CD-recensie
© Aart van der Wal, september 2017
|
Jean-Philippe Rameau (1683-1764) schreef Pygmalion in 1748 en naar zeggen in slechts acht dagen. En als het langer heeft geduurd, dan toch niet al te lang, want het is in ieder geval zeker dat het werk in zijn geheel niet meer dan hoogstens een maand in beslag heeft genomen. Pygmalion is geen opera maar een 'Acte de Ballet, Mis en Musique' dat is samengesteld uit vijf scènes, op een libretto van Sylvain Ballot de Sauvot (dat op zijn beurt is gestoeld op een tekst van Antoine Houdar de la Motte). De première vond plaats in Parijs op 27 augustus 1748. Deze eenakter verhaalt van de mythe van Pygmalion zoals die door Ovidius in diens 'Metamorfosen' wordt verteld. In de versie van Sauvot (en daarmee die van Rameau) draait het om de beeldhouwer Pygmalion die een ongekende schoonheid van een standbeeld creëert waaraan hij vervolgens zijn onvoorwaardelijke liefde verklaart, met alle daarna volgende complicaties vandien. Verder op deze cd nog de tiendelige orkestsuite uit 'Les Fêtes de Polymnie' ('Het Feest van Polyhymnia'), gecomponeerd in 1745. De grote kwaliteiten van Les Talens Lyriques in met name dit repertoire kende ik al en ook wist ik dat Christophe Rousset bij uitstek geschikte vocalisten (zowel qua stemtype als verbeeldingskracht) aan zijn producties weet te verbinden (zo besprak ik al eerder Zaïs), maar de grote verrassing was hier toch wel het Weense Arnold Schoenberg Chor dat ik niet zo gemakkelijk met deze muziek associeer. Het blijkt evenwel een schot in de roos te zijn. Misschien had ik beter moeten weten, want het is dit koor waarmee Nikolaus Harnoncourt jarenlang intensief heeft gewerkt en dat bovendien kan bogen op een rijke geschiedenis met uitstekende koordirigenten. Kwaliteit verloochent zich natuurlijk niet, onverschillig het repertoire. En dat bestrijkt bij het Schoenberg Chor een periode die loopt vanaf de renaissance tot aan de hedendaagse muziek. Ook in dit opzicht hoeft het een vergelijking met bijvoorbeeld het Zweedse Eric Ericson (kamer)koor niet uit de weg te gaan. Wat u mogelijk verwacht krijgt u ook: het allemaal is tot in de (kleinste) puntjes verzorgd en zo muzikantesk dat het van begin tot eind boeit en gemakkelijk tegen herhaling bestand is. De orkestsuite is veel meer dan een toegift: niet alleen toont het werk - evenals Pygmalion - Rameau op zijn best, maar het laat ook horen waarom Frans Brüggen Rameau zo graag uitvoerde: het is pakkende muziek met veel dramatische en lyrische finesse en een sterk ontwikkeld gevoel voor theater. De in het Theater an der Wien vastgelegde opname paart een schitterende strijkersklank aan een helder perspectief, met solisten en koor fraai in balans met het orkest. Voor wie de Franse tekst niet (voldoende) machtig is biedt het tekstboekje een Engelse vertaling. index |
|