CD-recensie
© Aart van der Wal, september 2024 |
Natuurlijk heeft het Tsjechisch Filharmonisch Orkest een diep gewortelde traditie te verdedigen, en zeker waar het aankomt op de muziek van Antonín Dvorák. Gelukkig wordt dat onder leiding van de Semyon Bychkov (1952, Sint-Petersburg) in zowel deze drie symfonieën als de drie concertouvertures op schitterende wijze waargemaakt. Bychkov, die in het vak werd opgeleid door de pedagogisch doorknede Ilya Moesin aan het conservatorium van het toenmalige Leningrad, heeft met het orkest al een aantal belangwekkende opnamen op zijn naam staan (die deels ook op onze site zijn besproken). Daar kunnen deze symfonieën van Dvorák dus met een gerust hart aan worden toegevoegd. De Russisch-Amerikaanse Bychkov stond in 2013 voor eerst als gastdirigent voor het orkest. Dat verliep dusdanig succesvol dat hij vrij kort daarop als artistiek leider van het door het orkest geëntameerde Tsjaikovski-project werd gekozen. In 2017 volgde de aankondiging van zijn benoeming tot chef-dirigent met ingang van het seizoen 2018-2019. Dat contract werd verlengd tot en met 2028. Het klikte dus en dit nieuwe album is er opnieuw het bewijs van. Ook ditmaal heeft Bychkov het orkest tot in de puntjes voorbereid (zo klinkt het althans) en de aanwijzingen van de componist naar de letter gevolgd, zonder evenwel aan verbeelding en spontaniteit (ze gaan hier hand in hand) in te boeten. Onder Bychkovs leiding excelleert het orkest in klankdifferentiatie, de detailwerking is exemplair en de balans binnen en buiten de verschillende orkestgroepen als om door een ringetje te halen (waar de opnametechnici uiteraard eveneens hun belangrijke rol in hebben meegespeeld). Dit is, ook wat het spelpeil en de vertolkingswijze betreft, in de traditie van grote voorgangers als de chef-dirigenten Rafael Kubelik, Karel Ancerl, Václac Neumann en Jirí Behlohlávek, maar met als niet te missen voordeel de aanmerkelijk betere opnamekwaliteit: Pentatone biedt ons wat dit betreft top of the bill. index |
|