CD-recensie
© Aart van der Wal, maart 2024 |
Misschien is het niet bij iedere muziekliefhebber bekend, de pendant van de Nederlandse Muziekprijs (NMP): de 'Deutscher Musikwettbewerb' (DMW). Vanaf de oprichting in 1975 geldt het als een belangrijk en veelal tevens loopbaan bepalend, nationaal concours waaraan uitsluitend jonge, zeer getalenteerde musici mogen deelnemen. Wie door de ballotage komt en wordt toegelaten, mag onvoorwaardelijk rekenen op alle denkbare ondersteuning in de voorbereiding, maar ook tijdens en zelfs na het concours. De muziekcategorie die in aanmerking komt worden jaarlijks bepaald door de 'Deutscher Musikrat'. U kunt er hier meer over lezen. De NMP spiegelt zich ook qua activiteiten duidelijk aan de DMW, die 6 jaar eerder van start ging (de eerste keer dat de NMP officieel werd uitgereikt was in 1981, aan de contrabassist Hans Roelofsen.) In 2022 won de toen 21-jarige Aurel Dawiduk het prestigieuze concours (de Vlamingen noemen het consequent en minder deftig 'wedstrijd', wat het in feite ook is) en ongetwijfeld terecht, want hij ontpopt zich op dit nieuwe album als een organist van bijzondere allure die voor de meest complexe werken zijn handen niet omdraait en daarbij tevens een groot gevoel voor continuïteit aan de dag legt. Hij is een van de weinige Duitse organisten wiens spel ook in interpretatief opzicht niet onderdoet voor dat van drie uitmuntende Franse collega's: Marie-Claire Alain (in 2013 overleden), André Isoir en Bernard Foccrouille. In andere bewoordingen: er huist grote artistieke waarde in Dawiduks vertolkingen en de daarbij passende, smaakvolle registraties op het Metzler/Klahre-orgel van het Stadtcasino in Basel (waar ook regelmatig orgelfestivals worden gehouden). _______________ index |
|