|
CD & DVD-recensie
© Maarten Brandt, augustus 2013
|
CD
Astor Piazzolla: Tango!
Piazzolla: Escualo -Verano Porteño-Invierno porteño-Tristezas de un Doble A-Michelangelo ’70-Contrabajísimo-Oblivion-Libertango-Tangata-Tanti anni prima-Concierto para Quinteto
Isabelle van Keulen Ensemble: Isabelle van Keulen (viool), Christian Gerber (bandonéon), Ulrike Payer (piano), Rüdiger Ludwig (contrabas)
Challenge Classics CC 72610 • 72' •. (sacd)
Opname: januari 2013, MotorMusic Studios, Mechelen (B)
* * *
DVD
Astor Piazzolla: Tango!
Piazzolla: Escualo -Invierno Porteño-Tristezas de un Doble A-Michelangelo ’70-Contrabajísimo-Libertango-Tangata-Tanti anni prima-Concierto para Quinteto
+ documentaire: ‘Music from the Hearth’
Isabelle van Keulen Ensemble: Isabelle van Keulen (viool), Christian Gerber (bandonéon), Ulrike Payer (piano), Rüdiger Ludwig (contrabas)
Documentaire-regie: Valentine Laout,
Film-regie: Hans Pannecoucke
Productie: Anne de Jong en Marcel van den Broek
Challenge Classics CC 72609. • 62’ • (film)
en • 22’ • (documentaire)
Opname: januari 2013, MotorMusic Studios, Mechelen (B)
|
|
|
Het intrigerende van de Argentijnse componist Astor Piazzolla (1921-1992) is dat zijn werk inmiddels op en top tot de music for the millions behoort - iets waartoe het huwelijk van Maxima en inmiddels onze koning Willem Alexander uiteraard onnoemlijk veel heeft bijgedragen - maar ook voor de fijnproever enorm veel te bieden heeft. Eigenlijk is het net als bij de muziek van de Strauss-dynastie; aan de ene kant is de erfenis daarvan geannexeerd door Andre Rieu en de zijnen, terwijl deze anderzijds door de Wiener Philharmoniker onder supervisie van de wereldtop der dirigenten tot de hoogste kunst is verheven. Het is dus niet of-of maar en-en. Net zoals men zou kunnen beweren dat het fenomeen wals in de muziek van bijvoorbeeld vader en zoon Johan Strauss niet zozeer als doel maar als spil fungeert voor een genre dat men als absolute kunstmuziek kan ervaren, gaat dit onverminderd op voor de tango in de beurtelings bezwerende, rauwe en subtiele klanktaal van Piazzolla. Want zoveel is duidelijk, achter de cosmetica (en hierin is bijvoorbeeld een cruciaal verschil tussen Piazzolla en de Einaudies en Jenkinsen te signaleren, in wier werk de cosmetica niets dan leegte maskeert!) van de tango volgens het recept van deze hoogst oorspronkelijke muziekvinder gaat een soms ongelooflijk rijke gelaagdheid schuil. Dit laatste zowel qua sfeer als muzikale substantie.
Helderheid
Verder is er sprake van een idioom waar een Ravel, Milhaud, Stravinsky en Bartók zich bepaald niet voor hadden hoeven schamen, een idioom waarin schrille dissonanten bij vlagen allesbehalve ontbreken. En nu toch de naam van Bartók valt, als er een componist was die de volksmuziek heeft getransformeerd tot een abstracte kunstvorm, dan was hij het wel. Niet anders is het – althans naar mijn gevoel – gesteld met de tango in het componeren van Piazzolla. We hebben hier te maken met een vorm van kamermuziek waarbij juist ook de doorwinterde liefhebber zijn of haar vingers naar hartenlust kan aflikken. Zeker als er zo fabuleus en tot op het bot doorleefd wordt gemusiceerd als hier op deze cd en dvd door het gepokte en gemazelde Isabelle van Keulen Ensemble. De leden van dit gezelschap laten je heerlijk zwelgen in deze soms hoog oplaaiende emotionele muziek. Natuurlijk is dit Ensemble niet het eerste dat zich op deze wijze over Piazzolla’s klinkende nalatenschap ontfermt, getuige onder meer een cd van Gidon Kremer en zijn ensemble (Warner/Nonesuch), maar hier worden wel onvervreemdbaar eigen accenten gezet. Van Keulen bekent in de documentaire dat ze haar tranen gedurende het musiceren vaak moeilijk kon bedwingen, iets dat mij ook als luisteraar overkwam en dat zegt wat over de kwaliteit van de uitvoering. Tegelijkertijd verliest men zich nooit in oncontroleerbare emotionaliteit en blijft de helderheid zowel waar het de klank als de dikwijls geraffineerde ritmiek betreft onafgebroken voor de volle 100 procent gehandhaafd. Met alle vrijheden in rubato van dien.
Kamermuziek uit het topklassement
Ook dit is duidelijk, men vertolkt Piazzolla’s toonkunst – en toonkunst is het van A tot Z wat we hier horen – als ware het onverschillig welke kamermuziek uit het topklassement van Schumann, Brahms, Ravel of Debussy, of om met contrabassist Rüdiger Ludwig, de echtgenoot van Van Keulen die ook de toelichting bij de cd schreef, te spreken: men was er niet op uit om een musiceerwijze à la een straatmuzikant uit Argentinië te imiteren maar het geheel puur te benaderen vanuit de klassieke muziekcultuur in de ruimste zin des woords. Boeiend is in dit verband ook de omstandigheid dat Piazzolla aanvankelijk in zijn geboorteland allerminst serieus werd genomen. Immers de Tango en aanverwante muziek hoorde thuis in cafés en bordelen. Wilde je voor componist doorgaan, was het onontkoombaar zich met de zogeheten hoogstaande concertmuziek-cultuur te afficheren. Maar wat geschiedde? Nadat Piazzolla, zo lezen wij in de begeleidende cd-tekst, zijn licht had opgestoken bij niemand minder dan Nadia Boulanger in Parijs (Copland en Carter studeerden onder andere bij haar) en zij hem vroeg eens een tango te spelen, was haar ondubbelzinnige advies zich toch vooral op deze muzieksoort toe te leggen en die verder te exploreren. Met andere woorden, een van de ‘éminences grises’ uit de wereld van de klassieke – lees: gevestigde – muziek onderkende het grote talent van Piazzolla als geen ander.
Hyper expressieve gestiek
En hoezeer Boulanger het bij het rechte eind had, blijkt uit bovenstaande producties, gerealiseerd door topmuzikanten van het reguliere concertpodium, die met een schier oneindig aantal nuances de vele schitterende details van Piazzolla’s zowel vervoerende als intieme tango-exercities blootleggen. De cd bevat twee extra nummers ten opzichte van de film (om precies te zijn: Verano porteño en Oblivion), zodat er nauwelijks van verdubbeling sprake is. Het mooie van de film is echter de mimiek van de spelers die wordt geschraagd door een weliswaar onderhuidse maar toch hyper expressieve gestiek, wat aan het ondergaan van het geheel een extra dimensie verleent en nog meer het gevoel versterkt ‘erbij te zijn’. Daarbij komt nog dat de opnamekwaliteit van de dvd bepaald niet onderdoet voor die van de – overigens even voortreffelijk klinkende – super audio-cd. Natuurlijk kan het ook door de suggestie van het beeld zijn, maar nog meer dan bij de cd ontstond de indruk alsof de musici letterlijk bij me in de huiskamer stonden te spelen. Rest nog te vermelden dat de documentaire in zwart/wit is vastgelegd en het eigenlijke concert in kleur, en dat geeft aan de zaak een extra lading. Inspiratie in al haar gelaagdheid kan men niet repeteren. Die komt pas tevoorschijn tijdens het ‘moment suprême’ en dat gebeurt hier zo kleurrijk dat men meteen ‘om’ is. Kortom dit is verplichte kost voor zowel vriend als vijand van deze exquise tangomuziek. Voor de liefhebbers, en dat zijn er ongetwijfeld velen, zit er niets anders op beide formats aan te schaffen, maar dan heeft men gelijk wel de crème de la crème van Piazzolla’s uitvoeringspraktijk in huis.
|
|