CD-recensie
© Aart van der Wal, december 2016
|
Laat ik de koe gelijk maar bij de horens vatten: wie, o wie kan nog bijdragen aan een verfrissend nieuw inzicht in het Eerste pianoconcert van Frédéric Chopin? En in de vier ballades? Die pianist is bij mijn weten nog niet opgestaan. We zijn zo langzamerhand in een remiseachtige stelling aanbeland, in een schaakpartij die wordt gedomineerd door een herhaling van zetten. Daar komt in dit geval nog bij dat Deutsche Grammophon - hoe kan het ook anders - al sterke concurrentie in de eigen gelederen heeft waaraan iedere nieuwkomer kan worden afgemeten. Ik noem er slechts drie: Krystian Zimerman, Rafal Blechacz en Jan Lisiecki, alle drie excellente Chopin-vertolkers. Zeker, de Zuid-Koreaanse pianist Seong-Jin Cho (1994) won in 2015 het zeventiende Internationale Chopin Pianoconcours en sleepte in 2011 de derde prijs in de wacht van het Internationale Tsjaikovski Concours in Moskou, nog afgezien van een groot aantal andere prijzen. Wie naar zijn Chopin luistert (dat bleek al uit de tijdens dat Chopinconcours gemaakte live-opname) kan niet anders concluderen dan dat sprake is van een zeer groot talent, maar toch vraag ik mij af of het niet beter was geweest als hij minder voor de hand liggend repertoire had gekozen. Althans repertoire waarmee hij zijn pianistische talenten even goed had kunnen etaleren, maar bovendien de luisteraar op een avontuurlijker pad had kunnen zetten. Nu zitten we toch wel in de bekende draaimolen van 'veel van hetzelfde'. Ook het London Symphony Orchestra onder leiding van Gianandrea Noseda heeft aan dat ons zo vertrouwde beeld, alle doortastendheid en lyriek ten spijt, niets kunnen veranderen. index |
|