CD-recensie
© Aart van der Wal, mei 2021 |
Van het strijktrio op. 105 van de Franse componist Florent Schmitt (1870-1958) bestond bij mijn weten nog geen enkele recente opname, tot dit album spontaan in mijn brievenbus viel. Best wel merkwaardig, want het is een subliem werk van een hoogst expressief en bij vlagen zelfs turbulent karakter, gedompeld in facetrijke harmonieën en toegerust met werkelijk beeldschone melodieën. Dat de discografie behoudens deze sublieme nieuwkomer slechts twee andere opnamen bevat, van respectievelijk eind jaren veertig en medio jaren tachtig, laat zich dan ook niet goed verklaren. Dat het zowel technisch als interpretatief een bijzonder lastig stuk is kan de echte reden niet of nauwelijks zijn. Maar goed, het album is er en hoe! Want het wordt aan ons voorgesteld in de best denkbare vertolking door het in 2002 opgerichte Nederlandse Prisma String Trio met Janneke van Prooijen viool, Elisabeth Smalt altviool en Michiel Weidner cello. Een uitgelezen gezelschap dat progressief samengestelde programma's ook op het concertpodium niet uit de weg gaat. Interessant is ook de koppeling met de pianosuite La Muse ménagère, vrij vertaald de huishoudelijke muze (Richard Strauss, nomen est omen, koos voor zijn stevig opgepompte Sinfonia Domestica en Bohuslav Martinů voor La revue de la cuisine, een enigszins vergelijkbaar onderwerp) in de visie van een andere Fransman: Darius Milhaud (1892-1974). Toevallig stammen de beide werken uit het ontstaansjaar 1944, niet bepaald een jaar om als componist een vrolijke noot aan het repertoire toe te voegen. Milhaud, lid van de bekende Parijse Groupe des Six, kampte een groot deel van zijn aardse bestaan met een zwakke gezondheid (wat hem overigens niet verhinderde de hoogst respectabele leeftijd van 82 jaar te bereiken, al was het dan in latere jaren in een rolstoel). Zijn echtgenote Madeleine, actrice en librettiste, stond ook bekend als uiterst zorgzaam en begripvol en zal hem zeker jarenlang in de watten hebben gelegd. Zozeer zelfs dat de dankbare echtgenoot speciaal voor haar (dédicace à M.M.M.M.) een pianosuite, bestaande uit 15 miniaturen, componeerde. Dat werk horen we dus hier uiteraard niet in zijn originele vorm. Maar liefst vier bewerkers kwamen er aan te pas om de pianosuite geschikt te maken voor strijktrio: Petra Griffioen, Bill Gilmore, Tim Kliphuis en Marijn van Prooijen. Dat hebben ze uitstekend gedaan, al is en blijft het origineel mij liever. Wees echter gerust: dat is slechts een kwestie van smaak. Het ensemble was opnametechnisch in de zorgzame handen van Tom Peeters, die in de Schiedamse Westvestkerk (een inmiddels wel heel bekende opnamelocatie) laat horen hoe een strijktrio werkelijk behoort te klinken. Een bijzondere uitgave die navenant aandacht verdient! index |
|