![]() CD-recensie
© Kees de Leeuw, juni 2010
|
||
Giro d’ItaliaSammartini: Concert voor blokfluit en strijkorkest en basso continuo in F. Galuppi: Concert nr. 4 voor 2 violen, altviolen en basso continuo (concerto a quattro). Boccherini: Concert nr. 3 voor cello en strijkorkest en basso continuo in G. Vivaldi: Concert voor fluit en strijkorkest in F, RV 434. Locatelli: Sonate voor 2 violen en basso continuo in D, op.8 nr.8. Mancini: Sonate nr. 1 voor blokfluit en basso continuo in d. Danya Segel (blokfluit), Albert Bruggen (cello), Musica Alta Ripa. MDG Gold MDG 309 1617-2 • 69 • De Giro d’Italia, de klassieke wielerronde door Italië, werkt blijkbaar op de een of andere manier inspirerend, al valt deze klassieker volgens mij toch wel danig buiten althans deze muzikale dimensies. Op deze cd is muziek verzameld van zes verschillende Italiaanse componisten die op verschillende plaatsen geboren werden. Het gaat om Vivaldi (Venetië), Boccherini (Lucca), Galuppi (Burano), Mancini (Napels), Locatelli (Bergamo) en Giuseppe Sammartini (Milaan). Overigens, drie van hen woonden en werkten een belangrijk deel van hun leven buiten Italië, Boccherini in Madrid, Giuseppe Sammartini in Londen en Locatelli in Amsterdam. Op deze cd staan vier concerten, allemaal 3-delig volgens het patroon snel-langzaam-snel. Andere kenmerken zijn de afwisseling tussen het solo-instrument, dat doorgaans begeleid wordt door 2 violen, met de tutti (het hele orkest) en het langzame deel met een hoofdrol van het solo-instrument waarbij de welluidendheid ervan benadrukt wordt. Hoewel Boccherini twee jaar na de dood van Vivaldi geboren werd, past zijn concert qua stijl helemaal in de traditie van het barokconcert. Voor barokliefhebbers zullen de meeste concerten wel bekend zijn. Het bekende concert uit Vivaldi’ opus 10 voor fluit en strijkers wordt hier in de versie met blokfluit uitgevoerd. Het enige blokfluitconcert van Sammartini is waarschijnlijk zijn meest bekende concert en werd verschillende malen op cd vastgelegd. Galuppi is een wat minder bekende componist, met een immens oeuvre, waarvan slechts een zeer gering deel orkestmuziek is. Het concert dat volgens deze opname geschreven is voor 2 violen, altviolen en basso continuo wordt in andere bronnen aangeduid als een concert voor strijkers en basso continuo. De vier concerti worden aangevuld met twee sonates, die voor barokliefhebbers hoogstwaarschijnlijk evenmin onbekend zijn. Vooral het werk van Locatelli is eens te meer een bewijs dat Vivaldi bepaald niet de enige virtuoze Italiaanse barokcomponist was. Als deze opname uit 2009 vergeleken wordt met gelijksoortige opnames
van circa 25 jaar geleden valt enerzijds op hoe groot het basso continuo
is. Was dit aanvankelijk vaak beperkt tot een klavecimbel of orgel, op
deze opname bestaat het continuo uit een cello, contrabas, barokgitaar
met hierbij soms klein orgel of klavecimbel. De opname geeft veel ruimte
aan de barokgitaar en het is de vraag of met een zo groots bezet continuo
de verhouding met de andere musici niet uit balans raakt. Beide ontwikkelingen zijn niet nieuw, maar het viel me meer op omdat ik deze muziek ken in uitvoeringen met een beduidend grotere strijkersbezetting. Er is geen sprake van goed of verkeerd, alleen wordt met een kleine bezetting het zo effectvolle contrast tussen het solo-instrument en de tutti wel aanzienlijk verminderd. Het Duitse Musica Alta Ripa bestond in 2009 vijfentwintig jaar en het meer dan eens onderscheiden ensemble levert vakwerk. De opname, is zoals vrijwel altijd bij MDG, van hoge kwaliteit. index | ||