CD-recensie

Opera Rara jubileert (1)

Driemaal Donizetti

 

© Paul Korenhof, januari 2022

Donizetti: Il diluvio universale
Mirco Palazzi (Noè), Simon Bailey (Jafet), Mark Wilde (Sem), Dean Robinson (Cam), Colin Lee (Cadmo), Majella Cullagh (Sela), Manuela Custer (Ada), Roland Wood (Artoo) e.a.
Geoffrey Mitchell Choir
London Philharmonic Orchestra
Dirigent: Giuliano Carella
Opname: Londen, oktober/november 2005

Donizetti: Ugo conte di Parigi
Della Jones (Luigi V), Eiddwen Harrhy (Emma), Janet Price (Bianca), Yvonne Kenny (Adelia), Maurice Arthur (Ugo), Christian du Plessis (Folco)
Geoffrey Mitchell Choir
New Philharmonia Orchestra
Dirigent: Alun Francis
Opname: Londen, juli 1977

Donizetti: L'assedio di Calais
Christian du Plessis (Saint-Pierre), Della Jones (Aurelio), Nuccia Focile (Eleonora), Russell Smythe (Edoardo III), Eiddwen Harrhy (Isabella), John Treleaven (Edmondo), Norman Bailey (Un straniero)
Geoffrey Mitchell Choir
Philharmonia Orchestra
Dirigent: David Parry
Opname: Londen, 24 juni-1 juli 1988

Opera Rara ORB1 (7 cd's)

 

Niets ten nadele van de Fondazione Donizetti in Bergamo, maar het lijkt toch of in de afgelopen halve eeuw het belangrijkste aandeel in de herwaardering van de Italiaanse componist in Engeland geleverd is. Het begon met het werk van de Donizetti Society dat onder meer resulteerde in een reeks Donizetti Journals en concertante uitvoeringen van diverse onbekende opera's. Die concerten leidden op hun beurt tot plaatuitgaven op losse lp's onder de naam Unique Opera Records, en dat inspireerde in 1970 Don White en Patric Schmid tot de oprichting van Opera Rara, een label dat zich - met af en toe een uitstapje naar het Franse repertoire - nu al een halve eeuw inzet voor de promotie van vooral de Italiaanse opera in de eerste helft van de 19de eeuw.

In de halve eeuw van zijn bestaan heeft Opera Rara inmiddels een catalogus van meer dan vijftig titels opgebouwd die zich niet alleen onderscheidt door de grondige historische en musicologische studie die aan iedere uitgave voorafgaat. Een belangrijk visitekaartje was vanaf de eerste lp's ook de presentatie in fraaie boxen met nog fraaier uitgevoerde tekstboeken, rijk geïllustreerd en met uitgebreide toelichtingen. En om meteen een heel opmerkelijk punt te noemen: daarbij werd niet op het papier bezuinigd en zelfs de langste teksten werden altijd afgedrukt in een goed leesbaar lettertype op een weldadig aandoende bladspiegel!

Ter gelegenheid van het gouden jubileum heeft Opera Rara nu drie van de minste bekende opera's van Donizetti opnieuw uitgebracht in één box (kartonnen doosje, kartonnen hoesjes, geen armoedig plastic) met een inleiding van huisdramaturg Roger Parker. Dat daarbij de libretti en helaas ook de oorspronkelijke toelichtingen vervallen, is begrijpelijk: de originele boekwerken besloegen samen circa 400 pagina's! De betreffende libretti kunnen echter worden gedownload vanaf de website (www.opera-rara.com) en wie daarin niet handig is, mag zelfs gewoon een mailtje sturen naar info@opera-rara.com - ook op het punt van service kan menig label aan Opera Rara een voorbeeld nemen!

Hoewel aan de producties van Opera Rara regelmatig solisten van naam hebben meegewerkt (o.a. Nelly Miricioiu, Renee Fleming, Ermonela Jaho, José Bros en Ludovic Tézier), steunen de uitvoeringen in hoge mate op het vocale potentieel binnen het Verenigd Koninkrijk.

Die - economisch noodzakelijke - concentratie op Engelse solisten gaat soms een beetje ten koste van de 'italianità', maar zelden of nooit ten koste van het vocale niveau. Dat is enerzijds natuurlijk te danken aan het hoge niveau van de Engelse zangkunst met een basis die berust op uitersten die lopen van community singing tot Händel's bel canto, maar toch vooral aan de grondige muzikale voorbereiding van de producties waaraan naast een dirigent als Mark Elder ook de Nederlandse repetitor Hans Schellevis meer dan eens een substantieel aandeel leverde.

Hoewel de drie opera's in deze heruitgave niet behoren tot de beste uit de zeventig werken die de componist uit Bergamo ons naliet, verdienen ze zeker aandacht als representatieve werken uit zijn 'middenperiode'. Om ze te plaatsen: ze werden geschreven binnen een tijdsbestek van zeven jaar waarin ook veel bekender werken ontstonden. Il diluvio universale (1830) ging enkele maanden vooraf aan Anna Bolena, terwijl Ugo Conte di parigi (1832) op de voet werd gevolgd door L'elisir d'amore en L'assedio di Calais (1836) door Roberto Devereux.

Il diluvio universale
Evenals Rossini's Mosè in Egitto was Il diluvio universale (De grote zondvloed) geschreven voor de Napolitaanse vastentijd waarin 'wereldse' opera's verboden was. Om het publiek tevreden te stellen en musici en zangers aan het werk te houden werd daarom gezocht naar bijbelse onderwerpen die werden omgewerkt tot 'azione tragico-sacra'. De term oratorium is in dit verband echter onjuist. De handeling is daarvoor te 'opera-achtig' en de muziek helemaal, al maakte zowel Rossini als Donizetti van de gelegenheid gebruik om zich meer te richten op het ensemblewerk en minder op vocaal vuurwerk voor primadonna's en andere stersolisten.

Door deze aanpak werd in Il diluvio universale Noè (Noeh) nog minder het centrale personage dan Mozes in Rossini's Mosè , terwijl zijn drie zonen en hun respectievelijke echtgenotes juist meer naar voren worden gehaald. Donizetti's operabloed kroop echter waar het niet gaan kon en het gevolg is dat het centrum van dit 'religieuze drama' wordt ingenomen door een niet echt religieus gegeven.

De feitelijke hoofdpersoon in deze opera over Noeh en de ark is Sela, de favoriete van de Babylonische satraap Cadmo, die heen en weer wordt geslingerd tussen liefde voor haar echtgenoot en het verlangen de god van Noè te volgen. Dat laatste leidt uiteindelijk tot haar dood waarna (causaal of niet) de zondvloed over de wereld losbarst. (De 'dramatische' parallel met het slot van Rossini's Mosè, waarin het water van de Rode Zee zich uitstort over het leger van de farao, zal overigens geen toeval zijn.)

Onder leiding van Giulino Carella ontstond een muzikaal geheel waarin het menselijke drama alle aandacht krijgt met een cast die wordt aangevoerd door de Ierse sopraan Majella Cullagh als een mooi lyrische Sela en de technisch uitmuntend toegeruste, fraai fraserende Zuid-Afrikaanse tenor Colin Lee als haar verbolgen echtgenoot.
Voor het Italiaanse aandeel zorgen de mezzosopraan Manuela Custer als een slank getimbreerde Ada, de opvolgster van Sela in de gunst van Cadmo, en de bas Mirco Palazzi als een misschien iets te jeugdige maar welluidende Noè. Met de overige solisten vormen zij een fraai ensemble rond het centrale conflict tussen Sela en Cadmo.

Ugo Conte di Parigi
De eerste complete opera die Opera Rara in 1977 uitbracht, Ugo Conte di Parigi , verscheen op drie perfect geperste lp's in een fraaie doos met daarbij twee tekstboeken: een op A4-formaat met artikelen en talloze illustraties en een iets handzamere op A5-formaat met een tweetalig libretto. Het was het soort uitgave dat lp-liefhebbers nostalgisch doet dromen van vroeger tijden en het is ook nog altijd een pareltje in mijn verzameling. Maar belangrijker: het was ook muzikaal een ontdekking die ik ook veertig jaar later nog graag beluister.

Dat Donizetti's 38ste opera het in het theater nooit gedaan heeft, kan ik mij overigens wel voorstellen. Dramaturgisch is het werk niet sterk en de vrouwelijke hoofdpersoon, Bianca (Blanche d'Aquitaine) ontpopt zich als een niet altijd even sympathieke intrigante met wie een romantisch publiek zich moeilijk kan vereenzelvigen. Muzikaal bevat het werk echter een groot aantal meeslepende bladzijden, culminerend in een slotscène waarvoor het matineepubliek na een goede vertolking het Concertgebouw zou afbreken.

De vertolking bleek bij Opera Rara een schot in de roos en wie na het na het lezen van de rolverdeling afhaakt op het grote aantal (voor ons nu) onbekende namen, bewijst zichzelf geen dienst. Al was het alleen maar vanwege die slotscène, waarin twee van de toenmalige 'huissolisten' van het label zich presenteren als belcantisten bij uitstek. Het is waarschijnlijk ook geen toeval dat beiden afkomstig zijn uit Wales, de geboortegrond van Gwyneth Jones, Stuart Burrows, Geraint Evans, Bryn Terfel en talloze andere solisten van wereldfaam.

De sopraan Eiddwen Harrhy is een krachtige persoonlijkheid met een vocalistiek die doet betreuren dat zij in deze opera geen aria te zingen krijgt, terwijl Janet Price (Bianca) het als belcantospecialiste kan opnemen tegen menige soliste met wereldfaam. Het blijft een raadsel waarom de faam van deze sopraan met haar heldere timbre, haar uitmuntende techniek en haar bezielde voordracht beperkt bleef tot het Verenigd Koninkrijk. Deed haar huwelijk met de componist Adrian Beaumont haar afzien van een internationale carrière? Mogelijk, maar wel jammer, zoals blijkt uit meerdere opnamen van onder meer Opera Rara en de Donizetti Society.

Een andere vaste soliste (eveneens uit Wales afkomstig) is de mezzosopraan Della Jones, hier in een travestierol als koning Louis V, die terecht een internationale carrière maakte als Rossini-vertolkster. De Australische Händel-specialiste Yvonne Kenny versterkte het ensemble als Amelia, de zuster van Bianca, terwijl Maurice Arthur als graaf Ugo (Hugo Capet) doet betreuren dat deze tenor na enkele jaren plotseling van het operatoneel verdween. De grootste lof verdienen echter Alun Francis en het New Philharmonia Orchestra, die Donizetti's onbekende opera een muzikale overtuigingskracht verlenen, die na een halve eeuw nog niets aan kracht heeft ingeboet.

L'assedio di Calais
In de derde opera vinden we Della Jones terug als Aurelio, de zoon van de burgemeester van Calais die bij de legendarische belegering in 1347 door de Engelsen zichzelf met enkele andere prominenten als zoenoffer aanbood om de stad van de ondergang te redden. De burgemeester zelf is in handen van de bariton Christian du Plessis, gedurende vele jaren ensemblelid van de English National Opera, die hieer als 'huisartiest' van Opera Rara wellicht zijn beste rol zingt.

Een andere opmerkelijke prestatie komt van de sopraan Nuccia Focile als Aurelio's vrouw Eleonora, terwijl Eiddwen Harhy terugkeert als de Engelse koningin die haar echtgenoot overreedt om de Franse havenstad te sparen. Hun vertolkingen verhogen de dramatiek in de eerste twee bedrijven van Donizetti's opera met als hoogtepunt een finale van het tweede bedrijf die je gewoon kippevel bezorgt.

Het aanvankelijke succes van het werk (op de première volgden 36 voorstellingen) berust echter vooral op de eerste twee bedrijven die zich afspelen in het belegerde Calais. Daarin worden we geconfronteerd met conflicten op verschillende niveaus, van emotionele rond burgemeester Eustachio en zijn zoon Aurelio tot politiek gekonkel en polarisatie, gevoed door een Engelse spion die vermomd de stad is binnengedrongen (een opmerkelijke cameorol van Wagner-bariton Norman Bailey!).

Minder overtuigend is het bedrijf dat zich afspeelt in het Engelse legerkamp, waar mede door balletscènes de opgeroepen spanning snel wegebt. Donizetti zag dat zelf ook en heeft uiteindelijk na enige kleine ingrepen halverwege de serie voorstellingen het derde bedrijf teruggetrokken. Aan de voorgenomen herziening is hij echter nooit toegekomen en ondanks het succes van de eerste twee bedrijven betekende dat toch de doodsteek voor het werk.

Zonder meteen vergelijkingen te trekken met Moses und Aron van Schönberg en Lulu van Alban Berg, moet mij toch van het hart dat ik ook bij dit werk uitstekend kan leven met de eerste twee bedrijven. Dat Opera Rara ook de originele versie van het derde bedrijf heeft opgenomen is zonder meer een interessante bijkomstigheid, al was het maar vanwege het aandeel van de Wagner-tenor John Treleaven als de Engelse legeraanvoerder Edmondo.

Als appendix horen we een nagecomponeerd slotrondo voor Eleonora waarmee de discografie van de ondergewaardeerde sopraan Nuccia Focile weer een beetje is opgekrikt. Hier vooral is het echter een gemis dat in het begeleidende cd-boekje niet op de opera's zelf wordt ingegaan en dat zelfs ieder woord van toelichting bij deze appendix ontbreekt.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links