CD-recensie

 

© Aart van der Wal, februari 2021


Hallgató

Snétberger: Gitaarconcert (In Memory of My People) - Your Smile - Rapsodie nr. 1

Sjostakovitsj: Strijkkwartet nr. 8 in c, op. 110

Dowland/Solomons: I saw my lady weep - Flow, my tears

Barber: Adagio

Kellert Quartett, Ferenc Snétberger (gitaar), Gyula Lázár (contrabas)
ECM New Series 2653 3519395 • 67' •
Live-opname: dec. 2018, Liszt Academy, Boedapest

   

Ik heb er geen flauw idee van wie voor de samenstelling van dit programma verantwoordelijk is geweest, maar duidelijk is wel dat het als geheel een krachtiger impuls afgeeft dan waartoe de drie werken van Ferenc Snétberger afzonderlijk in staat zijn. Je zou dus mogen zeggen dat het uitgerekend die andere stukken zijn die de composities van Snétberger een net iets aantrekkelijker dimensie geven.

Wat valt er van de inhoudelijke kant van dit gemeleerde programma iets anders te zeggen dan dat blijkbaar bewust het contrast is opgezocht? Of dit een goede keus is geweest? Ik vond het in ieder geval nogal lastig om na het uiterst venijnige, door merg en been gaande Achtste strijkkwartet van Sjostakovitsj (het ontstond onder de indruk van de verwoestingen als gevolg van het geallieerde bombardement op Dresden) te worden geconfronteerd met Dowlands, door David Warin Solomons voor respectieve gitaar en strijkkwartet en gitaar en cello bewerkte, zachtmoedige tranendal uit de Renaissance. Waarna moest worden ‘overgeschakeld' naar het diepbronzen Adagio van Barber (waarom horen we het complete kwartet toch zo weinig?)

En dan de inmiddels 64-jarige, in jazzkringen zeer bekende Hongaarse gitarist Ferenc Snétberger (1957, Salgótarján) die - afkomst verloochent zich niet - uiteraard niet om de stilistische sjablonen uit de jazz- en zigeunerwereld heen kon (hij stamt van de Roma) en het sentimentele niet schuwt. Dat laatste zal ongetwijfeld mede zijn ingegeven door het onuitsprekelijk lijden van de Roma tijdens de Holocaust, zoals blijkt uit de titel van zijn Gitaarconcert: ‘In Memory of My People' (hier in de versie voor gitaar en strijkkwintet, met aan het kwartet toegevoegd de bassist Gyula Lázár) maar dat maakt het puur muzikaal bezien nog niet overtuigender. Dat geldt evenzeer voor de Eerste rapsodie voor gitaar en orkest (hier eveneens in de bewerking voor gitaar en strijkkwintet), een weliswaar speels werkje, maar wel deels gevuld met vrij onbetekenende stoplappen zoals arpeggio's en fletse akkoorden binnen de context van een dreinend discours. En warempel, soms schoot mij zelfs even John Williams in gedachten! 'My smile' is een niemendalletje voor gitaar solo dat in dit gemeleerde gezelschap evenmin opvalt door muzikale vindingrijkheid. Het publiek was wel enthousiast, getuige het slotapplaus. Een concert is evenwel geen cd-opname, waaraan wat mij betreft best hogere eisen mogen worden gesteld.

Tot slot nog dit. 'Hallgató, de titel van dit album, stamt uit het Hongaars en heeft meerdere betekenissen. Het ligt voor de hand dat in dit geval niet de toehoorder of leerling wordt bedoeld maar het langzame, gedragen liedtype dat in de negentiende eeuw in de Roma-cultuur werd geïntroduceerd. In de in het boekje opgenomen toelichting van Wolfgang Sandner worden opvattingen verkondigd en vergelijkingen getrokken die in het licht van deze drie werken van Snétberger sterk overdreven aandoen. Er zijn van die scribenten die zelfs matige composities met behulp van een hooggestemde woordenbrij naar een hoger plan willen tillen. Misschien een nobel streven, maar je kunt er vrij gemakkelijk doorheen prikken.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links