CD-recensie

Een verschil van eeuwen

 

© Paul Korenhof, december 2015

 

Arias for Benucci

Paisiello: Il re Teodoro in Venezia, ouverture.

Salieri: La grotto di Trofonio 'Spirti invisibili' - Axur, re d'Ormus 'Idol vano'.

Martín y Soler: Una cosa rara 'Ah mal aya' - 'In quegli anni'.

Sarti: I contrattempi 'Oime! che innanzi . . . Penso, che per morire'.

Mozart: Così fan tutte 'Rivolgete a lui lo sguardo' - 'Donne mie' - 'Il core vi dono' - Don Giovanni ouverture - 'Eh, consolatevi . . . Madamina' - 'Restati quà! . . . Per queste tue manine' - Le nozze di Figaro ouverture - 'Bravo, signor padrone . . . Se vuol ballare' - 'Tutto è disposto . . . Aprite un po'quegli occhi' - 'Ehi, sor paggio! . . . Non più andrai'.

Matthew Rose (bariton), Katherine Watson en Anna Devin (sopraan), Arcangelo o.l.v. Jonathan Cohen

Hyperion CDA68078

Opname: Londen, November 2013

 

De Italiaanse bas-buffo (over baritons sprak men toen nog niet) Francesco Benucci, die leefde van circa 1768 tot 1824, moet een grootheid zijn geweest. Talloze rollen en zelfs hele opera's werden naar zijn stem gemodelleerd, onder meer door Mozart die voor hem Figaro, Leporello en Guglielmo schreef. In de Weense operawereld werd zijn aanwezigheid zelfs van zo groot belang geacht, dat de Oostenrijkse keizer Jozef II op een bepaald moment het engagement van een heel Italiaans gezelschap liet afhangen van de vraag of Benucci wel of niet zou blijven!

Dit en nog meer wetenswaardigs is te vinden in een door de kleine letter niet echt prettig leesbaar artikel in het cd-boekje, dat ook nog eens zodanig gedrukt is dat de woorden bijna van de bladzijden vallen. Ik moet overigens zeggen dat de cd in het begin nauwelijks minder benauwend overkwam met een orkestklank die in de ouverture van Paisiello wel erg prominent was, maar tegelijk voller en compacter dan we van operamuziek uit die tijd gewend zijn. Die indruk bleef bestaan toen Matthew Rose zich in zijn eerste aria daarbij voegde in een balans die hem beduidend minder prominent maakte en die met zijn stem ook de verstaanbaarheid afdekte. Pas in 'Rivolgete a lui lo sguardo', de aria van Guglielmo die Mozart bij nader inzien vervangen heeft door 'Donne mie', klonk de stem van Rose wat vrijer en meer op de voorgrond, ongetwijfeld mede door Mozart's knappe instrumentatie die voortdurend aandacht en respect voor de tekst uitstraalt.

Niet alleen aan de opname is te wijten dat ik mij zelfs even afvroeg of Matthew Rose zijn Benucci-recital met een Italiaanse aria opende. Hoe Benucci's stem geklonken heeft, weten we niet, maar zijn grote aandacht voor de tekst is boven iedere twijfel verheven. De zang van Matthew Rose is echter typerend voor een operawereld waarin dirigenten en regisseurs steeds minder aandacht voor de tekst hebben, en waarin zangers zich ook steeds meer lijken te verschuilen achter de boventiteling, die voor velen de noodzaak van verstaanbaarheid minimaal maakt. Op dat punt verlang ik terug naar de tijd toen er nog geen boventiteling was, en waarin opera's nog heel lang in vertaling gezongen werden. Muzikaal was dat niet altijd ideaal, maar van zangers werd toen wel verwacht werd dat zij verstaanbaar waren. Gevolg: zij deden ook veel meer met de tekst en dat maakte het muziekdrama heel wat levendiger en expressiever dan de muzikale eenheidsworst die ons nu al te vaak gepresenteerd wordt.

Kort door de bocht komt het erop neer dat zangers van vroeger 'de tekst' zongen, maar dat zangers van nu zich concentreren op 'de noten'. Onzin natuurlijk, want waarom zou een componist een tekst op muziek zetten als de inhoud onbelangrijk was. Kunt u zich voorstellen dat u geniet van een onverstaanbaar gezongen Winterreise ? Natuurlijk niet, en een kind snapt dat een zanger die bij die cyclus voorbijgaat aan de tekst automatisch ook zijn interpretatie afvlakt. In de opera geldt echter hetzelfde, maar dat lijken veel dirigenten en zangers niet meer in te zien - en menige regisseur helemaal niet meer! Die kan de tekst missen als kiespijn, al was het maar omdat die vaak alleen maar in strijd is met zijn o zo intelligent uitgewerkte 'concept'!
Natuurlijk zingt Rose niet echt 'onverstaanbaar' en toen ik eenmaal aan de klank en de balans gewend was, kon ik de tekst redelijk volgen, maar te weinig! Bovendien deed hij er weinig mee. Het bleef 'noten zingen' en wie iets van het door mij bedoelde verschil wil horen, raad ik aan te luisteren naar de opnamen die de Italiaanse bariton Giuseppe Taddei heeft gemaakt van de drie Da Ponte-opera's. Hij zong de drie Benucci-partijen op een zó voortreffelijke wijze (onder Giulini en Böhm) en met een zó levendige tekstbehandeling, dat hij waarschijnlijk een waardige moderne representant van Benucci's zang genoemd kan worden. Bovendien neigde zijn bariton in timbre naar wat wij nu een basbariton noemen - hij zong diverse bas-partijen waaronder Dulcamara - en ook dat draagt bij aan de parallel.

In dit recital horen we verder een alternatief recitatief vóór 'Non più andrai', maar in plaats van het nagecomponeerde duetje met Zerlina had ik liever Leporello's tweede solo gehoord, en in plaats van het duet met de vlakke Dorabella van Katherine Watson zou Guglielmo's 'Non siate ritrosi' met het daarop volgende terzettino beter gepast hebben. Verder kabbelt het allemaal braaf voort waarbij het buffoneske voor weinig vuurwerk zorgt. Ten dele ligt dat aan de begeleidingen van Jonathan Cohen, niet echt een theaterdirigent en al helemaal niet de Italiaanse coach die Rose hier nodig zou hebben. Naar moderne begrippen is hij een goede zanger die terecht een respectabele carrière maakt, maar zijn zang blijft lichtjaren verwijderd van die van Taddei - en waarschijnlijk nog veel meer van die van Benucci.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links