CD-recensie

 

© Aart van der Wal, januari 2025

The Franco-Belgian Album

Vieuxtemps: Vioolsonate in D, op. 12 (Grande Sonate)

Franck: Andantino quietoso op. 6 - Mélancolie

Fauré: Berceuse op. 16

Saint-Saëns: Élégie op. 143

Saint-Saëns/Ysaÿe: Caprice d'après l'Étude en forme de Valse op. 52

Bruno Monteiro (viool), João Paulo Santos (piano)
Et'cetera KTC 1791 • 77' •
Opname: juli 2014, Auditório Caixa Geral de Depósitos, ISEG, Lissabon

 

De albumtitel verwijst naar Franse en Belgische componisten die muziek schreven voor viool en piano: Henri Vieuxtemps en César Franck (België), Gabriel Fauré en Camille Saint-Saëns (Frankrijk). Al kan van Franck worden gezegd dat hij weliswaar in Luik werd geboren, maar dat hij het grootste deel van zijn leven in Parijs doorbracht (waar hij ook overleed). Al op vijftienjarige leeftijd viel hem in 1837 het Franse staatsburgerschap ten deel.

De landaard mag dan vanuit verschillende invalshoeken een min of meer belangrijk kenmerk zijn, voor de muziek op dit album geldt onverkort dat zij is geworteld in wat in het cd-boekje terecht met de (wat mij betreft grenzenloze) Gouden Eeuw van de Romantiek wordt aangeduid.

Bekende stukken op dit album zijn alleen de Berceuse op. 16 van Fauré en de Caprice op. 52, een virtuoos getoonzet orkestwerk van Saint-Saëns, maar hier in de bewerking voor viool en piano van de Belgische componist Eugène Ysaÿe. De overige composities vinden we niet of nauwelijks terug op het repertoire van de meeste violisten, of het zou als toegift moeten zijn (in de concertlijsten is behoudens het reguliere programma daarover zelden of nooit goede informatie te vinden). Onbekend maakt onbemind en dat is meer dan jammer, want in dit geval geheel onterecht. Wie deze werken voor het eerst hoort wacht dus de nodige verbazing of anders wel een behoorlijke verrassing, want vakmanschap en inventiviteit gaan hand in hand, terwijl ook op de grote vorm werkelijk niets aan te merken valt, al stelt het Largo uit Vieuxtemps' Grande Sonate op dit punt wel enigszins teleur.

Dat er twee Portugese musici voor nodig waren om voor deze vrij onbekende muziek een muzikale lans te breken is op zich al bijzonder, maar dat hun vertolkingen grote autoriteit uitstralen verbaasde mij geenszins, want ik ken dit duo van eerdere, zeer geslaagde opnamen. De violist Bruno Monteiro en de pianist João Paulo Santos werken al jaren samen en dat betaalt zich muzikaal ook uit: kennis én ervaring krijgen, naarmate de tijd vordert, er zelfs een intuïtieve dimensie bij. Ik stel mij hun repetities voor, waarin menigmaal een paar woorden, een bepaalde gezichtsuitdrukking of een kort gebaar al voldoende is. Wat uiteraard niet afdoet aan wat er altijd aan vooraf gaat: gedegen voorbereiding.

Goed samenspel is in dit domein essentieel en alleen al op dit punt maken de beide instrumentalisten een uitstekende indruk. Sterk is ook dat ze in iedere maat die deze muziek rijk is, écht geloven. Zo klinkt het tenminste. Er gaat van hun vertolkingen veel energie, lyriek en karakter uit. De vrij lichte viooltoon van Monteiro past uitstekend bij de meer uitbundige en virtuoze kanten van deze stukken, terwijl de wat donkerder toon ten dienste staat van de introspectie (zoals in Francks donker gestemde Mélancolie en het zich in tussentinten hullende Andantino quietoso, Saint-Saëns' rustieke Élégie en het uitgesponnen Largo uit Vieuxtemps' Grande Sonate). Santos' rijk geschakeerde pianospel biedt een al even onweerstaanbare aantrekkingskracht als Monteiro's vioolspel. De fraaie opname is de kers op deze Frans-Belgische ‘taart'.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links