CD-recensie
© Aart van der Wal, september 2023 |
Peter-Jan Wagemans (u kunt hier meer over hem lezen) heeft met Cycles opnieuw een belangrijk werk aan zijn oeuvre toegevoegd. Het stuk ontstond tussen oktober 2020 en februari 2022, in de windstilte van de coronapandemie en de vele restrictieve overheidsmaatregelen die daarvan het gevolg waren. Maar geen windstilte in creatieve zin. Er lag geen concrete opdracht voor, maar wel de artistieke verwerkelijking van een oude droom, van een muziek die ‘modern' en ‘jazz' met elkaar verbond. Als docent compositie aan het Rotterdams conservatorium (Codarts) had Wagemens kennis kunnen maken met een klein, door jazzstudenten gevormd jazzensemble, slechts bestaande uit piano, percussie en een melodie-instrument. Ze hadden, aldus Wagemans, een intelligent, bijna naar Bach neigend idioom ontwikkeld, muziek die evnewel ver afstond van de zo bekende jazzclichés. Binnen de muren van het conservatorium konden ze zich er in alle vrijheid aan overgeven, niet beïnvloed door de strenge mores van de commerciële jazzscene.
Dat jazzensemble was een van Wagemans' inspiratiebronnen, zoals dat ook gold voor de muziek van Cecil Taylor (Silent Tongues) en de band Weather Report (Mysterious Traveller). Albums die Wagemans al decennia in zijn platenkast heeft staan. Daarnaast waren er de muziekvideo's op YouTube van de jazzpercussionist David Weckl. Inspiratiebronnen te over dus. Cycles kent nog een andere bron: de gedachte aan het onvermijdelijke langzaam ouder-worden, en daarmee verbonden voor Wagemans de drang om een cyclus te componeren, zo ongeveer als de grote laatste variatiewerken van Bach (Goldberg) en Beethoven (Diabelli). Voor Wagemans lag de lat alleen al vanuit dit historisch perspectief dus hoog en ook de voedingsbodem was er, maar wat nog ontbrak waren de musici en de elektronica. Twee van hen wilden maar al te graag met Wagemans aan het project meewerken. Wagemans kende ze van Codarts,en wist als geen ander wat hij muzikaal aan ze had. Dat waren Friso van Wijck, die bij Wagemans compositie had gestudeerd en zich had ontwikkeld tot een buitengewoon goede jazz- en popdrummer, en Matthijs van Wijhe, een virtuoos op de piano en tevens de enige pianist op het conservatorium die bereid was om nieuwe stukken van de compositiestudenten uit te voeren. Van Wijhe - hij is tevens Wagemans' pianoleraar - en Wagemans delen bovendien een gemeenschappelijke liefde: de pianomuziek van Skrjabin.
En dan was er de elektronica, present in Cycles II, III, IV, VII en VIII. Eenvoudig voorgesteld komt het neer op een door Wagemans gecreëerd en samengesteld geluidsbestand, dat tijdens de live-uiitvoering wordt gemixt met de door de spelers gespeelde muziek. Soms is er sprake van verdubbeling (elektronica, piano en drum), maar meestal vervult de elektronica de rol van toegevoegde ‘speler'. Het jazzelement in Cycles is niet meer dan een echo van de jazz die Wagemans ooit hoorde: 'I tried to know as little as possible about jazz, so that, what I composed is a memory of heard jazz, an echo, not the thing itself. This is how Cycles was created .' Cycles bestaat, met uitzondering van IV en V, uit acht cycli van ieder drie deeltjes voor drums solo en piano solo (hier een Steinway D), met aan het einde van iedere solo een kleine coda (die in het geval van IV en V weggelaten kan worden wanneer ze qua uitvoering op zichzelf staan, dus geen deel uitmaken van de cyclus als geheel). De verschillende cycli kunnen overigens zonder bezwaar apart worden uitgevoerd, of in verschillende combinaties, hetgeen de uitvoerenden een hoge mate van vrijheid geeft. In het cd-boekje heeft Wagemans iedere cyclus toegelicht. Anders dan in veel obligate liner notes is het in dit geval zeker van belang er kennis van te nemen omdat de toelichting door de componist zelf sterk bijdraagt aan het begrip van het stuk. Ook het meerdere malen achter elkaar beluisteren doet dat begrip beduidend groeien (dat was tenminste mijn ervaring). Dat de uitvoering subliem is, spreekt bijna vanzelf: een beter driemanschap voor de uitvoering van dit opus is immers niet mogelijk, terwijl de door Ingo Schmidt-Lucas gemaakte opname ieder denkbaar detail subliem voor het voetlicht brengt. De componist was bij dit registratieproces uiteraard aanwezig, wat ook in dit opzicht bijdraagt aan de authenticiteit van het geheel. index |
|