CD-recensie Parisienne, chanteuse en comédienne!
© Paul Korenhof, september 2019 |
Voor iemand die is opgegroeid met het Parijs van de jaren zestig, Barbara, Yves Montand, Anne Sylvestre en Les Compagnons de la Chanson, de operettes van Offenbach, Hervé en Lecocq, en de komedies en tragikomedies van Molière, Feydeau en Anouilh, is deze cd één 65 minuten durende verrukking. En daarbij duurt hij mij nog veel te kort. Ik zou probleemloos twintig andere chansons en operettefragmenten kunnen noemen die ik zou willen horen - althans: zó! Want het is niet alleen het repertoire waarvoor ik hier door de knieën ga! De jonge Marie Perbost blijkt een typisch voorbeeld van de Franse 'chanteuse-diseuse' die de zangstijl van het chanson, het cabaret, de operette en de opéra-comique met een aanstekelijke dosis tekstgerichte humor in één stem combineert. Liederen van Poulenc en Debussy gaan haar even makkelijk af als aria's van Offenbach, chansons van Delettre en Kosma, en cabareteske operettefragmenten van Hervé en Serpette. Om met die laatste te beginnen: de grote verrassing van deze cd - ná Perbost zelf - is voor mij een verrukkelijk duet van de nu vrijwel geheel vergeten Gaston Serpette (1846-1904), componist van ruim dertig operettes en vaudevilles. Het veertiende werk in deze reeks is Le Petit Chaperon rouge , een operette in drie bedrijven die op 10 november 1885 in het Parijse Théâtre des Nouveautés in première ging en het 'Duo des bijoux' daaruit blijkt een hilarische parodie op de 'juwelenaria' uit Faust . Perbost, hier met theatrale charme geassisteerd door de tenor Paco Garcia, maakt er een onweerstaanbaar juweeltje van dat mij ook nog eens nieuwsgierig maakt naar meer muziek van deze vergeten collega van Offenbach en Hervé. Een ander toppertje van muzikale humor volgt meteen daarop in de 'Grisette-ariette' van Offenbach waarin de jonge Perbost zelfs de ervaren Jennie Tourel als aangeschoten Périchole naar het tweede plan verwijst. En prompt daarop volgt weer een verrassing: het chanson La Tour Eiffel van Désiré Dihau met een dubbelzinnige tekst zoals we die alleen van Fransen kunnen verwachten. Onderwerp: de associaties - en de gevolgen daarvan - die het zien van de Eiffeltoren en de Place Vendôme bij twee jonggehuwden oproept. Het geheim van deze cd waarvan ik de eerste dagen niet genoeg kon krijgen, ligt voor een belangrijk deel in de opvoeding van Marie Perbost. Haar vader maakte haar al heel vroeg vertrouwd met de chansons van met name Jacques Brel, Marie Laforêt en Les Frères Jacques, waarmee hij haar gevoel voor tekstkleuren en -nuances ontwikkelde. Daarnaast nam hij haar regelmatig mee naar Parijse cabarets en theaters, terwijl zij vanaf haar vijfde met haar grootmoeder de generale repetities bijwoonde in de Opéra Bastille waar haar moeder koorlid was, en waarvan zij al als kind alle hoeken en gaten van het theater leerde kennen. Is tekstweergave dus sowieso al de kern van alle Franse vocale muziek, die meer nog dan op kleuring en frasering gericht is op een verstaanbaarheid die het gesproken woord moet evenaren, met een opvoeding als Marie Perbost heeft genoten, wordt een eventueel aanwezig talent op dit gebied maximaal gestimuleerd. Waartoe dat kan leiden, is hier te horen op een cd die ik niet genoeg kan aanbevelen. Bij dat alles zou ik bijna vergeten om aandacht te besteden aan de pianiste Joséphine Ambroselli, al sinds haar studietijd de duo-partner van Perbost die zij evenaart in muzikale spontaneïteit, frisheid en humor. In de verschillende operettefragmenten worden de dames bijgestaan door vijf solisten van de Frivolités Parisiennes (strijkkwartet plus klarinet), een combinatie die voortreffelijk harmonieert met de omringende liederen. In het cd-boekje werden de zangteksten uitsluitend in het Frans afgedrukt, maar een uitgebreid interview met Marie Perbost, een dito toelichting en evenmin karige biografieën werden tweetalig afgedrukt, helaas soms met een grijze Engelse tekst op een zwarte achtergrond. index |
|