CD-recensie
© Aart van der Wal, december 2024 |
Jaeden Izik-Dzurko won het Leeds Piano Competition 2024. Vandaar dit door Warner Classics uitgebrachte en (helaas) alleen als digitale download beschikbare album dat daarvan een redelijk representatieve compilatie vormt. Izik-Dzurko won dit jaar eveneens de Montreal International Music Competition. Aldus in een kort tijdsbestek twee belangrijke prijzen die – het spreekt voor zich – het nodige zeggen over het muzikale talent van deze 25-jarige, uit Brits Columbia afkomstige Canadees. Dat hij cum laude afstudeerde aan de Juilliard School of Music in New York zal dus geen verbazing wekken. Momenteel studeert hij bij de aan de Detmold Hochschule für Musik verbonden Jacob Leuschner en in Rome aan de Academia Nazionale di Santa Cecilia bij Benedetto Lupo. CBC, Canadian Broadcasting Corporation, rekent Izik-Dzurko tot een van de dertig belangrijkste musici in het klassieke repertoire van onder de dertig. Ook dat zegt wel wat. En toch…viel dit album mij enigszins tegen, hoewel de juryleden ongetwijfeld héél goed naar zijn spel zullen hebben geluisterd. En daaronder niet de minsten, met klinkende namen als die van Ingrid Fliter, Mariam Batsashvili, Pavel Kolesnikov, Till Felner en (als voorzitster) Imogen Cooper. Zou het kunnen zijn dat de jury vooral in de ban raakte van zijn (inderdaad!) verbluffende virtuositeit? De in technisch opzicht absolute volmaaktheid ervan? Maar interpretatief? Zij het met een slag om de arm, want dit is niet meer dan een compilatie (jammer genoeg ontbreekt Skrjabins Vijfde pianosonate uit de eerste ronde, die er gemakkelijk had bijgekund). Izik-Dzurko is absoluut exemplarisch in ritmische en harmonische profilering met de daarmee verbonden precisie en accentuering. Dat verklaart mogelijk hoezeer hij zich in zijn element voelt als het op pure motoriek aankomt, maar blijkt hij minder op dreef als het op sfeertekening aankomt. Meer pianistisch dus en - anders dan menige grote voorganger - minder verbeeldend. Maar een vergelijking is wat dit betreft niet eens nodig want het blijkt al duidelijk uit de ware aard van deze muziek, de stilistische en daarmee expressieve kenmerken ervan. Het ontbreekt in dit spel (nog) aan voldoende betovering, zoals in het nachtelijke ‘Noctuelles' en het desolate ‘Oiseaux tristes', waar wel tegenover staat dat het suggestieve spel van de golven in ‘Une barque sur l'océan' door hem wel degelijk meesterlijk is ingekleurd. ‘Alborada del gracioso' klinkt onder zijn handen eerder nuchter dan (Spaans) gepassioneerd, maar in 'La vallée des cloches' treft weer de gloedvolle sonoriteit. Het kán dus wel! In de beide Études van Ligeti draait het bij deze pianist meer om techniek en detailwerking dan om geraffineerd ingekleurde stemmingsbeelden, waarbij het mij heeft verbaasd dat de jury dat essentiële onderscheid niet heeft opgemerkt of er geen nadelige gevolgen voor deze laureaat aan heeft willen verbinden. Wat niet wegneemt dat de weg naar verdere rijping voor deze jonge Canadees wijd open ligt. We zullen ongetwijfeld nog (veel) meer van hem horen. Het schoot me na het beluisteren van dit album spontaan te binnen: dat Dinu Lipatti op 2 december 1960 in Genève overleed en dat nu, vierenzestig jaar later, de huidige generatie jonge pianisten laat horen hoe groot deze Roemeen als musicus was. 'Zijn' Ravel en Chopin? Onovertroffen. Nog steeds... index |
|