CD-recensie

 

© Paul Korenhof, juni 2024

In the Shadows

Méhul: Joseph 'Vainement Pharaon . Champs paternels'
Beethoven: Fidelio 'Gott! Welch Dunkel hier!'
Rossini: Elisabetta, regina d'Inghilterra 'Della cieca fortuna . Sposa amata'
Meyerbeer: Il crociato in Egitto 'Suona funerea'
Weber: Der Freischütz 'Nein, länger trag' ich nicht die Qualen . Durch die Wälder, durch die Auen'
Auber: La Muette de Portici 'Spectacle affreux! . Ô Dieu! toi qui m'as destiné'
Spontini: Agnes von Hohenstaufen 'Der Strom wälzt ruhig seine dunklen Wogen'
Bellini: Norma 'Meco all'altar di Venere . Me protegge, me difende'
Marschner: Hans Heiling 'Gönne mir ein Wort der Liebe'
Wagner: Die Feen 'Wo find ich dich' - Rienzi 'Allmächt'ger Vater' - Lohengrin 'Mein lieber Schwan!'

Michael Spyres (tenor)
Julien Henric (tenor)
Jeune Choeur de Paris
Les Talens Lyriques
Dirigent: Christophe Rousset
Erato 5419787982
Opname: Parijs, dec. 2022

 

Vooruitlopend op zijn eerste Lohengrin in Straatsburg en zijn Bayreuther debuut als Siegmund in Die Walküre stelde Michael Spyres een cd samen met muziek die op de een of andere manier een plaats heeft in de aanloop naar de muziekdrama's van Wagner. Zelf schreef hij daarbij ook de verantwoording, terwijl hij natuurlijk in zijn zang eveneens demonstreert dat hij zo ongeveer alles kan zingen wat ooit voor tenor, baritenor of (tenorale) 'contratenor' geschreven is.

En om maar meteen met de deur in huis te vallen: ook met deze, in sommige opzichten wederom 'grensoverschrijdende' cd, kan Spyres mij weer niet helemaal overtuigen. Wel van zijn vocale capaciteiten. Hij kán het allemaal zingen en dat doet hij technisch ook uitstekend, maar ècht zingen is voor mij toch iets meer dan alleen maar de noten op de juiste manier ten gehore brengen. Als het erop aankomt hoor ik echt liever een minder op perfectie gerichte zanger met meer kleuren, meer gevoel voor drama, meer inlevingsvermogen en vooral meer stijlgevoel!

Natuurlijk is het leuk als een zanger Beethoven, Rossini, Weber, Auber, Meyerbeer, Spontini en Wagner niet alleen goed kan zingen, maar er ook nog eens een cd van 85 minuten mee vult. Vocaal klinkt het ook allemaal heel gezond, soms ook heel indrukwekkend, met af en toe een (misschien iets te) imposante baritonale laagte, maar het blijft allemaal een beetje hetzelfde. Niet dat ik wil vervallen in een term als 'één pot nat', maar ietwat recht toe, recht aan is het wel. Ruim tachtig minuten vocale eenheidsworst - maar wel van een goede slager!

De fragmenten op deze cd zijn afkomstig uit verschillende vocale culturen in een periode met grote stilistische verschillen tussen de diverse operacentra, met zelfs verschillen in zangtechniek. Zij omspannen precies de decennia waarover Rossini reflecteert in de beroemde verslagen van Edmond Michotte. Het was de periode waarin de Italiaanse componist een dermate sterke achteruitgang van het bel canto constateerde, dat diverse commentatoren veronderstellen dat hierin de belangrijkste oorzaak lag van het feit dat hij na Guillaume Tell een punt achter zijn operacarrière zette.

Zowel van dat probleem als van het feit dat de fragmenten op deze cd uit verschillende muzikale culturen stammen, is in de zang van Spyres niets te horen. Van subtiele bel canto-nuances in de muziek van Méhul, Rossini of of Bellini is evenmin sprake als van klankverschil tussen Duitse, Italiaanse en Franse vocalistiek. Zo zingt Spyres Rossini en Bellini alsof het Verdi is - maar zonder de kleuren en de nuances in het middenregister van een Verdi-specialist als Carlo Bergonzi.

In het Franse repertoire lijkt zowel zijn uitspraak als zijn frasering heel authentiek, maar wie zoekt naar meer idiomatische zang met enerzijds verschillende nasalen en effecten op basis van een voix mixte, en anderzijds het kenmerkende declamatorische element in de Franse zang, komt bedrogen uit. Ik hoor hier ook geen vertolker voor wie de tekst, de stijl en het karakter van het personage op de eerste plaats komen. Er was een tijd waarin een zanger zijn carrière maanden onderbrak om bijvoorbeeld stilistisch verantwoord van het Italiaanse op het Franse repertoire over te stappen. Hier lijken soms alleen de taal en de namen van de componisten te verschillen.

Het meest overtuigt Spyres mij hier in uitmuntend vertolkte Duitse aria's uit Der Freischütz (voor mij het beste fragment op deze cd), uit de eerste versie van Agnes von Hohenstaufen (hier voor het eerst opgenomen) en in de aria van Arindal uit Die Feen. De aria uit Fidelio is bijvoorbeeld wel fraai gezongen, maar mist het hartverscheurende van een uitgehongerde man die in een duistere kerker langzaam zijn dood tegemoet gaat (in twee maten van Jon Vickers zit meer tragiek dan in vijf minuten zang van Michael Spyres).

Eveneens heb ik een beetje moeite met de beide andere fragmenten van Wagner. Rienzi's geëmotioneerde gebed, door Rousset een beetje traag begeleid (zijn eigen keuze of die van de zanger?), mist vervoering en kleuren, en in het afscheid van Lohengrin hoor ik weinig van het mystieke en bovenaardse van deze graalridder. Dat Spyres zowel deze rol als Siegmund kan zingen, lijdt geen twijfel, maar zeker bij een opera van Wagner moet een zanger ook helemaal in zijn rol kunnen kruipen, en op dat punt kan deze Amerikaanse tenor mij op basis van deze opnamen nog niet overtuigen.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links