het toneelstuk L'Arlesienne van Alphonse Daudet, als opera geen meesterwerk en vooral bekend dankzij enkele aria's waaronder 'È la solita storia' (het 'Lamento di Federico'), een van de populairste tenor-aria's aller tijden. In feite berust de faam van Cilea echter op zijn lyrische tragedie Adriana Lecouvreur (1902), een theatraal opmerkelijk sterke opera en mede door de vertolking van Magda Olivero onovergankelijk dankzij de titelrol.

Een geheel ander werk is Gloria, een korte opera in drie bedrijven naar het toneelstuk La Haine (1874) van Victorien Sardou. die een romantisch gegeven combineert met een veristisch getinte muzikale vormgeving. Het verhaal speelt zich af in het middeleeuwse Siena ten tijde van de bloedige strijd tussen de overwegend adellijke, pausgezinde Welfen (Guelfi) en de meer volkse en 'wereldlijk' georiënteerde Ghibellijnen, die resulteerde. De titelheldin, dochter van Aquilante de' Bardi, leider van de Sienese Welfen, wordt verliefd op haar jeugdvriend Lionetto die als Fortebrando is uitgegroeid tot aanvoerder van de vijandige Ghibellijnen.

Hoewel Gloria kiest voor Lionetto en haar vaderstad verlaat om hem te volgen, weigert zij met hem te trouwen zolang hij de wapens heeft opgenomen tegen Siena en dus tegen haar familie. Als haar vader in de strijd sneuvelt, overreedt haar broer Bardo haar om Lionetto te doden, maar zij ziet daarvan af als deze de strijd beëindigt opdat zij alsnog zal toestemen in een huwelijk. De vrede lijkt daarmee getekend, maar Bardo blijft onverzoenlijk en doodt Lionetto als deze hem na de huwelijksplechtigheid als zwager wil omhelzen. Verscheurd door verdriet volgt Gloria haar echtgenoot vrijwillig in de dood.

Geheel in de traditie van het muziektheater van rond de vorige eeuwwisseling is het een korte opera (drie bedrijven die samen nog geen anderhalf uur duren), geconcentreerd op een hoofdhandeling die echter meer uit woorden dan uit handelingen bestaat. De conflicten blijken vooral uit de tekst, maar veel karaktertekening komt daaraan niet te pas, terwijl in het zwakke, clichématige libretto van Arturo Colautti ook de dramaturgische helderheid te wensen overlaat. De enige echte emotionele relatie is die tussen Gloria en Lionetto, terwijl haar verhouding tot haar vader en haar broer met de daaruit voortkomende conflicten grotendeels in de schaduw blijft

De première in de Scala op 15 april 1907 bracht Cilea slechts een kortstondig succes dat behalve aan sterke momenten in de muziek vooral te danken was aan de uitvoering. Die werd namelijk geleid door Arturo Toscanini en naast de Oekraïense Solomea Krushelnytska (1872-1952) hoorden de Milanezen grootheden als de tenor Giovanni Zenatello, de bariton Pasquale Amato en de bas Nazareno De Angelis. In 1932 presenteerde Cilea een nieuwe versie waarvoor het libretto herzien werd door Ettore Moschino, maar ook die bleek niet levensvatbaar.

Dat Gloria wel degelijk muzikale kwaliteiten heeft, werd mij al duidelijk door live-opnamen uit Turijn met Margherita Roberti en Flaviano Labò (1969) en San Giminiano met Fiorenza Cedolins en Alberto Cupido (1996 of 1997). Van de theatrale kwaliteiten konden beide opnamen mij echter niet overtuigen en mijn scepsis werd bevestigd bij het kijken naar deze opname uit Cagliari. De vraag is alleen of dat niet voor een groot deel aan de productie moet worden toegeschreven. In fantasieloze decors en met even fantasieloze, vaak grauwe kostuums werd het Sardijnse publiek twee jaar geleden een half oratorium voorgeschoteld waarin wel de rol van Gloria enigszins was uitgewerkt, maar waarin haar broer Bardo was neergezet als een schurk uit een 19de-eeuws kermisdrama. Visueel dieptepunt is vader Aquilante de' Bardi met een pruik en make-up op het niveau van sprookjestoneel voor kleine kinderen.

De cd (van 86 minuten!) die Naxos van dezelfde productie heeft uitgebracht, doet het werk meer recht, al plaats ik ook daarbij vraagtekens. Dat geldt dan vooral de directie van Francesco Cilluffo, die Cilea's muziek ietwat grofkluitig en met weinig gevoel voor de romantische finesses dirigeert. In de titelrol ontplooit Anastasia Bartoli een degelijke sopraan, maar de psychologische hoeken en gaten van haar rol heeft zij kennelijk niet ontdekt en echt romantisch klinkt haar Gloria ook niet. Nog steviger en nog minder romantisch klinkt de tenor Carlo Ventre als Lionetto en ook de bariton Franco Vassallo komt als de schurkachtige Bardo niet verder dan de buitenkant van zijn rol. Hogere ogen gooit de bas Ramaz Chikviladze als de vader De' Bardi. Jammer voor de dvd dat de afdeling kap- en grimewerk hem zo heeft toegetakeld.

Op opname, beeld- en geluidskwaliteit is niets bijzonders aan temerken. Wel dient vermeld dat het boekje bij de dvd beter leesbaar is dan dat bij de cd, terwijl het bovendien een interview met de regisseur bevat, maar dat is even nietszeggend als de regie zelf. Het in beide boekwerkjes afgedrukte interview met de dirigent heeft inhoudelijk trouwens ook niet veel om het lijf. Belangrijker is het feit dat het libretto met een Engelse vertaling te vinden is op de site van Naxos.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links