Fritz Wunderlich - A Poet Among Tenors
EMI (ICON-reeks) 6295252 (6 cd's)
Fritz Wunderlich - Der Unvergessene
DG - Limitierte Edition
Wolfgang Amadeus Mozart werd slechts 35, Vincenzo Bellini 34, Maria
Malibran stierf reeds op 28-jarige leeftijd - drie van de grootste
genieën die de operawereld gekend heeft, moesten door ziekte of
een ongeval voortijdig het tijdelijke voor het eeuwige verwisselen.
In dit rijtje hoort ook het lot van Fritz Wunderlich, die op 16
september 1966 na een tragisch ongeval in Heidelberg overleed, negen
dagen vóór zijn 36-ste verjaardag. De dag ervóór was hij in het
in aanbouw zijn landhuis van de bas Gottlob Frick van een trap gevallen,
toen hij in de nacht vóór zijn vertrek naar Amerika nog even zijn
vrouw wilde bellen.
Technisch volmaakt
Nog afgezien van de persoonlijke tragedie voor Wunderlich
zelf, zijn vrouw en zijn kinderen werd daarmee ook de operawereld
vroegtijdig beroofd van een van de opmerkelijkste carričres van
de twintigste eeuw. Niet alleen het Met-debuut van Wunderlich vond
geen doorgang, maar ook aan een Bayreuth-debuut is hij nooit toegekomen
en talloze rollen en opnamen die al feitelijk of voorzichtig gepland
waren, konden nooit meer gerealiseerd worden.
Hoe Wunderlich zich de jaren daarna ontwikkeld zou hebben, kunnen
we slechts gissen, maar we kunnen rustig stellen dat hij als vertolker
- en zeker als liedvertolker - zijn hoogtepunt nog niet bereikt
had. Dat hij ook als zanger nog had kunnen groeien, lijkt onwaarschijnlijk.
De klank van zijn stem, met een uniek helder en stralend timbre,
leek enkele jaren eerder al volkomen uitgerijpt, zijn tekstweergave
stond op een niveau dat geen zanger na hem nog heeft kunnen evenaren,
zijn communicatie met zijn publiek was zo intens, dat die zelfs
via zijn opnamen nog onverminderd doorwerkt op mensen die hem nooit
in levenden lijve hebben meegemaakt.
Dat alles werd echter nog overtroffen door een verregaand geperfectioneerde
techniek die - en zo hoort het - zijn voordracht een extra sterke
schijn van spontaneďteit verleende. Juist door die techniek kon
hij vrijelijk met woorden en kleuren spelen op een manier waarvan
menige andere zanger alleen maar kan dromen. Zijn intonatie, articulatie
en klankvorming waren exemplarisch en daarbij wist hij ook iedere
klank een eigen kleur te verlenen. Sterker nog: als geen andere
tenor van zijn tijd, met uitzondering misschien van Alfredo Kraus,
wist hij zelfs binnen één noot nog in zijn kleuring te variëren!
Herdenking
Op 30 september van dit jaar zou Fritz Wunderlich tachtig
zijn geworden en in het 120 pagina's tellende boekwerk bij een herdenkingsuitgave
die DG aan deze zanger wijdde, vertelt de enkele maanden geleden
overleden Anneliese Rothenberger over haar eerste kennismaking met
Wunderlich bij een voorstelling van Don Giovanni in Salzburg,
waarin zij zelf Zerlina zong. Zij vroeg hem toen op een gegeven
moment: "Hoe doe je dat? Heb je soms een elektrische aansluiting
van achteren? Je zingt drie frasen op één adem!" Voor Wunderlich
was zo'n opmerking dolle pret. Hij kende zijn eigen techniek als
geen ander, wist ook hoezeer hij eraan bleef vijlen, ook als niemand
het resultaat opmerkte (en wat Rothenberger constateerde, had zelfs
menige dirigent nog niet gehoord), maar als dan iemand hoorde wat
hij deed, was het ijs ook meteen gebroken.
Favorieten
De grote kunst van zingen is het wekken van de suggestie
dat het allemaal 'zo makkelijk' is, zelfs zó makkelijk dat iedereen
het zou kunnen. Slechts weinig mensen beseffen dat dit alleen bereikt
kan worden op basis van een ijzeren discipline, een vlekkeloze techniek
en een immer voortdurende studie. Die combinatie is slechts weinigen
gegeven, maar Wunderlich behoorde tot die witte raven. Of hij nu
'Il mio tesoro' uit Mozarts Don Giovanni zingt, een aria
van Puccini, Dichterliebe van Schumann, een schijnbaar simpele
operettemelodie of een populair lied als Granada van Lara
(voor menigeen zijn grootste opname!), in iedere maat, in iedere
noot is er die suggestie van natuurlijkheid en gemak in combinatie
van een al even unieke combinatie van jeugdigheid en levensvreugde.
En bij dat alles blijft die stem ontroeren. Wat kan ik er nog meer
over zeggen? Hooguit dat hij de enige zanger is wiens opnamen ik
blijf draaien en waarschijnlijk altijd zal blijven draaien, hoe
goed ik ze ook ken.
Tot mijn eigen favorieten behoort op de eerste plaats een Philips-plaat
uit 1963 met liederen van Beethoven, Haydn en Strauss met het orkest
van de Bayerische Rundfunk onder leiding van Jan Koetsier, met uitvoeringen
van Morgen en Zueignung die vor mij op eenzame hoogte
staan (toevallig las ik ooit dat een dochter van Wunderlich, Barbara,
deze voorkeur deelt). Daarbij komen vooral diverse opnamen uit zijn
EMI-periode: Die verkaufte Braut onder Rudolf Kempe, hoogtepunten
uit Mignon, evenals Die verkaufte Braut met Pilar
Lorengar en Gottlob Frick, hoogtepunten uit Jevgeni Onegin en
Schoppenvrouw met Melitta Muszely en Hermann Prey, hoogtepunten
uit Martha met Anneliese Rothenberger en Gottlob Frick en
hoogtepunten uit Der Bettelstudent met Erika Köth en Rudolf
Schock.
Biografie
Nog steeds duiken er onbekende opnamen van Wunderlich
op, maar aangezien het merendeel daarvan toch stamt uit de beginjaren
van zijn carričre, is het belang daarvan niet altijd even groot.
De herdenking van zijn 80ste geboortedag is vooral luister bijgezet
met bekend materiaal in speciale uitgaven met enkele bijzondere
aanvullingen. Dat laatste betrefty onder meer de biografie van Werner
Pfister, die voor deze gelegenheid werd bijgewerkt en nu op de markt
is in een speciale editie met een cd erbij, en in een goedkopere
uitgave. Daarnaast zijn er links en rechts cd's te vinden van het
repertoire dat de zanger in Duitsland voor kleinere labels heeft
opgenomen, maar de belangrijkste uitgaven zijn twee dozen van respectievelijk
EMI en DG.
ICON
Prijstechnisch verreweg de leukste is natuurlijk de EMI-uitgave
in de ICON-reeks, zes cd's met hoogtepunten uit het repertoire dat
Wunderlich aan het eind van de jaren vijftig en in het begin van
de jaren zestig opnam voor HMV-Electrola. Op deze zes cd's met een
ruime keuze aan fragmenten uit oratorium, opera en operette, en
met liederen en 'schlagers' zijn ook alle EMI-opnamen vertegenwoordigd
die ik hierboven bij mijn eigen favorieten vermeldde. Dat er soms
technisch grote verschillen te horen zijn tussen opeenvolgende tracks,
is gezien de leeftijd van de opnamen onvermijdelijk, evenals het
feit dat het totale repertoire hier in het Duits gezongen wordt.
Dat laatste is van ondergeschikt belang. Sterker nog: Wunderlich
in het Duits klinkt in Italiaans repertoire Italiaanser dan menige
andere tenor die de oorspronkelijke tekst aanhoudt! Het Duits zal
bovendien de aria van Ljenski voor velen des te aangrijpender maken
en een fijnzinniger versie van 'Leb' wohl, Mignon' ('Adieu, Mignon!')
heb ik ook in het Frans zelden of nooit gehoord. Zelfs niet van
Alain Vanzo! Kortom: zeker voor de beginnende Wunderlich-liefhebber
is de ICON-box een absolute aanrader.
Uniek materiaal
Voer voor de echte Wunderlich-fan is een stevige doos
van DG van twintig bij twintig centimeter met daarin eveneens zes
cd's die volgens hetzelfde principe zijn smengesteld. Dezelfde opzet
dus, maar andere uitvoeringen en een duidelijke verschuiving naar
het 'serieuzere' repertoire. Zo vinden we hier geen operettemelodieën
(toch een gemis - Wunderlich was daarin onweerstaanbaar)\, maar
gelukkig wel 'schlagers', o.a. de befaamde opname van Granada
aan het begin van de vijfde cd.
Er is echter meer: een 45t-plaatje (oranje Polydor!) met de dikte
van een pannekoek, waarop we het Wiegelied van Schubert en
Gute Nacht van Meyer-Helmund horen, en een boekwerk van honderdtwintig
pagina's met een uitgebreid interview met Eva Wunderlich, een essay
van Lothar Brandt, herinneringen van collega's en talloze foto's.
Er is echter ook nog een zevende cd met enkele voor Wunderlich essentiële
interviewfragmenten, onbekende opnamen en opnamen die Wunderlich
zelf gemaakt heeft, want de grootste Duitse tenor van de afgelopen
eeuw was behalve een begenadigd hoornist en trompetspeler ook nog
eens een fanatiek opnametechnicus die met vaste hand zijn eigen
amateurstudio bestierde en zo ongeveer alles op band opnam wat hij
maar kon opnemen: zijn privéleven, zijn eigen repetities (vanaf
de eerste tijd tot zijn dood toe!), maar ook uitvoeringen. Commentator
Reinhard Ermer noemt hem niet zonder reden een 'Dokumentationsfreak'.
Deze cd is voor iedere liefhebber een must!
Kanttekening
Helaas bij deze DG-uitgave ook een kanttekening. Ik ga
compleet over mijn nek van het laatste deel van het boekwerk. Het
wordt geďntroduceerd met de mededeling dat Wunderlich altijd zo'n
goede band heeft gehad met zijn fans en dat men dus aan zijn bewonderaars
een oproep heeft gedaan om 'persoonlijke herinneringen' op schrift
te zetten. Dat resulteerde in zege en schrijven één pagina met 'echte'
herinneringen en verder bijdragen van o.a. Jonas Kaufmann, Piotr
Beczala, Rolando Villázon, Plácido Domingo, Joseph Calleja en Juan
Diego Flórez. Bij Domingo, Villázon en Calleja twijfel ik niet aan
hun oprechtheid, maar de bijdrage van Flórez vormt werkelijk een
dieptepunt: een duidelijk plichtmatige, matte bijdrage als product
van een publiciteitsmachine. Gęnant!