![]() CD-recensie
© Siebe Riedstra, november 2018
|
Mahan Esfahani (1984) werd geboren in Teheran, maar verhuisde op zijn vierde naar de Verenigde Staten, waar hij zijn opleiding genoot in Boston. Hij studeerde verder in Milaan en Londen, waarna hij zijn studie afsloot bij Zuzana Ruzicková in Praag, waar hij nog steeds woont. Twee jaar geleden haalde hij de internationale muziekpers met een opname van de Goldberg Variaties voor het label DG, die bijna als vanzelf enthousiast ontvangen werd. Men zou verwachten dat DG na zo'n media-investering klaar zou staan voor een vervolg, maar dat is er niet gekomen. In plaats daarvan keerde Esfehani terug naar het label Hyperion, waarvoor hij nu zijn derde cd heeft opgenomen met werken van Engelse Virginalisten. In 2013 en 2014 verschenen daar al een dubbel-cd met Pièces de clavecin van Rameau en de Württemberg-Sonaten van Carl Philippe Emanuel Bach. Op deze cd bespeelt hij twee instrumenten: een tweemanualige kopie van een klavecimbel van Carl Conrad Fleischer (Hamburg, 1710) en een kopie van een virginaal van Thomas White (Londen, 1642). Een virginaal is kort door de bocht een klavecimbel waarvan de enkelvoudige snaren evenwijdig aan het klavier lopen. Het is daardoor een compacter instrument met bijbehorende bescheiden klank. We krijgen het op vier van de negentien tracks te horen. Het aardigste voorbeeld is track 12, de Scottish gigg (gigue) van een anonieme componist. Wanneer iemand u zou wijsmaken dat het door een eigentijdse minimalist werd gecomponeerd zou u het zonder meer geloven. Het volgt op de schitterende hexachord fantasie Ut,re,mi,fa,sol,la van William Byrd (1539-1623).
De jaartallen van Byrd geven al aan dat de keuze voor een Noordduits klavecimbel uit de vroege achttiende eeuw in dit repertoire de nodige vragen oproept. Esfahani is zich daarvan bewust, in de toelichting van eigen hand probeert hij dan ook niet om zichzelf te rechtvaardigen. Hij weet ook wel dat deze stukken waarschijnlijk door de componisten uitgevoerd werden op orgel of clavichord, maar zo zegt hij: simply put, I like how it sounds. Het is inderdaad een prachtig instrument met drie achtvoets registers met ieder een volstrekt eigen karakteristiek. Het luitachtig register op het bovenklavier klinkt heerlijk fruitig. Het staat uiteraard in middentoonstemming, wat in de chromatische uitstapjes van de Chromatic pavan and gaillard van John Bull (track 9) voor pikante ontstemminkjes zorgt. Esfahani is niet een schuchtere speler, hij zoekt het in expressieve breedte, heeft een onbegrensde techniek en een exuberante persoonlijkheid die zich uitdrukt in spel dat de luisteraar naar zich toetrekt. Net als in zijn spel is Esfahani in de toelichting gul, openhartig, en vooral enthousiasmerend. De opnametechniek sluit zich daar bij aan met een oog voor detail in een warme ambiance. Al met al een prikkelend recital dat als een feestmaal wordt geserveerd. index |
|