CD-recensie
© Aart van der Wal, maart 2025 |
La Serenissima verwijst naar de eretitel die ooit aan Venetië werd gegeven: La Serenissima Repubblica di Venezia, vanaf de late Middeleeuwen tot aan het einde van de achttiende eeuw een machtige zeevarende natie. Op deze sublieme uitgave draait het – in de woorden van Sophie Junker - om kleur, contrasten, leven, drama en vocalises, met een speciale plek voor de viool. Het zijn de karakteristieke kenmerken van de Venetiaanse annex Italiaanse barokmuziek die al eeuwen een fascinerende kweekvijver is gebleken, met daarin centraal het streven naar het volmaakte evenwicht tussen eenvoud en schoonheid, met daarnaast de repetitieve structuren die de weg naar de individuele expressie openlaten. Muziek ook die naast haar buigzaamheid steeds weer nieuwe vormen en kleuren aanneemt in een taal die openstaat voor verandering en zich moeiteloos aanpast aan tijd of mores. De opzwepende ritmiek in samenhang met een oneindig aantal progressies, met de continu-groep ter begeleiding van de solist, geeft vertolkers een gevoel van zekerheid in de eigen creativiteit: ‘in zekere zin rijden ze op een golf, worden ze onderdeel van een groot “mechanisme”, dat zowel de uitvoerder als de luisteraar meesleept. Dit gevoel van creativiteit wordt aldus een instrument in de creatie van een charismatische artiest,' aldus Pastuszka. Maar er is méér, zoals de pure schoonheid van de Italiaanse frase, het meesterlijk gebruik van de meest simpele melodieën, de musici die het gehele podium voor zich opeisen. Een goed voorbeeld daarvan is het door de Franse violiste Amandine Beyer geleide, al even veelkleurige ensemble Gli Incogniti (dat bovendien gemeenlijk staande musiceert, wat steeds meer van dergelijke ensembles vanuit de muzikale gestiek zijn gaan omarmen). De protagoniste die dit album siert is de Belgische sopraan Sophie Junker. Zij studeerde onder meer aan het IMEP, het Institut Supérieur de Musique et de Pédagogie in het Belgische Namur en aan de Guildhall School of Music and Drama in Londen. In 2010 won zij de Londense Handel Singing Competition en in 2012 het Cesti Concours in het kader van de Innsbrucker Festwochen für Alte Musik. De ‘oude' muziek is ook waar, althans afgaande op haar concertagenda, haar meeste aandacht naar lijkt uit te gaan. Junkers zangkunst is onweerstaanbaar, als een zich voortdurend van kleur wisselende kameleon beweegt de sopraan zich door dit rijke palet aan kleur- en schaduwtinten in dit zo bijzondere repertoire, waaronder zowaar twee 'world premiere recordings': de aria's 'Con fiamme, e con straggi (Iside) uit Giove in Argo van Antonio Lotti en 'Sì, ti sente l’alma mia' (Ildegarde) uit Ambleto van Francesco Gasparini). Ook haar expressieve discours is uiterst gedifferentieerd, met daarin dominant haar begrip en verveelding van de tekst, naast focus en articulatie als belangrijke troeven, dit alles in een onweerstaanbaar aura vol meeslepende passie en toewijding, afwisselend lyrisch, dramatisch en aangrijpend. Het rijkgeschakeerde karakter van haar beeldende vocabulaire bewijst zich zelfs tot aan de uiterste grenzen van haar stembereik. In het Poolse, door de eerste violiste Martyna Pastuszka geleide en uitstekend geëquipeerde en al even spiritueel musicerende {OH!} Orkiestra (het strijkorkest is aangevuld met hobo, teorbe, gitaar, blokfluit en klavecimbel), heeft zij, zo blijkt uit deze opname, de ideale partners gevonden. index |
|