CD-recensie

 

© Aart van der Wal, januari 2009


 

Jacqueline du Pré -
The complete EMI recordings

EMI Classics 50999 5 04167 2 1 (17 cd's)

Inhoud:

01 - 02 - 03 - 04 - 05 - 06 - 07 - 08 - 09

 

 

 


Jacqueline du Pré werd slechts 42 jaar oud. De laatste jaren waren een ware lijdensweg, ze kon steeds minder, ging steeds meer achteruit en drukte almaar zwaarder op haar gemoedsgesteldheid. Al in het begin van de jaren zeventig, ze was toen rond de vijfendertig, klaagde ze herhaaldeijk over toenemende vermoeidsheidsverschijnselen, wat toen niet als echt bijzonder werd opgevat. Jacqueline leidde immers een dusdanig hectisch bestaan dat het voor een 'normaal' mens niet viel bij te houden. In 1973 liet ze zich uitvoerig onderzoeken en werd multiple sclerose vastgesteld, waaraan ze uiteindelijk in 1987 overleed. Vanaf 1985 was ze dusdanig hulpeloos dat ze geheel van thuis van dag- en nachtzorg afhankelijk was.

Niet lang na die vreselijke diagnose namen de problemen met het cellospel hand over hand toe, zodanig zelfs dat zij besloot om met spelen te stoppen, al bleef ze wel lesgeven. Zich erbij neerleggen kon ze echter niet, streed niet alleen met zichzelf, maar ook met haar omgeving, die haar onuitstaanbaar vond, er er niet goed raad mee wist.

Een legende

Verhoudingsgewijs slechts weinig musici die niet meer onder de levenden zijn blijven in de herinnering van het grote publiek voortleven, maar er zijn er gelukkig beduidend meer die in gedachten van kenners en liefhebbers een min of meer blijvende plaats hebben verworven. Jacqueline du Pré, of 'Jackie' was tijdens haar korte leven een begrip, maar nog jaren na haar dood heeft haar muzikale erfenis zijn grote waarde behouden en leeft zij in de harten van tienduizenden muziekliefhebbers over de gehele wereld voort als een van de grootste cellisten van de twintigste eeuw.

 

Waarom dat zo is hoeft hier eigenlijk niet ontrafeld te worden: haar opnamen voor het EMI-label vormen het beste bewijs van haar muzikale intuïtie, haar intense manier van musiceren en haar tot de zich in alle hoeken van het cellorepertoire manifesterende levenskracht. Jackie wás muziek, magisch en tegelijkertijd onverklaarbaar, de onvervalste boodschapper van de schoonheid in én achter de noten. Zij vulde met haar spel het imaginaire domein tussen componist en publiek, zij bewoog zich met overrompelende overtuiging op het grensvlak tussen het puur persoonlijke en het universele.

Haar muzikale boodschap was zo sterk en zo overtuigend, dat we die dwars door de op deze 17 cd's verzamelde opnamen heen horen. Wat zij aanraakte werd niet altijd in puur goud veranderd: niets menselijks was haar vreemd. Zo zijn er zeker zwakkere momenten aan te wijzen, zoals in Brahms'cellosonates met haar levenspartner Daniel Barenboim, maar het zijn uitzonderingen in die almaar opgaande lijn in haar carrière, waarin ze de muziek met letterlijk haar beide handen vastgreep en waarbij haar enorme temperament het vaak won van haar gevoel voor proportionaliteit. Haar benadering van de muziek verschilde niet zozeer van die van haar grote Russische collega Mstislav Rostropovitsj, die zich met ongekende expressieve intensiteit zowel op de grote romantische als op de 'klassieke' componisten stortte en qua benadering daarin nauwelijks onderscheid wenste te maken. Haydn, Beethoven of Boccherini? Hun beider aanpak, met smeltende, zo niet verzengende toon, alsof het leven ervan afhing, verschilde wat dat betreft niet wezenlijk. Het was hún 'waarheid', die we deels misschien niet zo meer willen horen, in de greep als we zijn geraakt van het authenticiteitsvirus dat al zo'n drie decennia lang het muziekleven domineert.

Als we proberen te analyseren waarom Jackie's vertolkingen nog steeds zo'n onuitwisbare indruk achterlaten, doen we mogelijk afbreuk aan haar glorieuze erfenis. Die analyse zou weleens ten koste kunnen gaan van de pure, muzikale magie die haar spel voortdurend domineerde en die haar tijdens haar leven, maar ook daarna zoveel bewonderaars heeft opgeleverd. De grote violist Pinchas Zukerman bracht het zo onder woorden:

»The only thing to do is to enjoy the fact that you were able to be there when she did it. Just take it all in and say: "Wow! I'm lucky."«

Jaqueline du Pré en het London Symphony Orchestra o.l.v. Sir John Barbirolli in EMI studio nr. 1, Abbey Road, Londen tijdens de opname van Monns Celloconcert in g (september 1968)
 
 
  Jaqueline du Pré en het London Symphony Orchestra o.l.v. Sir John Barbirolli in Kingsway Hall, Londen tijdens de opname van Elgars Celloconcert (augustus 1965)
Haar grootste specialiteit was zonder enige twijfel Elgars Celloconcert, waarmee ze in 1966 de wereld veroverde. Wie heeft die fameuze opname met het London Symphony Orchestra onder Sir John Barbirolli niet in de kast staan? Die uitvoering steekt nog steeds met kop en schouders boven het maaiveld uit. Sommige critici vonden het 'minder Elgar en meer Du Pré', maar het is in ieder geval de meest gepassioneerde en gloedvolle uitvoering van dit werk. Jackie's ongekende levenslust moeten ook het ensemble en Barbirolli tijdens de opnamen hebben meegezogen, want het orkestrale vuurwek is niet van de lucht, met in het Adagio een warmte die de muziek bijna buiten haar oevers laat stromen.

Het lijkt niet ver gezocht dat al dit moois ons waarschijnlijk nooit zou hebben bereikt zonder de grote cellist en muziekpedagoog William Pleeth, die haar grote talent vrijwel onmiddellijk herkende en haar op het pad van een wereldcarrière wist te zetten. Haar 'cello-daddy' is ook in deze set vertegenwoordigd: met hem speelt zij een stuk van François Couperin.

Documentaires

Ook op film is het spel van Jacqueline du Pré bewaard gebleven. In Jacqueline du Pré, a portrait speelt ze Elgars Celloconcert (niet met Barbirolli, maar met Barenboim) en een pianotrio van Beethoven, met Pinchas Zukerman en Daniel Barenboim (Opus Arte OACN0902D). Het prachtige filmportret Jacqueline du Pré: remembering van Chris Nupen bevat kamermuziek van Beethoven, Brahms en Schubert, en Elgars Celloconcert (Barenboim/Zukerman/Pleeth/Barbirolli).

Nupen is ook de auteur van de indrukwekkende inleiding The Phoenix on Record, dat in het cd-boekje staat afgedrukt.

Remastering

De in de periode 1961-1973 gemaakte studio- en live-opnamen zijn uiterst zorgvuldig opgeknapt, waardoor we worden beloond met een bijzonder transparant, levendige klankbeeld dat niet alleen Jackie's cellospel in het beste daglicht plaatst. De volledige opnamegegevens ontbreken niet. Een uitgave om te koesteren!


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links