![]() CD-recensie
© Siebe Riedstra, januari 2015
|
Bernard Foccroulle (1953) is een man met vele gezichten. Als organist heeft hij een grote reputatie, met een indrukwekkende discografie waarin een complete Bach en componisten als Scheidemann, Tunder en Bruhns figureren. In 1992 werd hij directeur van de Brusselse Opera, en een groter contrast met de wereld van het orgel is nauwelijks denkbaar. Hij was er zo succesvol dat hij in 2007 de overstap maakte naar het intendantschap bij het Festival van Aix-en-Provence. Hij liet zijn oude stiel echter niet los, en werd in 2009 hoofdleraar orgel aan het Brussels Conservatorium. Daarnaast is hij ook nog een verdienstelijk componist, en als organist speelt hij niet alleen de muziek van Bach en zijn voorgangers, maar ook eigentijdse muziek. Waar haalt hij de energie vandaan. De componist Focroulle leren we hier kennen in een heel specifiek genre: eigentijdse muziek voor historische orgels. Dat is wat anders dan eigentijdse muziek voor historische instrumenten, zoals we soms tegenkomen bij ensembles als het Freiburger Barockorchester. Daar wordt gespeeld op kopieën van oude instrumenten, organisten spelen op instrumenten die de eeuwen hebben doorstaan, al dan niet met behulp van pijnlijk nauwkeurige restauraties. Bij het orgel speelt een uiterst belangrijk detail een elementaire rol: de stemming. De lofzang van Johann Sebastian Bach op het Wohltemperierte Clavier heeft er eeuwenlang voor gezorgd dat we niets anders kenden dan de gelijkzwevende stemming, maar de term alleen al geeft aan dat er daarvoor een ongelijkzwevende stemming bestond. De verhalen daarover nemen zo nu en dan groteske vormen aan, want een kind kan begrijpen dat de manier waarop je zoiets doet alleen maar betrekking kan hebben op een toetsinstrument. De kwinten van de viool worden niet gelijkzwevend, maar gewoon rein gestemd, en dus speelt een strijkkwartet niet gelijkzwevend of ongelijkzwevend - het speelt gewoon zuiver. Dat het op een historisch orgel anders toegaat maakt Foccroulle eminent duidelijk in een stuk dat hij 'Spiegel' noemt, een opdracht voor het Alkmaarse Van Covelen koororgel. Daarin pakt hij een zesdelig werk van de vijftiende-eeuwse componist Arnold Schlick, dat hij zijn eigen bespiegelingen voorhoudt. Juist in die spiegeltjes hoor je de afwijkingen die die oude manier van stemmen veroorzaakt. Merkwaardige dissonanten, of grof gezegd, gewoon vals - want zo ervaren onze oren dat. In de Toccata uit 2001 laat Foccroulle zich inspireren door de stylus fantasticus van Buxtehude. Op youtube is door distributeur Outhere Music een prachtig filmpje geplaatst waarop Foccroulle een spectaculair deel van deze Toccata laat horen, en vertelt over zijn fascinatie met historische orgels. Ook in de geschreven toelichting gaat Foccroulle uitgebreid in op de werken en hun achtergrond. Helaas worden we over de bespeelde orgels niets gewaar. Achter de opnamedata - die van Hamburg ontbreken - vinden we alleen de betrokken plaatsnamen - Beaufays, Cucuron, Bossut en Alkmaar. Onderstaande weblinks brengen u naar de orgels die Bernard Foccroulle bespeelt. Een boeiende reis terug in de tijd. http://www.flentrop.nl/downloads/HamburgInformatieblad.pdf http://p.thimus.free.fr/pages/divers/lieux-BEAUFAYS.html http://orguedecucuron.wordpress.com/ http://www.orgelsite.nl/kerken39/alkmaar1.htm index |
|