CD-recensie
© Aart van der Wal, augustus 2022 |
Het heeft me eerlijk gezegd nogal verbaasd dat de Russische cellist Ivan Skanavi (1996) als kandidaat van de Koningin Elisabethwedstrijd 2022 het niet tot laureaat bracht. Gelet op zijn voorgeschiedenis, maar toch vooral zijn spel had ik dit zeker niet verwacht. Niet dat ik zijn optredens op de voet had gevolgd, maar een aantal ervan dat ik had beluisterd had zeker indruk gemaakt. In 2019 haalde hij zelfs de halve finale van het bepaald niet misselijke Tsjaikovski Concours in Moskou, al moest hij in datzelfde jaar in het ARD Concours genoegen nemen met niet meer dan de tweede ronde, wat lijkt te wijzen op nogal ambivalent spel. Overschakelend naar dit nieuwe album dat de nogal algemene, weinig zeggende titel Dimensions meekreeg, is de indruk wat zijn technische en interpretatieve antecedenten betreft zonder meer positief. Hij beheerst zijn instrument in alle gradaties (wat zijn arrangementen ook ten goede komt), weet aan het zangerige karakter ervan optimaal reliëf te verlenen en durft expressief echt uit te pakken, wat tegenwoordig helaas van menige solist niet (meer) kan worden gezegd. Hij is niet op snelheid en daarmee op virtuositeit gericht ("hoor mij eens!"), maar verstaat de kunst om zelfs in de snelle passages de muziek te laten ademen. Wat uiteraard alles te maken heeft met articuleren en fraseren, de bekende obstakels die een evenwichtige vertolking altijd en eeuwig in de weg staan. Dina Ivanova (1994) is eveneens van Russische komaf. Misschien kent u haar van het Liszt Concours in Utrecht, waar ze in 2017 de derde prijs in de wacht sleepte. Haar gloedvolle vertolking van Totentanz zal bij menigeen nog lang in de herinnering zijn blijven hangen. Zij is voor Skavani de ideale muzikale partner in dit ook voor de pianist(e) veeleisende programma. Ze is aanmerkelijk meer dan 'slechts' een begeleidster omdat ze echt muzikantesk inhoud geeft aan haar partij, zoals ze ook garant staat voor een voorbeeldige samenwerking die ook Skavani vleugels lijkt te hebben gegeven. Deze jonge musici kozen voor een veeleisend programma: alleen al de 'vertaling' van een viool- naar cellosonate is speltechnisch bepaald geen kleinigheid, terwijl in de sonate van Alfred Schnittke de meest uiteenlopende muzikale stijlen aan de orde worden gesteld, waardoor met name van de cellist een kameleontische benadering wordt verlangd. Ook de stemmingen die de componist erin heeft gelijk kennen een groot aantal variaties, maar het duo is wel degelijk tegen de vele uitdagingen opgewassen. De klank van cello en piano wordt realistisch weergegeven. index |
|