Boeken

 over muziek (algemeen)

 

© Aart van der Wal, december 2022

 

Cees Nooteboom: Over het raadsel van woorden, tonen en stemmen

Kopernik (2022)
ISBN 978-90-832-6216-1
114 blz., gebonden
Verkoopprijs € 21,50

www.kopernik.nl


Cees Nooteboom: ‘Ik had wel duizend levens en ik nam er maar één.' En: ‘In mijn boeken is, behalve verzinsel, niets verzonnen.' Hij vond dat hij nergens bij hoorde, wat niet duidelijker tot uitdrukking kwam dan in 1997, toen Henk Hofland en Tom Rooduijn Dwars door puinstof heen. Grondleggers van de naoorlogse literatuur publiceerden. Daarin de teksten van de op de radio uitgezonden vraaggesprekken met een groot aantal dichters en auteurs. Dde dichters van de Beweging van Vijftig, de toen nog onder de Grote Drie gerangschikte Willem Frederik Hermans, Gerard Reve en Harry Mulisch, naast de 'mindere goden' als Karel van het Reve, Jan Wolkers, Adriaan Morriën, Kees Fens, Hella Haasse, en Theo Sontrop. Echter géén Cees Nooteboom, die zich blijkbaar had voorgenomen om er ver vandaan te blijven. Zoals Harry Bekkering het toen nog eens fijntjes memoreerde: Nooteboom hoorde écht nergens bij, wilde dat ook niet, hij was ‘a man of his own'. Nooteboom dacht en denkt nu eenmaal niet in literair-programmatische termen. Zo was het toen en zo is het nog steeds. Wie onlangs in het VPRO-programma Brommer op Zee Nooteboom heeft gezien en gehoord zal er niet verbaasd over zijn.

Nooteboom is een schrijver die aan het eind van de jaren negentig al een bijzonder indrukwekkend oeuvre op zijn naam had staan: romans, (reis)verhalen en poëzie. Een schrijver ook wiens werk zowel binnen als buiten de eigen landsgrenzen bijzonder werd en nog steeds wordt gewaardeerd, en die - het soreekt eigenlijk voor zich - menige belangrijke prijs in ontvangst mocht nemen, waaronder de Constantijn Huygensprijs (1992), de Europese Literatuurprijs (1993), de Hansischer Goethe-Preis (2002) en - misschien wel de belangrijkste van alle - de P.C. Hooftprijs (2004).

Maar afgezien van die vele prijzen: niemand die er ook maar enige twijfel over heeft dat het werk van Nooteboom excelleert in termen van zeggingskracht, oorspronkelijkheid en vormgeving, en daarmee tot het beste behoort dat op literair gebied in ons land is voortgebracht. En deze inmiddels 89-jarige is nog niet uitgeschreven!

Over het raadsel van woorden, tonen en stemmen, een boekje van niet meer dan 114 pagina's, zojuist verschenen bij uitgeverij Kopernik, is het zoveelste juweeltje van de hand van Nooteboom, al zijn de 34 korte hoofdstukjes voor sommigen onder ons niet nieuw: ze werden alle eerder gepubliceerd, tussen februari 2002 en juni 2010 in Preludium, het programmablad van het Amsterdamse Concertgebouw en Concertgebouworkest. Het waren deze korte bijdragen van Nooteboom die het blad boven zichzelf uittilden, het een enorme ‘schwung' gaven. Het is daarom goed dat deze unieke bespiegelingen nu alsnog in boekvorm zijn verschenen.

Ik licht geen enkel tipje van de sluier op, want elk citaat doet afbreuk aan het door de auteur uiterst zorgvuldig gekozen stilistisch model. U moet het boekje echt zelf gaan lezen, maar wie het (nog) niet wist: Nootebooms muzikale eruditie spreekt uit iedere bladzijde. Dit is geen auteur die zijn literaire gaven heeft ingezet voor een onderwerp dat hem slechts zijdelings heeft geraakt. Alleen al de namen die her en der in zijn stukjes opduiken spreken al boekdelen: Monteux, Vivier, Oestvolskaja, Goebaidoelina, Mahler, Solti. Britten, Rostropovitsj, Bartók, Bruckner, Chopin, Lauri-Volpi, Sjostakovitsj, Casals, Cabezón, Machaut, Kagel, Ockeghem, Ravel (wie kent nog Jean Echenoz' roman over deze beroemde Fransman? Nooteboom laat het niet onbesproken), Ferrier, Carter, enz.

Zoals gezegd: een zowel stilistisch als inhoudelijk juweel, het gebonden boekje tot in de puntjes verzorgd. Bijna dan, want het was wel zo handig geweest als er een inhoudsopgave in was opgenomen. De lezer moet het nu uitsluitend doen met een ‘Verantwoording' (de tekstbron van ieder hoofdstuk).


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links