CD-recensie
© Aart van der Wal, maart 2025 |
De door John Wilson geleide reeks orkestwerken van zijn vriend en mentor, de Britse componist Sir Richard Rodney Bennett (1936-2012), heeft met dit nieuwe album het vijfde deel bereikt met daarop drie werken, gecomponeerd tussen 1973 en 1989. Het Concerto for Orchestra was een opdrachtwerk van de chef-dirigent van het Denver Symphony Orchestra, de Brit Brian Priestman. Het werk past in een traditie waarin klankkleur en virtuositeit de boventoon voeren en in die zin in de traditie van o.a. Bartók, Lutoslawski, Kodály, Hindemith en Rautavaara. Bennetts Celloconcert (Sonnets to Orpheus), gecomponeerd in opdracht van het Edinburgh International Festival, werd voor het eerst uitgevoerd met Heinrich Schiff als solist. Het concerto ontstond op een voor de componist cruciaal moment: hij verliet zijn zijn partner om zich vervolgens in New York te vestigen, waar hij de rest van zijn leven zou doorbrengen. Diversions ontstond in opdracht van de Haberdashers' Aske's Schools in Londen naar aanleiding van hun driehonderdjarig bestaan in 1990. Voor de première in de Royal Festival Hall waren de orkesten van de zeven scholen samengevoegd. In het stuk is uitbundigheid troef, gezet als uiterst kleurrijke set variaties op het Schotse volksliedje ‘Whistle and I'll come to you, my lad'. Zoals Wilson en het BBC Scottish Symphony Orchestra reeds in de voorgaande vier delen hebben bewezen, zijn het uitmuntende ‘ambassadeurs' van het werk van Bennett, waar nu ook de Noorse cellist Jonathan Aasgaard, eerste cellist van het Royal Liverpool Philharmonic en Sinfonia of London, en docent cello aan de Guildhall School of Music and Drama in Londen, zich bij kan voegen. Ik kan tot slot slechts herhalen wat ik bij het vorige deel opmerkte: dat het zich in zowel artistiek als opnametechnisch opzicht als een zeer succesvolle serie heeft ontwikkeld. index |
|