CD-recensie

 

© Aart van der Wal, maart 2021

A Joyful Brotherhood

Giuliani: Rondo op. 68 nr. 1

Hummel/Giuliani: Grand Potpourri National op. 79/93

Moschles/Giuliani: Grand Duo Concertant

Giulani: Rondo op. 68 nr. 2

Pablo Márquez (gitaar), Jan Schultsz (fortepiano)
Pan Classics PC 10424 • 74' •
Opname: aug. 2020, Radiostudio Zürich

 

'Een vreugdevolle broederschap' heeft dit album als titel meegekregen. Al waren het dan geen broers en was er al evenmin sprake van bloedverwantschap: de Italiaan Mauro Giuliani (Bisceglie 1781-Napels 1821), de Oostenrijker Johann Nepomuk Hummel (Pressburg 1778-Weimar 1837) en de Bohemer Ignaz Moscheles (Praag 1794-Leipzig 1870). Wat hen evenwel bond was niet alleen hun grote virtuositeit en hun standplaats Wenen maar ook het co-auteurschap van een aantal werken. Dat laatste was ook in die tijd geen onbekend fenomeen, getuige bijvoorbeeld de cantate Per la ricuperata salute di Ofelia, een gezamenlijk zij het in omvang bescheiden project, van de hand van Mozart, Salieri en de al lang en breed vergeten Cornetti, op een tekst van Da Ponte.

Ook op dit nieuwe album twee uitgelezen voorbeelden van dergelijke samenwerking: die tussen Hummel en Giuliani in de Grand Potpourri National, en die tussen Moscheles en Giuliani in het Grand Duo Concertant. Beide potpourri's zijn precies wat ze inhoudelijk ook behoren te zijn: een opeenvolging van bekende populaire melodieën of gedeelten daarvan, door vakkundige overgangen aaneengeregen. Er is ook een minder vleiend synoniem voor: mengelmoes.

'Freudvoll' en - vrij naar Beethovens Egmont - geen moment 'leidvoll', al komt de incidenteel enigszins dramatisch aangezette lyriek evenmin iets tekort (zoals in het inleidende Andante sostenuto van de Grand Potpourri). Het zijn wat je zou kunnen zeggen uitgekiende duocomposities die het vrijwel onmogelijk maken om daarin de specifieke hand van de een of de ander te herkennen. Dat zegt bovendien wel iets over zowel het inventieve als constructieve element binnen het geheel.

Dit is muziek die zich vooral kenmerkt door haar lichtvoetige, bruisende en spirituele karakter en dat zich onder de handen van deze twee instrumentale grootmeesters, de Argentijnse gitarist Pablo Márquez en de Nederlandse, in Zwitserland woonachtige pianist Jan Schultsz zo ook laat gelden. Technisch perfect en met groot engagement komen deze vijf werken aldus optimaal tot leven. Het bijzonder kleurrijke maar que volume uiteraard bescheiden klankkarakter van de beide gitaren (respectievelijk een van Johann-Anton Stauffer, Wenen ca. 1842, en een replica van een instrument van de Napolitaanse bouwer Gennaro Fabricatores) verhoudt zich perfect tot dat van de fortepiano (een replica van het Weense instrument van Johann Fritz uit 1815). Logisch dat Schultsz`(die zich in de Grand Potpourri National tevens als bedreven bekkenslager ontpopt!) voor de fortepiano koos, want op een moderne Steinway Grand zijn, nog afgezien van de klankbalans, dergelijke uiterst geraffineerde effecten volstrekt onmogelijk. Al is er wel een pianist van het kaliber Jan Schultsz voor nodig om dat raffinement in zowel de linker- als rechterhand optimaal tot gelding te brengen. Treffend is ook de opname van Markus Heiland, die in de studio van de Zwitserse omroep de beide instrumenten werkelijk natuurgetrouw heeft weten vast te leggen.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links