CD-recensie

 

© Aart van der Wal, januari 2020

Hans Swarowsky - The Conductor

Profil Hänssler PH18061 (11 cd's)

Klik hier voor een volledig overzicht van werken en uitvoerenden

www.hansswarowsky.com

   

De tegenstelling kan eigenlijk niet groter zijn dan tussen de zeer begaafde, in Wenen werkzame docent en de - althans daarmee vergeleken - matige dirigent Hans Swarowsky (Boedapest 1899-Salzburg 1975). Want dat hij als leraar in zeer hoog aanzien stond blijkt wel uit de vele leerlingen die later zouden uitgroeien tot beroemdheden in hun vak: Giuseppe Sinopoli, Adam en Iván Fischer, Plácido Domingo, Martha Argerich, Zubin Mehta, Claudio Abbado, Dmitri Kitaenko, Jesús López Cobos, Mariss Jansons, de leden van het Alban Berg Quartett, enz. Het is slechts een greep uit de ruim 600 studenten die hij onder zijn hoede had. Daaruit volgt dat hij een groot pedagoog moet zijn geweest. Op YouTube zijn hiervan ook persoonlijke herinneringen te vinden, onder anderen van Iván Fischer en Mariss Jansons.

Hans Swarowsky (r.o. met bril) met een aantal studenten, waaronder Claudio Abbado en Zubin Mehta

Uiteraard was hij niet de eerste docent met groot aanzien die in als dirigent in de muziekpraktijk minder presteerde. Zoals niet iedere componist de beste verdediger van eigen werk was. Want hoe belangrijk de theorie van het musiceren ook is en welke kennis men daarvoor in huis moet hebben: zelfs met het beste brevet op zak wordt niet per se uitstekend gevlogen. Dirigeren is een heus vak, al deed Bernard Haitink er vaak nogal badinerend over: hij twijfelde er zelfs aan of het een heus beroep genoemd mocht worden.

Het aantal opnamen dat Swarowsky heeft nagelaten is niet overweldigend groot, waaronder helaas ook een aantal waarvan wordt betwijfeld dat ze überhaupt onder zijn leiding tot stand zijn gekomen. Zoals die met de Süddeutsche Philharmonie, maar gelukkig maken die geen deel uit van deze set. De uitvoeringen op de door Profil Hänssler uitgebrachte 11 cd's zijn zonder uitzondering 'onvervalst' Swarowsky.

De globale indruk van zijn dirigeren is die van de rechtgeaarde 'Kapellmeister' die vooral keurig op de winkel paste en die het aan fantasie ontbrak. Dan zou je toch denken dat hij daarmee bij zijn leerlingen geen al te groot gezag opriep, maar niets is minder waar.

Swarowsky dus als Kapellmeister. Hij belijdt dat ook in zijn boek 'Wahrung der Gestalt' (ISBN 9783702401382, uitgegeven door het Weense Universal Edition, maar nog steeds verkrijgbaar, onder meer bij boekhandel De Vries van Stockum). Een boek ook waarin hij zijn belangrijkste artistieke credo tot in alle denkbare uithoeken verkent: het in absolute zin dienen van de componist. Door en door theoretisch, maar mogelijk schuilt juist daarin het geheim van zijn geroemde pedagogische kwaliteiten.

De eerlijkheid gebiedt echter dat een fantasievolle interpretatie niet alleen van de dirigent afhankelijk is. Al geeft hij uiteraard wel de daarvoor vereiste voorzet. Maar er is wel een orkest (hetzij met, hetzij zonder solist) voor nodig dat bereid is zijn leidsman daarin te volgen, diens verbeelding te realiseren, zijn kunde en kennis in klinkklare munt terug te betalen. Dat kan Swarowsky zeker parten hebben gespeeld doordat hij te vaak te maken had met niet meer dan middelmatige orkesten en mogelijk ook met musici die wel beter konden maar niet wilden. Swarowsky was een autoritaire man die niet altijd even zachtzinnig met zijn musici (én leerlingen!) omging. Het is in ieder geval treffend dat hij het soms niet voor elkaar kreeg om het dynamisch discours van de houtblazers onderling goed uit te balanceren, zoals het soms niet lukte om tussen houtblazers en strijkers een effectieve balans te realiseren. Terwijl hij met de structuur van het onder handen zijnde werk, groot of klein, blijkbaar geen problemen ondervond.

Partituurstudie met Hans Swarowsky (m.)

Swarowsky staat vooral te boek als groot theoreticus die veel moet hebben opgestoken van zijn leraren Ferruccio Busoni, Arnold Schönberg, Anton Webern, Felix von Weingartner en Richard Strauss; maar die ook als assistent van de dirigent Clemens Krauss ogen en oren goed te kost zal hebben gegeven. Bovendien kon Swarowsky het zeer goed vinden met Richard Strauss, wiens muziek hij waarschijnlijk het meest heeft uitgevoerd. Zo bezien was Swarowsky zeker een van de vele belangrijke schakels in de muzikale traditie van het Avondland.

Wat het repertoire betreft was Swarowsky weliswaar niet eenzijdig, maar minder veelzijdig dan een Hans Rosbaud. Hij wist wel goed de weg in zowel de Weense Klassiek, de Romantiek, de Laatromantiek (Mahler!) en de Tweede Weense School, al bracht hij daarin geen echt nieuwe inzichten. Dat laatste zou trouwens haaks hebben gestaan op zijn opvatting dat uitsluitend de componist en daarmee diens muziek gediend moest worden. "Geen fratsen, mijne heren!"

'Partiturtreue' als hoogste gebod en daarmee verbonden een stijve benadering die bovendien vaak geen goede vruchten afwierp: het kon immers gemakkelijk leiden tot ongeïnspireerd musiceren, iets wat menig orkestlid maar ook solist wellicht niet in de koude kleren ging zitten. Het is geen paradox: een autoritaire, met enorm veel kennis gewapende leraar annex dirigent die zich voor alles aan de letter van de partituur hield. Alsof die al bij voorbaat in beton gegoten zou zijn, er geen enkele ruimte voor verbeelding zou bestaan. Een goed voorbeeld van dat laatste was zijn tempokeuze: strikt, en eenzijdig, niet buiten de lijnen en bij gebrek aan voldoende aanduiding dan maar de middenweg. Het leverde meestal wel een heldere structuur op, maar ook saaiheid. Zoals in zijn Haydn-interpretaties, waarvan spiritualiteit zeker niet de eerste in het oor springende factor was.

Toch kon hij zich door een geïnspireerde solist laten meeslepen, want anders valt niet te verklaren dat hij in menige symfonie wel keurig binnen de lijnen bleef, maar in een piano- of vioolconcert weer niet. Zoals blijkt uit de tweede cd van deze set: Mozarts Pianoconcert KV 467 met Friedrich Gulda. Er wordt zelfs 'buiten de partituur om' gemusiceerd door het aanbrengen van 'avontuurlijke' versieringen in - niet toevallig - zowel de piano- als orkestpartij. Zo zou Mozart, zij het met een ongetwijfeld kleiner ensemble en uiteraard een ander solo-instrument, het ook zo gedaan kunnen hebben. Het is aardig om deze Mozart eens te vergelijken met die van Eine kleine Nachtmusik, een doodgespeeld stuk dat echter onder de handen van Swarowsky een soort onverbiddelijkheid krijgt waardoor het boven zichzelf lijkt uit te stijgen en dat zich daardoor onderscheidt van meest gangbare. Het valt niet mee om er de hand op te leggen: wie de uitvoering volgt aan de hand van de partituur vindt niets bijzonders dat extra de aandacht trekt, terwijl het wel zo klinkt.

Hans Swarowsky dirigeert de Wiener Symphoniker

Het kan ook net even anders verlopen, zoals in Mendelssohns Vioolconcert in e. We horen een uiterst gepassioneerd 'zingende' Ivry Gitlis, terwijl Swarowsky zich houdt aan een strikte ritmische articulatie. Het orkestspel is wel pulserend, op veel momenten zelfs fijnmazig, maar anders dan bij de solist wil het maar niet echt ontbranden. De hectiek van het openingsdeel schuilt wat de orkestpartij betreft meer in de wel erg snelle tempi dan in gelaagde passie.

Nog een sprekend voorbeeld van de (mogelijke) invloed van de solist betreft Brahms' Tweede pianoconcert met Eduard Mrazek aan het klavier en het orkest van de Weense Staatsopera (feitelijk de Wiener Philharmoniker) op het podium. Swarowsky zondigt tegen zijn eigen strenge principes, maar dat betaalt zich gunstig uit! Van rigide tempi is geen sprake, er wordt met verve en menigmaal (terecht!) bewust ingehouden energie gemusiceerd en de spanning in de hoekdelen is daarom menigmaal zelfs te snijden. Brahms' eigen tempomarkering voor het openingsdeel: Allegro non troppo wordt zelfs met een stevige korrel zout genomen en dat voor Swarowsky! Zo kan het dus ook!

Ook blijkt het belang van een orkest dat zich 'schmeidig' kan voegen naar de opvattingen van Swarowsky. Neem de uitvoering van de 'Eroica' uit 1955, eveneens met het Weens Staatsopera-orkest. De vertolking vertoont sterke overeenkomsten met die van Karajan en het Philharmonia Orchestra uit diezelfde periode, als missen we bij Swarowsky Karajans gepuntueerde energie. Waar tegenover staat dat de structuur in het variatiedeel (finale) onder Swarowsky (nog) meer reliëf heeft.

Interessant is het begin van Schuberts Negende, waarop onmiskenbaar het stempel van de 'grote leraar' Swarowsky drukt: het Andante staat in alla breve, met de halve noot als teleenheid. Het is dus geen vierkwartsmaat, zoals vele dirigenten ons willen doen geloven. Het tempo is daarom tweemaal zo snel en wie - zoals Swarowsky - dat respecteert krijgt de logische overgang naar het direct daarop volgende Allegro als het ware op een presenteerblad aangereikt. Het vaak gehoorde accelerando kan dan achterwege blijven.

Er wordt soms op gewezen dat Swarowsky's autoriteit op het gebied van zijn Mahler-vertolkingen onbetwist zou zijn. Dat dit was terug te voeren op het ene feit dat Swarowsky nog onder Mahler als 'Knabe' heeft gezongen, als lid van de Wiener Sängerknaben tijdens de repetities en de daarop volgende première van de Achtste symfonie. Uiteraard leer je zo Mahlers opvattingen en werkwijze kennen, maar om daaruit een dergelijke conclusie te trekken? Bruno Walter en Otto Klemperer kenden Mahler - en bepaald niet als 'Knabe' - nog vele malen beter dan Swarowsky en hun Mahler-vertolkingen verschillen als de dag van de nacht. Alsof het eigen innerlijk, karakter, enz. geen rol zouden spelen!

Zoals te verwachten viel houdt Swarowsky zich - zo blijkt uit zijn visie op de Derde symfonie - nauwgezet aan Mahlers tot in detail uitgewerkte partituuraanwijzingenen dus horen we vooral de dienaar. Als iets in die zin uitwisselbaar is, dan is het dit, maar het levert wel een interpretatie op die zich wat mij betreft mag meten met de grootse architectuur die de door mij zeer gewaardeerde Jascha Horenstein in deze symfonie wist aan te leggen. Horenstein die anders dan Swarowsky verbeeldingsvol interpreteerde, dat wel. Hoe Mahler zich het vertolken van zijn werk voor latere generaties zal hebben voorgesteld? We weten het niet, maar vaststaat wel dat hij die zo weinig mogelijk aan het toeval (de verbeelding?) heeft willen prijsgeven, getuige de precisie (hij was per slot van rekening ook een gevierde dirigent) waarmee hij zijn partituren vorm gaf. Alleen al die vele 'Anmerkungen für den Dirigenten', bepaald geen terloopse voetnoot...

Het slaapverwekkende in Wagner door overheersend uiterst trage tempi en een overdreven agogiek zal Swarowsky zeker niet van Clemens Krauss hebben geleerd, een Wagner-dirigent bij uitstek (diens interpretatie van Der Ring des Nibelungen is een discografisch hoogtepunt). Daarentegen varen de orkestwerken Richard Strauss wel aanmerkelijk beter, dankzij uitvoeringen met karakter en vaart. In het Weense walsdomein zal Swarowsky zich evenzeer als een vis in het water hebben gevoeld: het ritmisch elan is net zo overtuigend als de typisch Weense 'schmalz' in deze zeer innemende vertolkingen.

Swarowsky's dirigeren was wars van effectbejag, deels ook saai. Dat levert wat deze 11 cd's betreft een 'mixed bag' op met als misschien wel belangrijkste conclusie dat uitsluitend bezien vanuit historisch perspectief de dirigent van minder belang is geweest dan de leraar. Dat hij er wel in is geslaagd om zijn enorme kennis over te dragen op zijn studenten, maar niet dat hij in de gewone orkestpraktijk kon uitgroeien tot een groot dirigent. Dat zijn persoonlijke omstandigheden en de omgeving waarin hij werkte (op het internet valt daarover veel te vinden) daarbij een niet onaanzienlijke rol hebben gespeeld ligt weliswaar voor de hand, maar een groot talent verloochent zich desondanks niet. Kortom, een groot pedagogisch talent, een niet meer dan gemiddelde dirigent. De opnamen zijn afkomstig 'uit de oude doos', maar wel dusdanig opgelapt dat ze het aanhoren meer dan waard zijn. Jammer alleen dat de papieren hoesjes waarin de cd's zijn verpakt zijn dichtgeplakt. De papieren flap scheurt onherroepelijk als de cd eruit moet worden gehaald. Het enige alternatief: voorzichtig lossnijden.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links