Componisten/werken Over Heinrich Schütz (7)
© Gerard van der Leeuw, juni 2025
|
|
In 1628 reisde Schütz voor de tweede keer naar Venetië, zonder enige twijfel om zich op de hoogte te stellen van de nieuwste ontwikkelingen in het componeren aldaar. In Venetië verscheen in 1629 zijn opus 6, de Symphoniae sacrae, 20 concerti voor 1-3 stemmen, instrumenten en basso continuo. Uiteraard verscheen de bundel niet in het Duits, maar in het Latijn. Later, in 1647 en 1650, zou Schütz nog twee Duitstalige bundels Symphoniae sacrae schrijven. Het werk is opgedragen aan de muzikale oudste zoon van zijn broodheer, Johann Georg II aan wie Schütz muzieklessen gaf. Ik citeer uit het in het Duits vertaalde, in het Latijn gestelde voorwoord:
Opvallend hier, naast de sneer aan het adres van de ‘neuartiger Kitzel' - het teloorgaan van de aloude kerktoonaarden ten gunste van het moderne majeur en mineur - ook het feit dat Schütz in dit voorwoord met geen woord rept over Claudio Monteverdi. En dat roept vragen op. Lagen de heren elkaar niet, of beschouwde Schütz zich niet meer als leerling? In elk geval heeft hij werk van Monteverdi bestudeerd, be-werkt en er, zoals we nog zullen zien, veel van geleerd. Maar een tweede boek Madrigalen kwam er niet.
Alleen al de titel, Symphoniae sacrae, is een hommage aan Giovanni Gabrieli, die immers in 1597 een gelijknamige bundel had gepubliceerd. Postuum vescheen van hem in 1615 nog een ‘liber secundus'. En ook de keuze van het Buccinate in neomenia tuba en het afsluitende Jubilate Deo is zo'n betekenisvolle hommage: Schütz was een groot bewonderaar van Gabrieli's gelijknamige 19-stemmige stuk. De Symphoniae sacrae van Schütz zijn, hoewel de diverse bezettingen zeer gevarieerd zijn, voornamelijk voor solisten en niet voor grotere koren gedacht. Dat heeft zeker ook te maken met de Dertigjarige oorlog waarvan de ellendige gevolgen steeds duidelijker voelbaar werden. In 1636 zou Schütz zijn Kleine Geistliche Konzerte publiceren, een uit-gave die maar al te zeer door de aanhoudende oorlogsellende is getekend. Symphoniae sacrae is vrijwel geheel geschreven in ‘secunda prattica', de nieuwe door Monteverdi gepropageerde stijl. Met invloeden uit het madrigaal en de opera. De betekenis van de woorden krijgen een muzikaal equivalent. Kijk alleen al eens hoe Schütz in Paratum cor meum, Deus het woord exsurge, waak op, met de sprong omhoog vorm geeft:
Even verderop in het stuk worden het zingen en de grote hoeveelheid volkeren muzikaal vertaald in lange melisma's. Het is misschien een te moderne gedachte, maar zou Schütz niet met deze voor zowel protestanten als katholieken te gebruiken kerkmuziek een tegenstem hebben willen laten horen bij al het religieus fanatisme dat onze wereld tot op de dag van vandaag verdeelt en vernietigt? Klik hier voor de vorige aflevering. __________________ index |
|