CD-recensie
© Siebe Riedstra, december 2017
|
Van lieverlede; zo / komen zij nader; 8 roeiers, / steeds verder landinwaarts Regels van de Surinaamse dichter Hans Faverey, die de opmaat vormen tot de toelichting bij deze cd. Daarmee wordt stilzwijgend uitgelegd waar de titel Inland vandaan komt. Inland is Engels voor landinwaarts. De toelichting sluit daarop aan: 'geluiden die haast onmerkbaar vanuit de verte naderen om - eenmaal dichtbij gekomen - even traag weer weg te gaan.Dit fascineert mij, in de natuur of stad maar ook in muzikale zin'. Aldus Bart Spaan (1963) Beeldende woorden, die waargemaakt worden in beeldende klanken. Wat we te horen krijgen is een intrigerende mix van instrumentale geluiden, vermengd of gemanipuleerd door elektronische bewerking, in combinatie met geluiden uit het dagelijks leven. Bart Spaan bereikte de klassieke muziek via een omweg; hij studeerde musicologie en geschiedenis, speelde in rockbands, en nam privéles bij Daan Manneke. Het zal voor Spaan zelf allemaal vanzelfsprekend zijn, maar in de toelichting bij de cd, noch op zijn website worden we gewaar hoe hij verzeild raakte in de wereld van de elektronische muziek, en dat is nu juist waarin hij uitblinkt. Bijna alle stukken op deze uitgave bestaan uit elektronisch gemanipuleerde klanken in combinatie met een instrumentalist. Je moet diep graven op het internet om er achter te komen dat hij veel geleerd heeft van zijn vriend en mentor Hans van Eck, de uitvinder van de bass box. Die speelt in het eerste stuk, Long voor basklarinet, een hoofdrol. Van Eck was op zijn beurt weer een leerling van Jaap Vink, een pionier in dit vakgebied. Wie op youtube zoekt vindt een paar stukken van Jaap Vink, en bij beluistering valt het kwartje. Er zijn beslist verwantschappen te horen tussen de geluiden van Vink en Spaan.
Four Gardens, het langste stuk op deze cd, is een goed voorbeeld. Het werd geschreven voor de bastrombone van James Fulkerson, vriend van de componist en oprichter van de Barton Workshop, een ensemble waarvoor Spaan meerdere werken componeerde. De klank van de bastrombone wordt elektronisch vervormd, en er worden geluiden uit het dagelijks leven aan toegevoegd. Die geluiden stammen van een plaas, het Zuidafrikaanse woord voor de Nederlandse term plaats (boerderij). De bastrombone van James Fulkerson is nergens als zodanig te herkennen, maar ze levert merkwaardig genoeg wel een uiterst evocatieve impressie op van scheepshoorns die in de verte naderen en vergezeld worden van op afstand krijsende meeuwen. De blaffende honden herinneren je eraan dat je op het boerenland van Suid Afrika bent.. Ook uit de overige werken blijkt de fascinatie met gemanipuleerde instrumentale klanken, door de basklarinet van Igor Uruchi Salas en de fluiten van Jos Zwanenburg. Elektronische muziek zonder de lijfelijke aanwezigheid van uitvoerenden heeft iets steriels dat het medium niet echt helpt. Kijken naar luidsprekers is niet erg opwindend, maar zet er een muzikant tussen en het wordt een ander verhaal. Het aardige is dat zoiets zich vertaalt naar een opname. Wie zijn fantasie loslaat op Long voor basklarinet, met zijn multiphonics, herkent wellicht onderwaterregistraties van walvisgeluiden, zoals je die in natuurfilms tegenkomt. Spaan is begonnen als popmuzikant, en vertelt in een interview op youtube dat het belangrijkste dat hij van die ervaring heeft geleerd, het ontwikkelen van een herkenbare sound is. Wat we op deze cd te horen krijgen is onmiskenbaar de sound van Bart Spaan, maar om die te beschrijven is lastig. Met klassieke muziek heeft het niets te maken, en met popmuziek al evenmin. Het gaat bij Spaan om datgene wat je in de natuur tegenkomt en je aanzet tot nadenken en misschien tot scheppen. Regendruppels, zonnestralen, blaffende honden en smeltend ijs. Maak daar maar eens muziek van. Spaan kan het. In de jaren zeventig ontstond iets soortgelijks onder de naam ambient music - muziek om bij weg te dromen. Het aardige is dat Bart Spaan je wakker houdt. index |
|