Violent
Viola
Kodály: Adagio (altviool en piano).
Hindemith: Sonate op. 25 nr. 1 (altviool).
Britten: Lachrymae op. 48 (altviool en piano).
Bach: Sonate nr. 1 in g, BWV 1001 (adagio) (altviool).
Ravel: Kaddish (altviool en piano).
Stravinsky: Chanson russe (viool en piano).
Dowland/bew. Michael Smith: Burst forth my tears – If
my complaints could passions move (altvioolkwartet).
Apituley: Pizzicato (altvioolkwartet).
Anoniem/bew. Finn Möricke: Georgisch volksliedje (altviooltrio).
Vieuxtemps: Elegie op. 30 (viool en piano).
Esther Apituley (altviool), Rië Tanaka (piano), Amsterdams Altviool Kwartet.
Challenge Classics CC72156 • 74' •
www.challenge.nl
De altvioliste Esther Apituley (ze is van Molukse komaf) schreef het
kernachtig in het cd-boekje:
”Zoals ik met het leven vecht, zo vecht ik met mijn altviool.
Het is een feit dat de altviool mij heeft uitgekozen. Niet andersom.
En wij hebben inmiddels een geschiedenis samen. Bijna over de hele wereld
gespeeld en op de gekste plekken, op het dak van een supermarkt, in
de lucht boven de woestijn, en in een wc... Wij zijn zo met elkaar verstrengeld
dat er een zaag aan te pas moet komen om ons te scheiden. Wat mij drijft
in mijn leven, wat soms de vorm aanneemt van een gevecht, drijft mij
tevens in de muziek en leidt dus ook daar naar strijd. Om dat onbenoembare
te veroveren, om de essentie te benaderen, om muzikale momenten te creëren
die onbeschrijflijk zijn. Het is bijna een verslaving, of misschien
is het ook wel een missie, die momenten steeds opnieuw te willen beleven
en te delen met een publiek.”
Dat is het dus en dat stráált ook van deze cd af. Deze
durfal met groot theatergevoel gaat het gevecht aan met een van de meest weerbarstige
leden van de familie der strijkinstrumenten. Dat zou je niet zeggen als je haar in Hindemiths vijfdelige
Sonate op. 25 nr. 1 hoort. Hindemith vermeldde bij het vierde deel: ‘Rasendes Zeitmaß.
Wild. Tonschönheit ist Nebensache.’ Welnu, voor Apituley is klankschoonheid echt geen 'Nebensache’! Maar dan is daar het
slotdeel, ‘Langsam mit viel Ausdruck’, dat me deed wegsmelten dankzij haar expressieve boetseerkunst. Het anonieme volksliedje uit
Georgië is vervuld van een hartbrekende, bronzen melancholie. En John
Dowland? Zijn ‘Burst forth my tears’ en ‘If my complaints
could passions move’ (oorspronkelijk gezet voor zangstem met continuo-begeleiding,
maar hier in een bewerking voor vier altviolen) speelt ze als klaagzangen van
indringende, verstilde schoonheid.
Het spel van Apituley verbijstert en ontroerd, is afwisselend levenslustig en ingetogen, brutaal en poëtisch,
spontaan en beschouwend, zangerig en ritmisch, hoekig en virtuoos,
vrolijk en tragisch. Zij is een natuurtalent dat werkelijk alles uit
haar lijfinstrument haalt, maar ook nog goed kan componeren, getuige
het syncopische ‘Pizzicato’ voor altvioolkwartet.
Apituyley, hoofdvakdocente aan het Sweelinck Conservatorium in Amsterdam en oprichtster van het Amsterdam Viola Quartet rekent
al sinds 1990 af met de conventionele opvatting dat de altviool doorgaans
niet veel meer is dan de obligate middenstem in ensembles of
af en toe mag schitteren in het Altvioolconcert van Bartók, de
Sinfonia concertante KV 364 van Mozart en Berlioz’ Harold en
Italie.
De opname werd gemaakt in de Nederlands Hervormde Kerk in Rhoon en
laat zowel de instrumenten als de akoestiek bijzonder fraai tot hun
recht komen. Zeer warm aanbevolen!